Aspel en Rees, Irmgardis van (?-1084/85)

 
English | Nederlands

ASPEL en REES, Irmgardis gravin van (gest. 4-9-1084/85), wel geïdentificeerd als de heilige Irmgard van Zutphen. Dochter van Godilo van Aspel.

Irmgardis of Ermentrudis, gravin van Aspel en Rees, dochter van Godilo van Aspel, stichtte in 1040 kerk en kapittel van Rees (Kleef, Duitsland) en ontving in 1041 een reeks goederen, onder andere te Rees en Suchtelen, van haar oom, koning Hendrik III. De proosdij Rees en slot Aspel schonk zij zelf tussen 1056 en 1075 weer aan de dom van Keulen, en Suchtelen aan de abdij Sint Pantaleon te Keulen (Van Spaen 1, 158-163; Sloet 1, 158-160, 168, 181, 277, 300-303). Ze trok zich op hoge leeftijd in een klooster terug en overleed op 4 september (haar kerkelijke feestdag) in of kort na 1080 (de datum 1084/85 is gangbaar) in een geur van heiligheid. Ze werd in de kerk van Rees begraven. Verdonk stelt dat het hier om drie personen moet gaan: gravin Ermentrud (gest. ca. 1047), de kerkstichtster van 1040; haar dochter Ermentrud, gehuwd met Rupert (Rotbert), die de schenking deed; en haar kleindochter Ermengard, de heilige (gest. 2-10, na 1106) (Verdonk, 23-30).

In 1082 schonk een Irm(en)gardis van Zutphen via haar oomzegger Rupert een wijngaard aan de abdij Sint Pantaleon, waar haar broer Herman (gest. 1120/21) in dat jaar tot abt was gekozen (Van Spaen 1, 185-186, 191-195; Sloet 1, 186-187). Herman had tevens aan het hoofd van het Keulse Sint Ursulaklooster gestaan en wordt in (een vermoedelijk latere toevoeging aan) het Necrologium van de abdij graaf van Zutphen genoemd. Volgens het latere Memorieboek van de kerk van Rees zou deze Irmengardis een nicht van graaf Otto I van Zutphen zijn.

Verschillende auteurs hebben geprobeerd de band tussen Zutphen en Rees te verduidelijken. Volgens Thomassen was de heilige Irmgard een dochter van graaf Rupert (van Zutphen?) en Irmentrud van Rees; Fruin stelt dat Ermgard, dochter van de graaf van Rees, was gehuwd met graaf Otto II van Zutphen; hun kleindochter Ermgard of Irmgardis huwde graaf Gerhard II van Gelre. Ook is er sprake van een Ermentrudis, dochter van Godilo, heer van Aspel en Rees, als tweede echtgenote van Otto I van Zutphen. Elders heet deze Ermentrudis echtgenote van Arnulf van Hespengouw en vervolgens van Gozelo van Montaigu, en een nicht van koning/keizer Hendrik III; ze wordt dan identiek geacht met de heilige Irmgard of zou een naaste bloedverwant (‘cognata’) of tante van haar zijn geweest (Van Spaen 1, 158; Lacomblet 1, 109; Sloet 1, 187, 302; Tadema, 56-57 en stamtafel; De Vries, 47). Hieruit blijkt dat Irmgard van Aspel en Rees en de heilige Irmgard van Zutphen vanouds met elkaar verward worden. Die verwarring loopt tot in vrijwel alle berichten in onze tijd door.

Literatuur

  • W.A. van Spaen, Oordeelkundige inleiding tot de historie van Gelderland, 4 delen (Utrecht 1801-1805).
  • T.J. Lacomblet, Urkundenbuch für die Geschichte des Niederrheins oder des Erzstifts Cöln, 4 delen (Düsseldorf 1840-1858).
  • R.W. Tadema, Geschiedenis der stad Zutphen van de vroegste tijden tot 1795 (Zutphen 1856; repr. Schiedam 1976).
  • L.A.J.W. Sloet, Oorkondenboek der graafschappen Gelre en Zutphen tot op den slag van Woeringen, 5 Juni 1288, 2 delen (’s-Gravenhage 1872-1876).
  • R. Fruin, ‘Over de graven van Zutphen vóór 1190’, De Nederlandsche Leeuw 41 (1923) 308-317.
  • E.J. Thomassen à Thuessink van der Hoop, ‘De oorsprong van het huis Nassau’, De Nederlandsche Leeuw 41 (1923) 259-270.
  • Friedrich Wilhelm Oediger, ‘Die ältesten Urkunden des Stiftes Rees und die Gräfin Irmgardis’, Annalen des Historischen Vereins für den Niederrhein 148 (1949) 5-31.
  • W. de Vries, De opkomst van Zutphen (Arnhem 1960).
  • H. Verdonk, Ermentrud, een Utrechtse gravin? (Lelystad 1996).

Auteur: Willem Frijhoff

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.