Kop, Anna Catharina Croiset van der (1859-1914)

 
English | Nederlands

KOP, Anna Catharina CROISET VAN DER, ook bekend als Anna Arnoldovna Kruaze van der Kop (geb. Den Haag 3-11-1859 – gest. Frankfurt am Main, Duitsland 18-4-1914), eerste slaviste van Nederland. Dochter van Arnoldus Croiset van der Kop (1825-1896), lakenkoopman en kleermaker, en Maria Arendina van Eijk (1819-1885). Anna Croiset van der Kop bleef ongehuwd.

Anna Croiset van der Kop werd geboren als vierde van zes kinderen in een gegoed Haags gezin. Haar vader bezat een kleermakersbedrijf dat onder meer uniformen maakte voor de Nederlandse marine. Anna was intelligent, leergierig en ambitieus. Op achttienjarige leeftijd behaalde ze haar onderwijsakte en nam ze vervolgens privélessen ter voorbereiding op het middelbare onderwijs. In 1880 slaagde ze voor het mo-examen aardrijkskunde en in 1883 behaalde ze mede met een ‘in alle opzichten voortreffelijk opstel’ haar mo-akte Nederlandse taal- en letterkunde (Staatscourant, 6- 3-1884). Door zelfstudie perfectioneerde ze haar kennis van het Frans, Duits en Engels en leerde ze Spaans.

Berlijn en Sint-Petersburg

Na een jaar te hebben gewerkt op een particuliere school in Den Haag begon Croiset van der Kop als privélerares. Ze wilde zelfstandig haar onderwijs kunnen afstemmen op de behoeften van haar leerlingen: kinderen die doorleerden voor het toelatingsexamen tot de hbs of het gymnasium en volwassenen die zich voorbereidden voor mo-akten. Naast haar lespraktijk publiceerde Croiset van der Kop in dagbladen en tijdschriften als Nieuwe Rotterdamsche Courant, De avondpost, De Natuur, Dietsche Warande, Den Gulden Winckel. Ze schreef over aardrijkskunde, natuurlijke historie, literatuur, geschiedenis en (schilder)kunst. Uit haar artikelen spreekt niet alleen een grondige kennis van uiteenlopende onderwerpen, maar ook de wens anderen daarin te laten delen.

Rond 1900 vertrok Anna Croiset van der Kop voor een medische behandeling naar Berlijn – de aard van haar klachten is onbekend. Haar Russische medepatiënten maakten haar zo enthousiast voor hun taal en cultuur, dat ze terug in Nederland colleges ging volgen van vergelijkend taalwetenschapper C.C. Uhlenbeck, die incidenteel Kerkslavisch en Russisch gaf. Toen medische behandeling in 1902 opnieuw nodig bleek, vestigde Croiset van der Kop zich in Berlijn. Op 43-jarige leeftijd begon ze aan een studie slavistiek bij professor A. Brückner aan de Friedrich-Wilhelm-Universiteit. Haar studieresultaten vielen op en op advies van Brückner startte ze een onderzoek naar zestiende- en zeventiende-eeuwse Russische vertalingen uit het Pools om na te gaan in hoeverre deze een rol hebben gespeeld bij de verspreiding van de West-Europese cultuur in Rusland. In oktober 1904 vertrok Croiset van der Kop voor een half jaar naar Sint-Petersburg, waar ze contact legde met toonaangevende slavisten. Ze wist hen te interesseren voor haar werk en hen in te schakelen bij het zoeken naar en bemachtigen van bijzondere handschriften. In juli 1907 promoveerde ze cum laude bij Brückner in Berlijn op het proefschrift Altrussische Übersetzungen aus dem Polnisschen. I. De morte Prologus.

Slavische leerstoel

Eind 1907 vestigde Anna Croiset van der Kop zich in Sint-Petersburg. Met voornamelijk in het Russisch en Duits geschreven artikelen wist ze naam te maken onder haar Russische en Oost-Europese collega-slavisten. Ze werd lid van wetenschappelijke genootschappen en vrouwenorganisaties en hield zich in opdracht van de Russische Keizerlijke Academie van Wetenschappen bezig met het opsporen van Slavische handschriften in West-Europese archieven. Ze publiceerde artikelen over de Nederlands-Russische betrekkingen door de eeuwen heen. Ook ging ze zich steeds meer persoonlijk inzetten voor de verbetering van de betrekkingen tussen Nederland en Rusland op cultureel, maatschappelijk, economisch en diplomatiek gebied.

De droom van Croiset van der Kop werd de oprichting van een leerstoel voor Slavische filologie in Leiden die zij zelf wilde bekleden. Gesteund in dit streven door buitenlandse slavisten, vooral Russen, wist ze ook in Nederland prominente landgenoten, zoals de politicus Abraham Kuyper en de Leidse emeritus professor J.H.C. Kern, voor haar plannen te winnen. Maar de Leidse letterenfaculteit onder leiding van professor Uhlenbeck was minder enthousiast: men wilde wel een leerstoel Russisch, maar geen filologische invulling van de leeropdracht. Bovendien was een vrouw als hoogleraar in hun ogen ongewenst. Uiteindelijk liep Croiset van der Kop de hoogleraarsbenoeming mis: in juli 1913 werd Uhlenbecks leerling Nicolaas van Wijk op de post benoemd.

