Notulen van de vergaderingen der Staten van Holland 1620-1640 door N. Stellingwerff en S. Schot

 
English | Nederlands

Aantekeningen op 23 mei 1639

ZITTING K

Staten van Holland en Westfriesland, Zitting van 4 mei tot 26 mei 1639

Maandag 23 mei 1639 voornoen

118. Robbert Horlij, luitenant van den collonel Colpeper, versochte mede dat ordere mochte werden gestelt dat sijn ordenansij van 5.000 gulden op ’t cantoor van Enckhuysen mochte werden betalt, dewijl het anders niet mogelick soude sijn dat die compenij te velde soude connen gaen. Is verstaen af te wachten dat die commisarisen in ’t Norderquertier, gedeputert om die van Enckhuysen tot die betalingh te bewegen, sullen raport hebben gedaen.

119. Die hooftingelanden van de Suillemer[?] in Goeylant onder Schravelant versockende continuasij van ocktrey voor tien jaren van de grove waren, omdat enige huysen moeten werden getimmert ende ‘t lant seer sober sijnde, anders niet wel soude connen geschieden. Hierop gedilibereert sijnde is haer toegestaen voor den tijt van vier jaren.

120. Is mede gelesen het consept van de Comterde Raden ingestelt op die goude en sijde laeckenen, mitgaders den suyckeren en sieropen ende den toeback om een ij[m]post daerop te vijnden. Hierop gedilibereert sijnde conde die leden maelcanderen daerin niet verstaen, is eyndelick geresolveert dat door gedeputerde in besonie soude werden gebracht om ‘tselve naeder voorslagen op te doen en op pampier te brengen ende is daertoe gecommiteert Dort, Leyden, Amsterdam, Rotterdam, Alckmaer, Hooren ende Enckhuysen.

121. Sijn noch gelesen eenige rekesten van pachters ende andere die enige afgeslagen ende enige aen advijs sijn gestelt ende naderhant weder sullen dienen, niet waerdich om notijsij daervan te houden.

Maandag 23 mei 1639 nanoen

122. Sijn gelesen die resoluysiën die genomen sijn van de verleden weeck die daermede gehouden sijn voor geresumeert ende gearrestert.

123. Is mede versocht bij Jan die Geris, pachter tot Hooren, dat het restant aen ’t lant ten achteren sijnde ... gulden op die freuyten. Is dit afgeslagen omdat het versock niet en was fondert op die nonprestasij van de ordenansij in conformité van ’t advijs van de Comterde Raden.

124. Is mede versocht continuasij van ocktroey van de regenten en kerckmesters van Maessluys tot op enige inposten tot opbouwen van haer kerck aldaer. Hierop gediliberert sijnde is haer toegestaen voor den tijt van seven jaren.

125. Is mede versocht bij den resijdent Spierinck om te hebben het consent van de sipsudie voor Sijn Maeysteyt van Sweden voor noch ses maenden tot 50.000 gulden ter maent. Hierop gedilibereert sijnde conden enige leden daertoe noch niet verstaen doordien dieselve daertoe niet sijnde gelast, is eyndelick dese saeck noch opgehouden gewerden in nader resomsij.

126. Sijn noch eenige rekesten gelesen die ten mesten dele af sijn geslagen, niet waerdich om notijsij van te houden.