© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Suzanne Loohuis, Baumgarten, Nina Irena, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Baumgarten [11/10/2017]
BAUMGARTEN, Nina Irena (geb. Stockholm 23-5-1918 – gest. Horebeke, België 15-6-2009), Engelandvaarster. Dochter van Oscar Eugen Carl Wilhelm Baumgarten (1884-1919), diplomaat en zakenman, en Niesje van der Linde (1892-1963). Nina Baumgarten trouwde op 28-1-1947 in Jakarta met Cornelis Jan Wingender (1905-1962), hoofd inlichtingendienst marine in Nederlands-Indië. Uit dit huwelijk werd 1 dochter geboren.
Nina Baumgarten werd
geboren in Stockholm als dochter van de Russische diplomaat Oscar Baumgarten
en de Nederlandse Niesje van der Linde – ze werd luthers gedoopt. Vanwege de
Russische Revolutie besloot het gezin in Zweden te blijven, met het gevolg dat Baumgarten
en zijn dochtertje stateloos raakten. Toen Nina één jaar was, overleed de vader
aan longkanker. Moeder en kind verhuisden hierna naar Rotterdam. In januari
1921 trouwde haar moeder met KNIL-officier Piet Bersma, met wie ze nog drie
zoons kreeg: Piet, Jan en Rudi. Toen Nina zeven jaar was, vertrok het gezin
naar Nederlands-Indië. Het welvarende gezin woonde steeds drie tot vier jaar in
Nederlands-Indië, elk jaar op een andere plaats, afgewisseld met een jaar
verlof in Nederland.
Op de hbs in Bandoeng kreeg Nina Baumgarten een relatie met schoolgenoot Loet Kist. Ze verloofden zich en na het behalen van het hbs-diploma (1937) zetten beiden hun opleiding voort in Nederland: Baumgarten volgde aan het Schoevers Instituut in Den Haag een opleiding tot secretaresse, Kist ging naar de Koninklijke Militaire Academie (KMA) in Breda. Baumgarten woonde op kamers en had een goede band met haar hospita, die over haar moederde.
Koerierster en Engelandvaarster
Aan het begin van de oorlog werkte Nina Baumgarten waarschijnlijk als secretaresse voor het Rijksbureau voor Voedselvoorziening in Oorlogstijd. Kist had zich aangesloten bij de illegale Ordedienst (OD), en Baumgarten hielp als koerierster. Eind 1940 werden Kist en zijn vriend Gijs de Jong na een mislukte aanslag bij verstek ter dood veroordeeld, waarop ze uitweken naar het onbezette zuiden van Frankrijk. Om te voorkomen dat de Duitsers Nina Baumgarten en Lydia van den Broek, de verloofde van De Jong, konden gebruiken om de gevluchte mannen op te pakken, besloot de OD dat ze het land uit moesten. Eind oktober gingen de twee vrouwen per trein naar Bergen op Zoom, waar ze werden opgewacht door Kist. Hij begeleidde hen naar Antwerpen, waar ze afscheid namen. Baumgarten en Kist zouden elkaar niet terugzien, want Kist werd in Brussel gearresteerd en in 1943 in Utrecht gefusilleerd.
Tot vlak voor de demarcatielijn verliep de reis van Nina Baumgarten en Lydia van den Broek voorspoedig. Samen met de ‘passeuze’ deden ze zich voor als Belgische studentes op weg naar hun verloofdes. In de nacht van 5 december 1941 staken ze de grens over bij Besançon, maar ze werden aangehouden door een Duitse patrouille, die hen naar Arbois bracht, waar de Grüne Polizei hen dagenlang verhoorde. De Belgische passeuze sloeg door, Baumgarten en Van den Broek hielden vol dat ze naar Zwitserland gingen om te trouwen en niet wisten dat hun verloofden in het verzet zaten.
Na vier maanden gevangenschap – eerst in Dole, later in Besançon – liet de Gestapo Nina Baumgarten en Lydia van den Broek plotseling vrij, op voorwaarde dat ze direct naar Nederland zouden terugkeren. De Duitsers hadden Gijs de Jong nog altijd niet kunnen arresteren, en hoopten hem via zijn verloofde te traceren. Baumgarten en Van den Broek besloten echter naar Engeland te vluchten en wisten op het station van Besançon de nazi die hen schaduwde van zich af te schudden. In Perpignan hoorde Baumgarten dat haar verloofde dood was. Na een lange reis via Barcelona, Madrid en Lissabon kwamen ze op 13 oktober 1943 aan in Londen. Baumgarten betrok er een kamer bij een Zwitsers echtpaar en ging werken voor de Nederlandse regering in ballingschap: ze werd secretaresse van minister van Binnenlandse Zaken Hendrik van Boeijen. Na de oorlog kreeg zij als Engelandvaarster een Kruis van Verdienste toegekend.
Huisvrouw
Na de oorlog meldde Nina Baumgarten, die Maleis sprak, zich aan voor een secretaressepost op Ceylon (Sri Lanka). Ze werd op de luchthaven afgehaald door marinekapitein Cornelis Wingender, hoofd Inlichtingendienst van Nederlands-Indië. Ze trouwden op 28 januari 1947 in Djakarta en keerden in de zomer van dat jaar terug naar Nederland. Eind 1947 verhuisden ze naar Den Helder, waar Wingender was gestationeerd, en in 1950 vanwege diens overplaatsing naar Den Haag. Daar werd een jaar later hun dochter Carla geboren. Het gezin bewoonde een parterre in de Vruchtenbuurt en Wingender-Baumgarten leidde een rustig leven als huisvrouw en moeder, in de nabijheid van haar (stief)familie en stiefzoon Hans. Ze maakte graag kleding en onderhield enkele vriendschappen, onder andere met haar vroegere hospita.
Wingender-Baumgartens echtgenoot overleed in 1962. Enkele jaren later verhuisde zij naar een kleiner huis in het Benoordenhout. Ze leefde teruggetrokken en sprak vrijwel nooit over de oorlog of over haar jeugd in Nederlands-Indië. De laatste vijf jaar van haar leven bracht ze door in een serviceflat in het Belgische Horebeke, dicht bij haar dochter, kleinkinderen en achterkleinkinderen. Hier overleed Nina Wingender-Baumgarten, in de ouderdom van 91 jaar.
Literatuur
Illustratie
Portret Nina Wingender-Baumgarten, ca. 1955 (met dank aan Carla Wingender).
Auteur: Suzanne Loohuis (met dank aan C. Wingender, H. Wingender en E. Bersma)
laatst gewijzigd: 11/10/2017
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.