Eind 1913 veranderde Anna Croiset van der Kop haar testament –ze vermaakte haar bibliotheek en persoonlijk archief aan de Keizerlijke Academie van Wetenschappen in Sint-Petersburg in plaats van aan de Leidse universiteit. Hierop keerde ze terug naar Rusland, maar tijdens de reis werd ze ziek en in Heidelberg bleek ze te uitgeput om verder te reizen. Croiset van der Kop werd overgebracht naar het huis van haar zuster in Frankfurt, waar ze op 18 april 1914 overleed, 54 jaar oud. In Frankfurt werd ze ook begraven.

Waardering

Anna Croiset van der Kop was de eerste vrouw en Nederlander die afstudeerde in de slavistiek. Ze werd in het buitenland bijzonder gewaardeerd als wetenschapper, maar doordat ze weinig in Nederland had gepubliceerd, raakte ze na haar vroegtijdige dood in eigen land snel vergeten. Haar naam leeft wel voort in het uit haar nalatenschap gefinancierde Croiset van der Kopfonds, dat beurzen toekent voor onderzoek op het gebied van Slavische taal- en letterkunde. Ze stond aan de basis van de studie slavistiek in Nederland.

Publicaties

  • ‘De wijzigingen, waaraan ons klimaat onderhevig is, en hare oorzaken’, Album der Natuur (1882) 99-118.
  • ‘Goethe en een zijner gedichten’, De Leeswijzer 3 (1886) 117-118.
  •  De lemming of Noorsche trekmuis’, De Natuur 13 (1893) 77-79.
  • ‘Mevrouw S. Mesdag-Van Houten’, Elsevier’s Geïllustreerd Maandschrift 1 (1891) 537-552.
  • Altrussische Übersetzungen aus dem Polnischen. I. De morte Prologus (Berlijn 1907). [proefschrift].
  • ‘Poltawa. Eene Navonkeling’, Onze Eeuw 4 (1909) 249-260.
  • ‘Die Russischen Übersetzungen polnischer Literaturwerke. Ein Beitrag zur Geschichte der geistigen Bildung Ruszlands in XVI. und XVII. Jahrhundert’, Archiv für Slavische Philologie 30 (1909) 57-89.
  •  ‘K voprosu o gollandskich terminach po morskomu delu v russkom jazyke‘. (Po povodu truda R. van-der-Mëlen: ‘Gollandskie morskie i sudovye terminy v russkom jazyke’), Izvestija Otdelenija Russkogo Jazyka i Slovestnosti 15 (Sint-Petersburg 1911) kn. 4-ja.
  • ‘De Hollandse zee- en scheepstermen in het Russisch’, (Naar aanleiding van het werk van R.van der Meulen: ‘De Hollandsche zee- en scheepstermen in het Russisch’), Mededelingen van de Afdeling Russische Taal en Literatuur van de Keizerlijke Academie van wetenschappen 15 (Sint-Petersburg 1911) boek 4.

Literatuur

  • S. Hermina Croiset, ‘Dr. Anna C. Croiset van der Kop’, De Haagsche Vrouwenkroniek 1 (1914) nr. 35.
  • C.C. van de Graft, ‘Dr. Anna Croiset van der Kop’, Het boek. Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen, tweede reeks 3 (1914) 384-389.
  • A.H. van den Baar, ‘Dr. Anna Croiset van der Kop 1859-1914’, in: Geschiedenis van de Nederlandse Slavistiek, deel 1 (Utrecht 1984) [met uitgebreide bibliografie].
  • A.H. van den Baar, ‘The history of Slavic studies in the Netherlands’, in: J. Hamm, en G. Wytrzens, red., Beiträge zur Geschichte der Slawistik in nichtslawischen Ländern (Wien 1985) 317-360.
  • Hans van Koningsbrugge en Carl Horstmeier red., Of science and scientists, Neerlandica in the Archive of the Academy of Sciences St. Petersburg (Groningen 2002) 89-138 [o.a. beschrijving van het archief A.C. Croiset van der Kop in het Sint-Petersburgs Filiaal van het Archief van de Academie van Wetenschappen].
  • Michail Fajnsjtejn, ‘Anna Croiset van der Kop: een Nederlandse aan de oevers van de Neva’, in: Emmanuel Waegemans en Hans van Koningsbrugge red., Noord- en Zuid-Nederlanders in Rusland 1703-2003 (Groningen 2004) 393-409.
  • Jan Paul Hinrichs, Vader van de Slavistiek. Leven en werk van Nicolaas van Wijk 1880-1941 (Amsterdam 2005) 97-118.
  • Nadja Louwerse, ‘De Hollandsche zee- en scheepstermen in het Russisch. Anna Croiset van der Kop versus Reinder van der Meulen’, Studium 3 (2010) nr. 1, 18-30.
  • Nadja Louwerse, ‘Anna Croiset van der Kop (1859-1914), pleitbezorgster van een Nederlandse leerstoel slavistiek’, Tijdschrift voor Slavische Literatuur 60 (2011) 67-79.
  • Nadja Louwerse, ‘Croiset van der Kop en Evers: over vergeten boekjes en gevonden brieven’, To the point. Festschrift for Eric de Haard. Pegasus Oost-Europese Studies 22 (Amsterdam 2014) 175-192.

Illustratie

Anna Croiset van der Kop in Sint-Petersburg, door onbekende fotograaf, ongedateerd (UB Utrecht, Bijzondere Collecties 8*C15).

Auteur: Nadja Louwerse

laatst gewijzigd: 27/02/2017

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.