© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Ingrid van der Vlis, Leeuw, Johanna van der, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/LeeuwRiemsdijk [09/08/2017]
LEEUW, Johanna van der, vooral bekend als Johanna van Riemsdijk-van der Leeuw (geb. Delft 19-1-1855 – gest. Amsterdam 9-10-1918), oprichtster Zusterhulp en initiatiefneemster ambulancehulp in Eerste Wereldoorlog. Dochter van Aart van der Leeuw (1818-1892), koopman en wethouder, en Maria Agnes van der Looy (1821-1890). Johanna van der Leeuw trouwde op 30-8-1877 in Delft met Barthold Willem Floris van Riemsdijk (1850-1942), bouwkundig ingenieur, later museumdirecteur. Uit dit huwelijk werden 6 kinderen geboren.
Johanna van der Leeuw werd geboren als een na jongste in een groot en welgesteld gezin in Delft. Haar vader had al drie kinderen uit een eerder huwelijk en kreeg met zijn tweede vrouw nog eens zes kinderen. Johanna volgde huisonderwijs in Delft en bezocht vanaf haar zestiende een prestigieuze kostschool in Bonn. Terug in Delft trouwde ze met jonkheer Barthold van Riemsdijk, afgestudeerd aan de Polytechnische School. Het echtpaar verhuisde in 1877 naar Gorinchem, waar Van Riemsdijk als ingenieur bij de spoorwegen kwam te werken en hun eerste twee kinderen werden geboren. In 1880 verhuisde het gezin naar Den Haag vanwege de aanstelling van Van Riemsdijk aan de kunstafdeling bij het departement van Binnenlandse Zaken. Daar werden nog vier kinderen geboren.
Zusterhulp
Naast de zorg voor het gezin zette Johanna van der Leeuw zich steeds meer in voor hulpverlening. Met jonkvrouw Anna Six zette zij in 1886 de Eerste Christelijke Wijkverpleging in Nederland op. Zelf werkte zij ook als wijkzuster mee. Toen haar man in 1889 als onderdirecteur van het Rijksmuseum was aangesteld, betrokken ze een nieuwgebouwd huis aan het Willemspark in Amsterdam. Na de promotie van Van Riemsdijk tot hoofddirecteur in 1897 verhuisde het gezin naar de directeurswoning in de Hobbemastraat. Johanna van der Leeuw bekommerde zich vanaf dat moment om het museumpersoneel en huurde op eigen kosten een wijkzuster die hen in geval van ziekte kon verzorgen. Ze raakte betrokken bij het Nederlandse Hervormde Diaconessen-Huis, hielp mee bij het oprichten van een aantal kleine fondsen voor onderlinge steunverlening en nam zitting in vele besturen van maatschappelijke verenigingen.
In 1899 maakte Johanna van Riemsdijk-van der Leeuw kennis met Henriëtte Wilhelmine Spiering, oprichtster van de Nederlandsche Meisjes Bond en redactrice van het maandblad Onze Jonge Meisjes. De Bond was opgericht om christelijke meisjes en jonge vrouwen te verenigen. Nog datzelfde jaar trad Van Riemsdijk-van der Leeuw toe tot de redactie van het tijdschrift, een functie die zij tot haar dood zou blijven uitoefenen. Enkele jaren was zij ook hoofdredactrice. Zij werd afdelingspresidente van de Nederlandsche Meisjes Bond in Amsterdam en thuis had ze een bibliotheek waar jonge meisjes boeken mochten lenen. Samen met Spiering richtte zij in april 1902 Zusterhulp op, een vereniging die alleenstaande vrouwen wilde helpen, ongeacht hun maatschappelijke positie of geestelijke overtuiging – Van Riemsdijk-van der Leeuw werd presidente. Ze bleek sterk in fondsenwerving en wist mede door haar grote netwerk telkens voldoende geld bijeen te krijgen voor de projecten waarbij ze betrokken was.
Nadat haar oudste dochter aan tbc was overleden, zette Johanna van Riemsdijk-van der Leeuw zich via Zusterhulp in voor het oprichten van het christelijke rusthuis Moira (1906) bij Nunspeet. Vrouwen konden daar aansterken tot ze fit genoeg waren om hun werkzaamheden weer op te pakken. Voor vrouwen die slecht of kleinbehuisd waren, exploiteerde de organisatie vanaf 1914 het woonhuis Eigen Haard aan Prinsengracht 997 in Amsterdam, waar jonge vrouwen ’s avonds terecht konden voor huiselijkheid en gezelligheid.
Ambulance
De opvallendste maatschappelijke activiteit van Johanna van Riemsdijk-van der Leeuw was het opzetten van een ambulancedienst tijdens de Eerste Wereldoorlog. Vanwege de Nederlandse neutraliteit mocht het Rode Kruis vanuit Nederland geen hulpkonvooi naar de oorlogsfronten sturen, maar particulieren mochten wel initiatieven ontplooien. Van Riemsdijk-van der Leeuw werd voorzitter van het Centraal Comité voor de Nederlandse Ambulance naar Duitsland en Oostenrijk-Hongarije, ook bekend als Misericordia et Humanitas (Barmhartigheid en Medemenselijkheid). Het Comité zamelde geld in en kon op 28 december 1915 vanuit Amsterdam een eerste ambulance met Nederlandse artsen en verpleegkundigen sturen. In Gleiwitz in Duitsland (Gliwice, Polen) werd een veldhospitaal ingericht om Duitse oorlogsgewonden en Russische krijgsgevangenen te verplegen. In de daaropvolgende jaren zette het Comité ook ambulancediensten op in Boedapest en Olomouc (Tsjechië). Van der Leeuw ging als het even kon ook zelf bij de veldhospitalen langs.
Johanna van Riemsdijk-van der Leeuw maakte het einde van de Eerste Wereldoorlog niet mee. Ze stierf op 9 oktober 1918, een maand voor het tekenen van de wapenstilstand. Bij haar uitvaart werden naast andere huldeblijken ook bloemstukken bezorgd namens de Duitse keizerin en het Duitse Ministerie van Oorlog.
Betekenis
Kort na de dood van Johanna van Riemsdijk-van der Leeuw werd het Centraal Comité voor de ambulancehulp opgeheven. De door haar opgerichte Vereniging Zusterhulp bleef wel bestaan – in 1924 begon Zusterhulp het sanatorium Erica, in 1933 sanatorium De Kraaienhorst, allebei in Nunspeet. De vereniging werd in 1979 omgezet in de Johanna van Riemsdijk Stichting.
Archivalia
- Atria, Amsterdam: Archief Vereniging Zusterhulp, inv. nr. 2, handgeschreven levensbeschrijving van Johanna Riemsdijk-van der Leeuw.
- Nationaal Archief, Den Haag: Archief van de familie Van Riemsdijk, toegangsnr. 2.21.307, inv. nr. 822, kranten- en tijdschriftartikelen; inv. nrs. 826-829, diverse stukken over de Nederlandsche Meisjes Bond en Zusterhulp; inv. nrs. 832-833, stukken over de ambulancedienst.
Literatuur
- Vereeniging Zusterhulp. Gedenkboek 50 jaar, 1902-1952 (z.p. 1952).
- ‘Een daad der neutraliteit. Nederlandse ambulances voor Duitsland en Oostenrijk tijdens de Eerste Wereldoorlog’, NA Magazine (2014) nr. 1, 12-14.
Illustratie
Johanna van Riemsdijk-van der Leeuw, door onbekende fotograaf, ongedateerd (Archief Vereeniging Zusterhulp).
Auteur: Ingrid van der Vlis
laatst gewijzigd: 09/08/2017
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.