© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Seran de Leede, Heijnen, Anna Aleida, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Heijnen [19/02/2018]
HEIJNEN, Anna Aleida, vooral bekend als Lie Alma-Heijnen (geb. Emmen 8-1-1909 – gest. Amsterdam 25-8-1990), vredesactiviste. Dochter van Johannes Heijnen (1884-1958), arbeider, koopman en bioscoopexploitant, en Geertruida Maria Pragt (1889-1971). Anna Aleida Heijnen trouwde (1) op 9-10-1933 in Groningen met Siert Tillema (1906-?), stukadoor; (2) na echtscheiding (in 1938) op 10-4-1940 in Amsterdam met Petrus Alma (1886-1969), beeldend kunstenaar; (3) op 14-10-1983 in Amsterdam met Hendrik Enno Boeke (1910-2009), kunsthistoricus. Uit huwelijk (2) werden 1 dochter en 1 zoon geboren.
Aleida (Lie) groeide op als oudste van vier in een katholiek gezin in de Drentse veenstreek rond Emmer-Compascuum. Aan de R.K. Meisjesschool in Munsterscheveld haalde ze haar lo-akte (1926) en erna ging ze werken in het lager onderwijs in Emmen. Thuis kwamen er geregeld socialisten over de vloer; zo raakte Lie geïnteresseerd in hun gedachtegoed en ontmoette ze Siert Tillema, een anarchist en dienstweigeraar uit Groningen. Ze trouwden in 1933. Na haar huwelijk verhuisde Lie naar Groningen en verloor ze als getrouwde vrouw haar baan als onderwijzeres. Het huwelijk liep al na twee jaar spaak. Ze vertrok hierop uit Groningen en verhuisde in haar eentje naar Amsterdam, maar omdat Siert de scheiding niet accepteerde, bleef ze voor de wet getrouwd. Hierdoor kon ze niet als onderwijzeres aan de slag of verder studeren, zoals ze wilde.
Wuppertal en Spanje
In Amsterdam werkte Lie Heijnen als tandartsassistente, en vanaf 1935 bij het Holland Typing Office van Selma Meyer. Vóór 1935 had ze zich al aangesloten bij de Internationale Vrouwenbond voor Vrede en Veiligheid (IVVV), waarvan Meyer secretaris was. Omdat ze in het openbaar goed sprak, trad ze regelmatig op namens de bond. Ook was ze actief in de in 1934 opgerichte Nederlandse afdeling van het Wereld Vrouwen Comité tegen Oorlog en Fascisme (WVC). In 1935 werd ze voorzitster van de WVC en ging ze met een delegatie als waarneemster mee naar Saarbrücken, waar de inwoners mochten stemmen over hereniging met Duitsland.
In 1936 reisde Lie Heijnen met een delegatie van het Centraal Wuppertal Comité naar Wuppertal om verslag te doen van de processen tegen meer dan negentienhonderd van hoogverraad beschuldigde Duitsers – zij werden tijdens hun verhoren mishandeld en werden veroordeeld tot lange gevangenisstraffen in concentratiekampen. Heijnen was als propagandiste verbonden aan het Amsterdamse Centraal Wuppertal Comité, dat de arrestanten bijstand bood. Na het uitbreken van de Spaanse Burgeroorlog (1936) bezocht Heijnen ook tweemaal de Spaanse Republiek. In september 1938 vertrok Lie Heijnen met Co Dankaart en de Rotterdamse dominee Rutgers naar de Republiek. Ze maakten een rondreis van drie weken door Catalonië. In februari 1939 ging Heijnen opnieuw naar Spanje, ditmaal met de Amsterdamse arts Ben Sajet. Ze kwamen niet verder dan Figueras en moesten noodgedwongen met duizenden Spaanse vluchtelingen naar Frankrijk terugkeren. Namens de Commissie Hulp aan Spanje waarschuwde ze voor het fascisme in Spanje.
