Boetzelaer, Corinne Marie Louise van (1912-2011)

 
English | Nederlands

BOETZELAER, Corinne Marie Louise van (geb. Teteringen 31-5-1912 gest. Den Haag 5-9-2011), medeoprichtster MARVA, eerste vrouwelijke marineofficier van Nederland. Dochter van Theodor Willem baron van Boetzelaer (1862-1946), majoor der artillerie, en Helen Corinne Margaret barones Collot d’Escury (1877-1965). Corinne van Boetzelaer trouwde op 15-3-1954 in Rheden met Johan Poltac Pardede (1913-1979), hoofdambtenaar. Uit dit huwelijk werd 1 dochter geboren.

Corinne was de oudste van de twee kinderen van Theodor van Boetzelaer en Helen Collot d’Escury. Ten tijde van haar geboorte in 1912 was haar vader als beroepsofficier gelegerd in Breda; twee jaar later verhuisde het gezin naar Den Haag. Na haar examen mulo-b behaalde Corinne het Schoevers-diploma stenografie en typen Nederlands, Frans, Duits en Engels. Haar eerste baan was bij de Commissie voor den Nederlandsch-Zuidafrikaanschen Handel, daarna werkte ze enkele jaren bij een architect. In 1936 werd ze secretaresse bij de Nederlandse ambassade in Brussel. Hiervandaan vluchtte ze in mei 1940 met enkele collega’s via Frankrijk, Spanje, Portugal en Schotland naar Londen. In juli van dat jaar werd zij er souschef van het algemeen secretariaat van het ministerie van Buitenlandse Zaken van de Nederlandse regering in ballingschap.

Bij de MARVA

Met enkele andere Nederlandse vrouwen richtte Corinne van Boetzelaer op 7 juli 1942 de Bond van Nederlandsche Vrouwen in Groot-Brittannië op – zelf werd ze secretaresse van het bestuur. Deze organisatie wilde humanitaire hulp bieden aan landgenoten, zowel tijdens als na de oorlog. In 1944 vroeg kapitein ter zee C. Hellingman van het departement van Marine in Londen haar mee te helpen met de oprichting van een vrouwenafdeling. Alvorens toe te stemmen bracht ze haar zomervakantie door bij de Britse marinevrouwen, de Women's Royal Naval Service (WRNS). Onder de indruk van de goede sfeer in dat korps besloot Van Boetzelaer op Hellingmans voorstel in te gaan. Van haar werkgever kreeg ze toestemming om over te stappen naar het departement van Marine. Met een krappe meerderheid stemde de Ministerraad op 26 september 1944 in met de oprichting van de MARVA (Marine Vrouwen Afdeling) en op 31 oktober volgde het Koninklijk Besluit. Half januari 1945 werd Van Boetzelaer benoemd tot officier MARVA derde klasse. Na beëdiging door minister van Marine J.Th. Furstner op 31 januari was zij de eerste vrouwelijke officier bij de Nederlandse Koninklijke Marine.

Onder Nederlandse jonge vrouwen bleek grote belangstelling voor de MARVA te bestaan. Corinne van Boetzelaer werd begin februari 1945 naar het bevrijde zuiden van Nederland gestuurd om daar de selectie van marva’s voor te bereiden. Zij moest ‘keuzecommissiesvan verstandige en gezaghebbende personen vormen die toekomstige marva’s zouden gaan selecteren. Het was geen eenvoudige opdracht vanwege het gebrek aan infrastructuur en communicatie en veel misverstanden en vooroordelen. Medio april 1945 keerde Van Boetzelaer terug naar Londen, na een slechts ten dele geslaagde missie.Twee weken later kwam ze met twee collega’s terug naar Nederland om in de daaropvolgende maanden overal in het bevrijde land op zoek te gaan naar geschikte marva’s.

Naar Nederlands-Indië

Na de capitulatie van Japan (augustus 1945) hoorde Corinne van Boetzelaer dat ze als secretaresse was toegevoegd aan een delegatie van de marine naar Nederlands-Indië om te helpen bij het herstel van het Nederlandse gezag. Op 9 september vloog het gezelschap vanuit York in een vrachtvliegtuig naar Colombo op Ceylon (Sri Lanka), waar het hoofdkwartier van de Nederlandse Marine zat. Twee weken later verhuisde Van Boetzelaer met de staf mee naar Batavia. Na enkele maanden te hebben gewerkt bij de administratie van het herstel van het havenbedrijf werd ze hoofd van de typekamer bij de Commissie tot Onderzoek Gedragingen Marinepersoneel Nederlands-Indië.

Met andere marva’s woonde Corinne van Boetzelaer in een villa in Batavia. Het leven in de oost beviel haar zo goed dat zij in juli 1946 solliciteerde naar de functie van archivaris bij de Nederlandse Militaire Missie in Japan. Omdat ze hevige malaria kreeg, moest ze dit plan opgeven.

Terug in Nederland

Eind 1946 reisde Corinne van Boetzelaer per schip terug naar Nederland. Zij ging wonen bij haar moeder in Rheden en nam per 1 mei 1947 ontslag bij de marine. Ze werd lid van de Vereniging voor Vrouwenbelangen en Gelijk Staatsburgerschap (VVGS), kwam in het landelijk bestuur en in het hoofdbestuur van de Nationale Vrouwenraad. Daarnaast werd zij secretaris van de plaatselijke afdeling van het Rode Kruis.

Hoewel Corinne van Boetzelaer voor haar bestuurlijk werk vaak in Den Haag moest zijn, bleef ze in Rheden wonen. In 1951 nam ze weer een betaalde baan, bij een oogarts te Arnhem. Rond die tijd ontmoette zij Johan Poltac Pardede, een adellijke Sumatraan die in Den Haag werkte bij het ministerie van Buitenlandse Zaken van Indonesië. Zij trouwden in maart 1954 en op haar 42ste beviel Van Boetzelaer van een dochter. De rest van haar leven woonde zij met haar gezin in Den Haag. Daar overleed Corinne van Boetzelaer op 5 september 2011, 99 jaar oud.

Betekenis

Corinne van Boetzelaer was ontegenzeggelijk een feministe. Tot het eind van haar leven was zij geïnteresseerd in alles wat gelijke behandeling van mannen en vrouwen betrof. Ze meende echter dat mannen en vrouwen verschillende capaciteiten hebben en dus niet altijd voor hetzelfde werk geschikt zijn. Ook vond zij dat een getrouwde vrouw om mee te tellen niet per se een betaalde baan buitenshuis hoefde te hebben. Door haar ondernemingslust, maar ook geholpen door de bijzondere omstandigheden in haar jonge jaren, heeft Corinne van Boetzelaer op verschillende momenten en plaatsen in de wereld pionierswerk verricht. Zij was de eerste vrouwelijke Nederlandse marineofficier en de eerste marva die voet aan wal zette in Nederlands-Indië.

Naslagwerken

Nederland's adelsboek

Archivalia

  • Nederlands Instituut voor Militaire Historie, Den Haag: toegang 062, Pardede-van Boetzelaer, 1942-1981 [54 archiefstukken].
  • Persoonlijk archief in het bezit van dochter Ellen Pardede.

Literatuur

Anita M.C. van Dissel en Jaap R. Bruijn, Bij de MARVA (Amsterdam 1994).

Illustratie

C.M.L. van Boetzelaer, Officier MARVA III (16/1/1945 - 1/5/1947). Foto Muis Velp, 1947 (particuliere collectie).

Auteur: Laetitia van Rijckevorsel

 

laatst gewijzigd: 24/04/2016

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.