Hartloop, Elizabet (1655-1685)

 
English | Nederlands

HARTLOOP, Elizabet (geb. Delft 1655 – gest. Amsterdam 21-4-1685), dichteres. Dochter van N.N. Hartloop en Neeltje van der Ley (gest. na 1677). Elizabet Hartloop ging op 29-4-1677 te Amsterdam in ondertrouw met Adriaan Hennebo, makelaar. Uit dit huwelijk werden 4 kinderen geboren van wie er ten minste 1 jong overleed.

Tot op heden was er niets bekend over het leven van de Amsterdamse dichteres Elizabet Hartloop, maar recent onderzoek in het Stadsarchief van Amsterdam heeft onder meer de ondertrouwakte en een testament opgeleverd (Kuijper). Zo staat nu vast dat zij afkomstig was van Delft, was getrouwd met de Leidenaar Adriaan Hennebo die zich ‘makelaar’ noemde – zonder te vermelden waarin – en dat zij op 21 april 1685 overleed met achterlating van drie minderjarige kinderen. Bij haar sterven woonde het echtpaar aan de Herengracht. Op 8 november, een half jaar na de dood van Elizabet Hartloop, ging Hennebo in ondertrouw met Lucia Popta. Om te kunnen hertrouwen legde de weduwnaar op 14 november aan de weeskamer een akte van bewijs voor die een week daarvoor (7 november) was opgesteld, en het testament dat hij samen met Hartloop op 28 mei 1678 had laten opstellen. Het is een langstlevendetestament: na het overlijden van een van de ouders zouden er twee voogden garant staan voor de erfenis van de kinderen. De twee benoemde voogden zijn een neef en een broer van Adriaan Hennebo. Uit het testament blijkt voorts dat Elizabet en Adriaan zelf erfgenamen waren van Aaltje Gerrits Schouten, weduwe van de befaamde doopsgezinde predikant Cornelis Claesz. Anslo. Vermoedelijk was zij een tante van Adriaan Hennebo. De familie van Elizabet Hartloop wordt in het testament niet genoemd. Wel doet het testament vermoeden dat zij van remonstrantse huize was. Er zijn namelijk legaten voor zowel de armen van de remonstrantse gemeente (250 gulden) als voor de doopsgezinde gemeente van de Waterlanders (650 gulden). Aangezien vrijwel vast staat dat Adriaan Hennebo lid was van de doopsgezinde gemeente, is het aannemelijk dat Elizabet Hartloop remonstrants was.

Elizabet Hartloop schreef voorzover bekend slechts één werk: het bijbelse toneelstuk Tobias. Wanneer zij het precies geschreven heeft, is niet te achterhalen. Waarschijnlijk was zij er voor haar trouwen al aan begonnen en heeft zij het werk na haar huwelijk voltooid. Drie jaar na haar dood is het toneelspel gedrukt bij de Amsterdamse boekverkoper David Ruarus, die het werk in zijn drempeldicht aanprijst als ‘een overschot van Vondels vonden’. In de Amsterdamse Schouwburg is Tobias nooit uitgevoerd. De publicatie, waarschijnlijk door Adriaan Hennebo uitgegeven ter nagedachtenis van zijn overleden vrouw, bevat twaalf ronde gravures; de eerste daarvan is ondertekend met ‘excudebat C.J. Visscher’.

In Tobias heeft Hartloop het bijbelverhaal Tobit verwerkt, maar er zijn negen scènes die in Tobit niet voorkomen. Waar in de Bijbel een wonder centraal staat, vormt in Tobias de ontmoeting tussen twee jonge mensen het hoofdthema. Zes scènes zijn geconstrueerd rond het huwelijk van Tobias en Zara en laten Hartloops eigen visie op het huwelijk zien. In het bijbelse Tobit vindt een gearrangeerd huwelijk plaats, maar Hartloop benadrukt juist Zara’s zeggenschap: ook al stemt haar vader toe, Tobias zal moeten wachten op Zara’s jawoord.

Toen Tobias verscheen, woedde in Amsterdam een discussie over goed toneel. Aan de ene kant stonden de leden van het genootschap Nil Volentibus Arduum, die de Frans-classicistische ideeën uitdroegen, aan de andere kant hun literaire tegenstanders die vasthielden aan klassieke denkbeelden waarbinnen de ideeën van Horatius een rol speelden. Met de komst van het classicisme ontstond een taboe op bijbels toneel. Tobias paste niet binnen deze nieuwe denkrichting vanwege de bijbelse themakeuze alsmede vanwege de wijze waarop het verhaal is vormgegeven.

Met Tobias heeft Hartloop de stelling ingenomen dat ook bijbels toneel verantwoord vermaak bood. Haar bewerking van Tobit toont bovendien haar opvattingen over zeventiende-eeuwse normen en waarden. Ook uit het gegeven dat Hartloop de klassieke richtlijnen grotendeels genegeerd heeft – het spel bevat geen eenheid van tijd en plaats – blijkt haar persoonlijke voorkeur. Hierdoor is het moeilijk haar werk binnen een stroming te plaatsen.

Naslagwerken

Lauwerkrans; Witsen Geysbeek.

Archivalia

Stadsarchief Amsterdam: DTB, Trouwen 691, p. 10; Begraven 1056, p. 268. Toegang 5004, inv. nr. 10 (Begraafregister van de weeskamer). Toegang 5075 (Notarieel archief), inv. nr. 2000 (not. Van Loosdrecht), film 2192, d.d. 28-5-1678 [testament Hartloop en Hennebo]; inv. nr. 5102 (not. Van de Ende), film 8463, d.d. 7-11-1685 [akte van bewijs].

Publicatie

Elizabet Hartloop, Tobias. Toonneelspel(Amsterdam 1688) [ex. in Universiteitsbibliotheek Amsterdam (UvA) en Leiden (zonder illustraties)].

Literatuur

  • Lambert Bidloo, Panpoëticon Batavum. Kabinet, waar in de afbeeldingen van voornaame Nederlandse dichteren, verzameld, en konstig geschilderdt door Arnoud van Halen, en onder uytbreyding, en aanmerkingen, over de Hollandsche rym-konst (Amsterdam 1720) 274.
  • Heleen Kuijper, Tobias. Een bijbels toneelspel in een Frans-classicistische periode (Amsterdam 2008) [ongepubl. masterscriptie Universiteit van Amsterdam].

Illustratie

Titelpagina van Tobias (1688).

Auteur

Heleen Kuijper

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 368

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.