Bij de inrichting van een anti-oorlogstentoonstelling van het WVC had Heijnen de kunstenaar Peter Alma leren kennen – ze trouwden in 1940 en gingen wonen op een bovenwoning aan de Amsterdamse Prins Hendrikkade. Kort daarvoor had Heijnen moeten aftreden als voorzitster van het WVC, naar eigen zeggen omdat de organisatie de voorkeur gaf aan een vrouw uit de arbeidersklasse. Vanwege deze gang van zaken wilde ze later niets meer met het comité te maken hebben. Tijdens de bezetting, op 8 januari 1941, beviel Lie Alma-Heijnen van een dochtertje (Sinja Lie). Negen maanden later werd zij gearresteerd vanwege haar betrokkenheid bij het Wuppertal Comité. Tijdens haar gevangenschap in het huis van bewaring aan de Amstelveenseweg mocht ze, als een van de weinigen, wekelijks bezoek ontvangen van haar man en dochtertje. Met haar man wisselde zij onderling briefjes uit, ook voor andere gevangenen, terwijl de bewaakster werd afgeleid door hun dochtertje. Na zes maanden kwam Alma-Heijnen vrij. Om het gezin – in 1944 uitgebreid met zoon Peter Laurens – te onderhouden, maakten ze zelfgemaakte stoffen naaldenboekjes voor warenhuis De Bijenkorf.
Montessorionderwijs
Na de Bevrijding zette Lie Alma-Heijnen haar strijd voor het Spaanse volk voort. Ze sprak zich bovendien fel uit tegen het Nederlandse militaire optreden in Indonesië, onder andere tijdens een massale betoging in het Amsterdam RAI-gebouw in juni 1947. In 1952 behaalde ze haar kandidaatsexamen politieke wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam. Haar man had weinig werk en Alma-Heijnen accepteerde een baan als onder-directrice van ‘Ons Huis’, de organisatie van buurtwerk die ooit door Hélène Mercier was opgericht. Op den duur bleek dit echter niet meer te verenigen met het gezinsleven en keerde ze terug naar het onderwijs. Ze bleef nog wel actief als voorzitster van de opnieuw opgerichte Commissie Hulp aan Spanje. Als onderwijzeres, als lid van onderwijscommissies en als directrice van de Tweede Montessori MAVO in Amsterdam verbond ze zich aan het montessorionderwijs in Nederland. Nadat Peter Alma in 1969 was overleden, hertrouwde Heijnen op 14 oktober 1983 met de kunsthistoricus Hendrik Enno Boeke.
Na een ziekbed overleed Lie Alma-Heijnen op 25 augustus 1990 aan de ziekte van Kahler. Ze werd gecremeerd op Westgaarde in Amsterdam.
Betekenis
Lie Alma-Heijnen stond bekend als een daadkrachtige vrouw die velen wist te beroeren met haar redevoeringen en betogen tegen het fascisme en voor de vrede. Ondanks haar afscheid van de politiek bleef ze zich vol verve inzetten voor het Spaanse volk. Na beëindiging van haar politieke loopbaan drukte ze haar stempel op het montessorionderwijs.
Naslagwerken
BWSA.
Archivalia
Familiearchief in privébezit bij dochter Sinja Alma.
Stadsarchief Amsterdam: archiefkaart.
Publicaties
- ‘Moeders, uw kind is geen kanonnenvlees’ (Groningen 1934) [brochure voor het Maandblad Vrede].
- ‘Vrouwen, moeders, helpt!’, in: Spanje helpen is werken voor de vrede (Amsterdam 1938) [ongepagineerde uitgave Commissie Hulp aan Spanje].
- ‘Niet altijd werd er gezwegen…’, in: Annemarie de Wildt red., Je deed wat je doen moest. Vrouwen in verzet 1933-1945 (Amsterdam 1985).
Literatuur
- Nieuwsblad van Friesland, 20-6-1947.
- Instituut voor Politiek en Sociaal Onderzoek, Cahiers 6 over de geschiedenis van de Communistische Partij van Nederland, vrouwennummer (Amsterdam 1981).
- Els Blok, Uit de schaduw van de mannen. Vrouwenverzet 1930-1940 (Amsterdam 1985).
- Jolande Withuis, Opoffering en heroïek. De mentale wereld van een Communistische vrouwenorganisatie in naoorlogs Nederland 1946-1976 (Amsterdam 1990).
- Bezoek van de delegatie van Lie Heijnen, Co Dankaart en dominee Rutgers aan de Spaanse Republiek in 1938. Propagandafilm Commissie Hulp aan Spanje [https://www.youtube.com/watch?v=tZ0UcFiHuBg, geraadpleegd 13-2-2018].
Illustratie
Lie Heijnen, onbekende fotograaf, 1936 (Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Amsterdam).
Auteur: Seran de Leede
laatst gewijzigd: 19/02/2018
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.