Does, Johanna Adriaansdr. van der (?-1574)

 
English | Nederlands

DOES, Johanna Adriaansdr. van der (gest. Leiden 22-9-1574), laatste abdis van het klooster Leeuwenhorst. Dochter van Adriaan van der Does (gest. 1502) en Geertruida van Reimerswaal.

Johanna van der Does was het tweede kind uit het tweede huwelijk van Adriaan van der Does. Haar oudere broer, Adriaan van der Does (gest. 1563), was rentmeester van het klooster Leeuwenhorst (1559-1563). Haar twee jongere zussen, Cornelia (gest. na 1570) en Elisabeth van der Does, waren zuster in de kloosters van respectievelijk Rijnsburg en Koningsveld.

Johanna van der Does begon haar prenoviciaat in 1508/09 in het klooster Leeuwenhorst. Daar was haar vader als rentmeester werkzaam geweest van 1481 tot aan zijn dood in 1502. Na zijn dood was hij ook in het klooster begraven. In een brief van 22 september 1554 draagt keizer Karel V de zusters van Leeuwenhorst op, Johanna als abdis te kiezen. Zo werd Johanna de derde abdis uit het geslacht Van der Does – de anderen zijn Badeloge van der Does en Machteld van der Does.

Na de dood van haar rentmeester en broer Adriaan nam Johanna van der Does zelf het rentmeesterschap van het klooster op zich. Dit had zij eerder ook al incidenteel gedaan. Dit is opmerkelijk, aangezien vrouwenkloosters als Leeuwenhorst altijd onder toezicht stonden van een mannenklooster. In het geval van Leeuwenhorst was dit het klooster Kamp in Duitsland. Op verzoek van Johanna van der Does werden niet-betalende pachters en schuldenaars van het klooster door stadhouder Willem van Oranje en de president en raden van het Hof van Holland tot betaling gedwongen of gedagvaard. In zijn Batavia prijst Hadrianus Junius haar rentmeesterschap. Ook noemt hij haar een bekend latiniste: ‘Primaria et sapiens femina, latini sermonis non ignara, quae magno operae pretio auxit res coenobii’ (Een wijze en voorname vrouw, bekend met de Latijnse taal, die met haar grote inspanningen het klooster tot steun is geweest).

De periode van Johanna van der Does als abdis valt midden in de troebelen van de Opstand van de Nederlanden tegen Spanje. In 1571 zochten de kloosterzusters uit angst voor plundertochten van de geuzen tijdelijk een veilig heenkomen in Leiden. Drie jaar later vestigden zij zich onder leiding van Johanna definitief in die stad; het klooster werd door de geuzen vernietigd. Johanna van der Does was daarmee de laatste abdis van Leeuwenhorst.

In de jaren zestig van de zestiende eeuw was Johanna van der Does voor een niet nader genoemde ziekte onder behandeling bij Pieter van Foreest, lijfarts van Willem van Oranje. Ze stierf in 1574, tijdens het beleg van Leiden, op een leeftijd die boven de zeventig moet hebben gelegen. Ze werd begraven in de Sint Pieterskerk. Haar grafzerk is daar nog altijd aanwezig.

Naslagwerken

NNBW.

Archivalia

Nationaal Archief, Den Haag: toegang 3.18.17.01 (Inventaris van de stukken afkomstig van de Abdij Leeuwenhorst). Toegang 3.18.17.02 (Regesten van het Archief der Voormalige Abdij Leeuwenhorst te Noordwijkerhout).

Literatuur

  • Geertruida de Moor, ‘Het cisterciënzerinnenklooster Leeuwenhorst (1261-1574) en de families Van der Does en Van den Woude’, De Nederlandsche Leeuw 104 (1987) 47-68.
  • Geertruida de Moor, Verborgen en geborgen. Het cisterciënzerinnenklooster Leeuwenhorst in de Noordwijkse regio (1261-1574) (Hilversum 1994).

Illustratie

Tekening van afbeelding op de grafsteen van Johanna van der Does (Sint Pieterskerk Leiden). Uit: K.J.F.C. Kneppelhout van Sterkenburg, De gedenkteekenen in de Pieterskerk te Leyden (z.p. 1864).

Auteur: Peter Mreijen

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 89

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.