Bleeck, Elizabeth van (1684-1751)

 
English | Nederlands

BLEECK, Elizabeth van (ged. Den Haag 21-4-1684 – begr. Amsterdam 17-4-1751), toneelspeelster. Dochter van Joannes van Bleeck en Amarentia Godry. Elizabeth van Bleeck trouwde ca. 1708 met Jan de Bruyn (gest. voor 1749), toneelspeler. Uit dit huwelijk werden ten minste 4 zoons en 2 dochters geboren.

Elizabeth van Bleeck was het derde kind van Joannes (van) Bleeck (of Bleck) en Amarentia Godry. Ze had een broer en drie zusters, onder wie Barbara. Over de ouders is niets bekend, maar waarschijnlijk kwam haar vader uit een van origine Antwerpse toneelfamilie. Ze werd rooms-katholiek gedoopt in de Franse kapel in Den Haag, waarbij een van de doopgetuigen een zekere Elizabeth Maria Sammers was, wellicht een verwante van de toneelspeelster Alida Sammers. Of Anna Maria van Bleeck een zuster van Elizabeth was, is onzeker. Onbekend is waar – Zwolle? – en wanneer Elizabeth van Bleeck trouwde met Jan de Bruyn, een toneelspeler uit de troep van Jacob van Rijndorp.

Omstreeks 1708 moeten Elizabeth van Bleeck en Jan de Bruyn in Zwolle hebben gewoond of misschien verbleven ze daar met een reizende troep toneelspelers. In ieder geval werd daar toen hun dochter Anna Maria geboren. Onbekend zijn vooralsnog geboorteplaats en -jaar van hun zoon Jan (gest. voor 1746), die met de toneelspeelster Anna Bokan zou trouwen. In 1714 zat Elizabeth van Bleeck in Den Haag, waar ze samen met haar man bij het gezelschap van Jacob van Rijndorp speelde. Tot dit gezelschap behoorden ook Willem van Hooft, de latere echtgenoot van haar zuster Barbara, en Adriana van Tongeren. In Den Haag kregen Elizabeth en Jan nog drie kinderen: Jacobus (1714), Cornelis (1715) en Amarentia (1719). Cornelis is waarschijnlijk jong overleden.

Elizabeth van Bleeck werd in 1719 aangenomen bij de Amsterdamse Schouwburg, waar zij met haar man en twee oudste kinderen, Anna Maria en Jan, een gezamenlijk speelloon kregen van zeven gulden per optreden. In 1722 werd in Amsterdam weer een zoon geboren en gedoopt als Cornelis. Hij zou later trouwen met de actrice Anna Bokan, de weduwe van zijn broer Jan.

In 1723 was Elizabeth van Bleeck weer even in Zwolle, waar haar man de directie voerde over de reizende zomertroep van Amsterdamse acteurs. Bij de Amsterdamse Schouwburg lijkt de gage van de familie nogal te wisselen: in 1727 werd hun gezamenlijke speelloon per optreden verhoogd tot negen gulden ‘mits de dochter alle rollen speelt’, maar in 1730 verdienden Elizabeth, haar man en zoon Jan tezamen zes gulden. Mogelijk had het gezin geen al te goede naam: rond 1733 werd zij uitgemaakt voor ‘helleveeg’, werd van haar man gezegd dat hij te veel dronk en de zoon gekwalificeerd als ‘vals’ (‘Lied op ’t Schouburg’). In 1738 kreeg Elizabeth van Bleeck een (eerste?) contract voor zichzelf voor 3,50 gulden, in 1742 teruggebracht tot drie gulden. Deze bedragen doen vermoeden dat ze geen grootse actrice was.

In Amsterdam had Elizabeth waarschijnlijk haar zuster Barbara met haar gezin in huis. In ieder geval werd in 1734 Barbara’s man vanaf de Elandsgracht begraven, vanuit het huis van zijn ‘behuwd broer’ (zwager), Jan de Bruyn. Elizabeth van Bleeck speelde in 1738 nog de rol van Toezicht in Eeuwgetyde, een allegorisch stuk geschreven door Jan de Marre ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de Amsterdamse Schouwburg. Haar verdere toneelloopbaan is niet bekend. Ook is onbekend wanneer haar echtgenoot overleed, maar begin 1749, wanneer zij getuige is bij de doop van een kleinzoon, wordt zij weduwe genoemd. Op enig moment – na de dood van haar man? – verhuisde Elizabeth naar de Lange Leidsedwarsstraat, waar haar zuster Barbara inmiddels inwoonde bij (haar zwager?) Johannes van Hooft. In 1751 overleed Elizabeth van Bleeck. Zij werd op 17 april van dat jaar vanuit het huis van Van Hooft begraven in de Westerkerk.

Naslagwerken

Coffeng; Worp.

Archivalia

  • Haags Gemeentearchief: DTB, Dopen 344 (Franse kapel), p. 97 [Elizabeth van Bleeck]; 326 (RK kerk, Oude Molstraat), 107r [zoon Jacobus], 130r [zoon Cornelis]; 329 (RK kerk, Oude Molstraat), p. 75 [dochter Amarentia].
  • Stadsarchief Amsterdam: DTB, Dopen 343, p. 152 [zoon Cornelis, 22-1-1722]; 334, p. 342 [Elizabeth van Bleeck, weduwe, als doopgetuige, 29-2-1749]. DTB, Begraven 1104, 59r en 1123, 82v [Elizabeth van Bleeck].

Literatuur

  • ‘Lied op ’t Schouburg’, in: Sesde vervolg van de Latynsche en Nederduitsche keurdichten (Rotterdam 1733) 106 [Elizabeth], 108 [De Bruyn sr.], 109 [De Bruyn jr.].
  • C.N. Wybrands, Het Amsterdamsche tooneel van 1617-1772 (Utrecht 1873) 253 [ald. abus. als E.B. Leek].
  • E.F. Kossmann, Nieuwe bijdragen tot de geschiedenis van het Nederlandsche tooneel in de 17e en 18e eeuw (Den Haag 1915) 21, 23, 119.
  • R.J.H. Veltkamp, Het Eeuwgetijde van den Amsteldamschen Schouwburg. Een schouwburgfeest in 1738 naar zijn bronnen beschreven en geanalyseerd (doct. scriptie Theaterwetenschap, Universiteit van Amsterdam, 1984) 42a, 74 [kopie aanw. Bibliotheek Universiteit van Amsterdam, Bijzondere Collecties, HB 17 C 13].

Auteur: Anna de Haas

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 426

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.