Hoppenbrouwers, Wilhelmina Cornelia (1817-1882)

 
English | Nederlands

HOPPENBROUWERS, Wilhelmina Cornelia (geb. Den Haag 13-5-1817 – gest. Den Haag 24-3-1882), concertzangeres. Dochter van Henricus Hoppenbrouwers (1792-1836), schilder, en Hermina Peerboom (1783-1849). Wilhelmina Cornelia Hoppenbrouwers trouwde op 10-5-1848 in Den Haag met Egbertus Philippus Borst (1812-1867), koopman. Uit dit huwelijk werden ten minste 2 zoons en 2 dochters geboren.

Wilhelmina Cornelia Hoppenbrouwers werd geboren in een eenvoudig, katholiek gezin. Zij kreeg zangles van J.H. Lübeck op de Koninklijke Muziekschool in Den Haag, later van Banderolli in Parijs. Van 1839 tot ongeveer 1850 trad zij op als soliste. Op 26 juli 1839 zong zij de sopraansolo’s op het muziekfeest in de lutherse kerk in Den Haag, ter gelegenheid van het huwelijk van kroonprins Willem III met Sophia Frederika Mathilde van Wurtemberg. De recensent van het Muzikaal Tijdschrift noemde haar in 1842 een van de beste Nederlandse zangeressen: haar stem was zuiver, vol en bijzonder sympathiek, met een groot bereik, een uitmuntende techniek en goede articulatie. Op het vijfde concert van Eruditio Musica te Rotterdam in 1845 zong ze aria’s uit Ines de Castro en enkele romances. Volgens een recensent ‘zeer goed, vooral net en duidelijk’, ook al beantwoordde zij niet geheel aan de verwachtingen (Caecilia 6-2-1845, 37).

Op 10 mei 1848 trouwde Wilhelmina Cornelia Hoppenbrouwers met de Haagse koopman Egbertus Philippus Borst. In 1849 werd zoon Maurits geboren, gevolgd door de dochters Hermana (1850), Maria (1852) en Johanna (1854). Na haar huwelijk is nog één optreden van haar bekend, onder de naam mevrouw Borst geb. Hoppenbrouwers. Dat was op 13 maart 1850, toen zij meewerkte aan een ‘soiree musicale’ in Den Haag ‘ten behoeve van de noodlijdenden door de watersnood’. Samen met Johanna Hekking-van Hove zong zij het duo voor twee sopranen uit Rossini’s Stabat Mater. De recensent van Caecilia betreurde het dat beide dames zo zelden te horen waren. Zij hadden ‘de roem, welke zij zich in de Nederlandse kunstwereld verwierven, op de meest waardige wijze gehandhaafd en hadden gewis […] de uitbundigste toejuichingen verworven, ware het niet dat de tegenwoordigheid der koningin gebood die geestdrift te beteugelen’ (Caecilia 1850, 67). Wilhelmina Cornelia Borst-Hoppenbrouwers droeg op dit concert ook ‘coupletten op de watersnood’ voor, geschreven door Isaac Marcus Calisch en op muziek gezet door Lübeck.

Wilhelmina Cornelia Hoppenbrouwers overleed op 25 maart 1882 in Den Haag, 64 jaar oud.

Naslagwerken

Gregoir; Viotta.

Archivalia

  • Haags Gemeentearchief: BS, geboorten: [W. C. Hoppenbrouwers, 13-5-1817]; Huwelijken: akte nr. 36 [Hoppenbrouwers-Peerboom 12-4-1815]; akte nr. 154 [Hoppenbrouwers-Borst, 10-5-1848]; Overlijden: akte nr. 921 [E.P. Borst 20-5-1867]; akte nr. 833 [W.C. Hoppenbrouwers].

Literatuur

  • J.D.C. van Dokkum, Honderd jaar muziekleven in Nederland: een geschiedenis van de Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst bij haar eeuwfeest 1829-1929 (Amsterdam 1929) 65.
  • H.H. Metzelaar, From private to public spheres: exploring women's role in dutch musical life from c. 1700 to c. 1880 and three case studies (Utrecht 1999) 62, 74.
  • H. Metzelaar, ‘Klanken van de zijlijn. De vrouw in het Nederlandse muziekleven in de achttiende en negentiende eeuw’, Jaarboek voor Vrouwengeschiedenis 23 (2003).

Redactie

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.