Hasekamp, Ann Elizabeth (1926-2009)

 
English | Nederlands

HASEKAMP, Ann Elizabeth (geb. Voorburg 25-12-1926 – gest. Amsterdam 22-9-2009), actrice. Dochter van Willem Hasekamp (1892-1942), distillateur, gist- en flessenfabrikant, en Dorothy Hamilton Reeves (1891-1970?). Ann Hasekamp trouwde (1) in 1950 met Peter Holland, ps. Joseph Paul Kneppers (1917-1975), acteur, regisseur; (2) na echtscheiding op 30-3-1973 in Amsterdam met Antonius Cornelis Lutz (1919-2009), acteur, regisseur. Beide huwelijken bleven kinderloos.

Ann Hasekamp werd op eerste kerstdag 1926 geboren als derde dochter van een Nederlandse vader en een Britse moeder. Nadat haar ouders in februari 1932 waren gescheiden, bleef zij met haar zusjes bij hun moeder in Voorburg wonen. Ann bleek al vroeg begiftigd met een natuurlijke speelbehoefte, zo vertelde ze later: op heel jonge leeftijd ‘drapeerde ik de vuile lakens om me heen als kostuums, en ging de gekste dingen doen. Dingen voor mezelf spelen, met tekst’. Tijdens haar hbs-jaren in Leiden sloot ze zich aan bij amateurtoneelvereniging Eloquentia in Voorburg, waar ze stilletjes droomde van een carrière aan het grote toneel.

Professioneel actrice

De toneelschool lag dus voor de hand, maar de moeder van Ann vond dit een slechte keuze. Omdat ze ‘toch iets moest doen’, meldde ze zich na haar eindexamen (1946) aan voor de Academie voor Lichamelijke Opvoeding (De Telegraaf, 16-1-1958). In haar vrije tijd speelde ze intussen de ene na de andere rol bij het amateurtoneel – onder meer naast Pim Dikkers, de toenmalige echtgenoot van haar zusje. Via Dikkers ontmoette ze in die tijd ook de acteur Ton Lutz: ze werden verliefd op elkaar maar waren beiden ‘bezet’. In 1948 speelde Hasekamp bij Eloquentia mee in Dievenbal onder Haagsche Comedie-regisseur Bob van Leersum. Hij vroeg haar vervolgens voor een kleine rol in Rijst en oude schoenen. Zo debuteerde ze op 11 augustus 1950 in de Koninklijke Schouwburg te Den Haag. Volgens De Tijd (12-8-1950) kon Ann Hasekamp zich in haar eerste rol ‘beperken tot een zeker mysterieuze houding’. Na haar debuut kreeg ze nieuwe rollen en zelfs een heus contract. En dus bleef ze in de hofstad, waar ze in september 1950 in het huwelijk trad met collega-acteur Peter Holland.

Bij de Haagsche Comedie speelde Ann Hasekamp vanaf 1950 onder leiding van regisseurs als Cees Laseur, Paul Steenbergen, en Joris Diels, maar ook onder Pjotr Sjarov, die – in de geest van zijn leermeester Stanislasvki – de Nederlandse toneelspeelkunst veranderde. Ze leerde het vak vooral door ‘te zitten kijken hoe anderen werkten, ook bij repetities van stukken waarin ik niet meespeelde’ (De Telegraaf, 24-11-1964). Het bleek een solide basis voor een glanzende speelcarrière, die zich al snel uitbreidde naar de televisie. Over televisiewerk zei ze later dat ze het weliswaar erg leuk vond ‘maar ik zou het voor geen goud aldoor doen’ (Vrije Volk, 7-6-1962). In het seizoen 1953-1954 vertrok Hasekamp naar Het Vrije Toneel van Anton Ruys. Ze verhuisde mee toen deze een jaar later het Rotterdams Toneel overnam. Daar voegde ook Ton Lutz zich bij het gezelschap. Ze waren nu allebei getrouwd, maar eind 1957 leidde de hernieuwde kennismaking tijdens de repetities van De min in ’t Lazarushuis tot een verhouding. Hun relatie was binnen de toneelwereld al snel een publiek geheim, maar ‘ze vonden dat wij zó bij elkaar pasten dat er eigenlijk geen vervelende dingen over werden gezegd’, aldus Hasekamp (gesprek 13-2-2007).

Associatief en bescheiden

Hoewel ze pas in 1973 zouden trouwen, liepen de (toneel)levens van Hasekamp en Lutz vanaf dat moment in 1957 nagenoeg synchroon. Hasekamp ging mee toen Lutz artistiek leider werd van Globe en volgde hem later naar het Amsterdamse Publiekstheater. Ze speelde vaak onder zijn regie en ervaarde dat haar man ‘terwijl hij regisseert, ook les [geeft]’ (De Telegraaf, 24-11-1964). Volgens Lutz was Hasekamp een ‘niet intellectualistisch’ maar ‘associatief’ actrice. (Leeuwarder Courant, 18-9-1986)  Daarnaast was ze uitgesproken bescheiden, en bleef dat toen ze in 1971 een Colombina voor de beste vrouwelijke bijrol won voor Warja in De Kersentuin. Ze vermeed ‘babbels in de publiciteit’, en was zich ervan bewust dat ze elke avond een prestatie moest leveren ‘die voor zichzelf te spreken heeft’ (De Telegraaf, 8-5-1976).

Ann Hasekamp bleef altijd openstaan voor vernieuwing. De ouderwetse regisseurs maakten in de jaren voor haar pensioen plaats voor regisseurs die rekening hielden met de eigen inbreng van de spelers. In 1987 kwam Hasekamp bij Toneelgroep Amsterdam bijvoorbeeld te werken onder Gerardjan Rijnders. Met overgave repeteerde ze voor diens stormachtige montagevoorstelling Bakeliet, waarin ze tijdens de uitvoeringen floreerde.

Na het pensioen

Nadat Ann Hasekamp en Ton Lutz de pensioengerechtigde leeftijd hadden bereikt, veranderde er weinig. Ann speelde door op toneel, televisie en in films, terwijl Ton lesgaf aan de Toneelschool en bleef regisseren en spelen. In 1992 – hetzelfde jaar waarin zij Ridder in de Orde van Oranje Nassau werd voor haar acteerprestaties – speelden Hasekamp en Lutz samen in Brutale winterbekentenissen, dat Paul Haenen speciaal voor hen schreef. In 1995 stonden zij voor de laatste keer samen op toneel in Rembrandt was mijn buurman. Haar laatste grote rol speelde Hasekamp in 2006 in de speelfilm Oorlogsrust: ze speelde een verwarde oude vrouw die door haar zoon naar een bejaardentehuis wordt gebracht. De lange verbintenis tussen het geliefde toneelechtpaar werd verbroken toen Ton Lutz op 3 mei 2009 overleed. Ann Hasekamp overleed een paar maanden later, op 22 september 2009, op de leeftijd van 82 jaar.

Naslagwerken

Coffeng; Honig.

Literatuur

  • Necrologieën o.a. in NRC Handelsblad, 23-9-2009; Het Parool, 23-9-2009.
  • De Telegraaf, 16-1-1958; 24-11-1964; 8-5-1976; 24-1-1992.
  • Haarlems Dagblad, 21-1-1975.
  • Leeuwarder Courant, 18-9-1986.
  • Xandra Knebel, Ton Lutz. Toneelvader des vaderlands (Amsterdam 2007).

Illustratie

Ann Hasekamp, 1990 (ANP Photo).

Auteur: Xandra Knebel

laatst gewijzigd: 01/03/2016

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.