Engelman, Wilhelmina Johanna Reiniera (1834-1902)

 
English | Nederlands

ENGELMAN, Wilhelmina Johanna Reiniera (geb. Amsterdam 17-1-1834 – gest. Amsterdam 15-2-1902), toneelspeelster. Dochter van Reinier Engelman (1795-1845), toneelspeler, en Maria Francisca Bia (1809-1889), toneelspeelster. Wilhelmina Engelman trouwde op 4-6-1852 in Amsterdam met Johannes Hermanus Albregt (1829-1879), toneelspeler. Uit dit huwelijk werden 2 zoons en 3 dochters geboren, van wie 2 dochters de volwassen leeftijd bereikten.

Wilhelmina Engelman was de derde dochter in het gezin van de Amsterdamse toneelspelers Mimi Bia en Reinier Engelman. Op jonge leeftijd leerde Wilhelmina acteren en in 1839 debuteerde zij – vijf jaar oud – in Amsterdam als Lillie in Het vrouwtje van de Donau. Vanaf 1848 had ze een engagement bij de Amsterdamse Schouwburg en verdiende driehonderd gulden per jaar. In 1850 verloofde de zestienjarige Wilhelmina Engelman zich met Johannes Hermanus Albregt, eveneens toneelspeler bij het Amsterdamse gezelschap. Twee jaar later trouwden ze. Een van hun getuigen was Jan Eduard de Vries, directeur van de Amsterdamse Schouwburg, later de tweede echtgenoot van Wilhelmina’s moeder. Het echtpaar Albregt-Engelman woonde in de Leidsedwarstraat, vlakbij Christina Albregt, de zuster van Johannes. Van hun vijf kinderen bereikten twee dochters de volwassen leeftijd: Reiniera Louisa Andrea (1867-?) en Johanna Hermina Carolina (1874-1946), die ook actrice werd.

Wilhelmina Engelman was een succesvol actrice, met een groot talent voor komische rollen. Aanvankelijk speelde zij vooral soubretterollen, later steeds meer karakter- en karikatuurrollen. Tot 1859 was zij verbonden aan de Amsterdamse Schouwburg, waar zij vertrok toen Jan Eduard de Vries, tot wiens ‘keurtroepen’ zij behoorde, in Rotterdam een nieuw gezelschap oprichtte. Vanaf 1868 stond dit gezelschap onder leiding van haar man Johannes Albregt en Daan van Ollefen. Bij de benefietvoorstelling ter gelegenheid van haar 25-jarig jubileum in 1873 vertolkte zij de rol van Dorine in De huichelaar van Molière. Zij ontving veel huldeblijken en geschenken: een armband met diamanten van het Rotterdamse publiek, twee vazen ‘met zilver gemonteerd’ van het schouwburgpersoneel (De Bull, 136). In 1876 keerde Wilhelmina Engelman terug naar Amsterdam. Zij woonde toen met haar gezin op de Vondelkade (tegenwoordig Overtoom), nr. 55, waar in 1879 haar man overleed. Bij het Nederlandsch Tooneel speelde ze voortaan ‘oude dames rollen’, zoals die van de dienstboden Judith Harleigh in Jane Eyre en Lotje in De oude doos, maar ook karakteristieke moeder- en schoonmoederrollen. Haar vertolking van Brechtje, de moeder van Arent in De Amsterdamse jongen van Jacob van Lennep, werd een ‘meesterschepping’ genoemd (De Amsterdammer 1902, 4). Mendes da Costa schreef dat zij de lieveling was van het publiek, met haar ‘karikaturen, van de haar-op-haar-tanden-hebbende schoonmoeders en van de scherp getekende dienstboden, hetzij serpenten, hetzij sloven’ (Tooneel-herinneringen 3, 79).

In 1898 vierde Wilhelmina Engelman haar vijftigjarig toneeljubileum in Frascati. Voor deze gelegenheid schreef Justus van Maurik het toneelstuk Ouwe Sientje, waarin zij de titelrol vervulde. Bij haar jubileum strooide zij bloemen op het graf van haar man. Wilhelmina Engelman stierf op 15 februari 1902, 68 jaar oud, volgens de familieadvertentie na een kortstondige ziekte. Op de Oosterbegraafplaats in Amsterdam werd zij onder grote belangstelling bijgezet in het graf van haar man, voor wie toneelliefhebbers in 1880 een grafmonument hadden opgericht.

Naslagwerken

Coffeng; NNBW; Te Winkel; Worp.

Archivalia

  • Centraal Bureau voor Genealogie, Den Haag: familieadvertenties Engelman en Albregt.
  • Stadsarchief Amsterdam: BS.
  • Gemeentearchief Rotterdam: BS.
  • Theater Instituut Nederland, Amsterdam: brieven, personaliamap Wilhelmina Albregt-Engelman. Archief Daan van Ollefen sr. en jr., repertoireboek 1860-1876.

Literatuur

  • A.J. de Bull, ‘Mevrouw Albregt-Engelman’, Noord- en Zuid-Nederlandsche Tooneel Almanak voor 1875 (Amsterdam 1875) 127-136.
  • Johs. Hilman, Ons tooneel. Aantekeningen en geschiedkundige overzichten; naamrol van plaatwerken en geschriften (Leiden 1881) 237.
  • J.H. Rössing, ‘Mevr. W. Albregt-Engelman’, De Amsterdammer. Weekblad voor handel, industrie en kunst (1898) nr. 1073; ‘In memoriam’, Idem (1902) nr. 1287.
  • Giovanni [J. Kalff jr.], ‘Mevr. Wilhelmina Albregt-Engelman’, Algemeen Handelsblad 16-2-1902.
  • ‘Mevr. wed. W.J.R. Albregt-Engelman’, in: Onze toneelspelers. Portretten en biografieën (Rotterdam 1899) 6-7.
  • M.B. Mendes da Costa, Tooneel-herinneringen, 3 delen (Leiden 1900; Amsterdam 1927-1929) 1,  131, 179, 181, 199, 203, 210-215, 226, 229, bijlage C; 3, 79.

Illustratie

Portretfoto door Caro&vanLoo, ongedateerd (Theater Instituut Nederland, Amsterdam).

Auteur: Johanneke Braam

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 748

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.