Meinertzhagen, Maria Jacoba (1712-1787)

 
English | Nederlands

MEINERTZHAGEN, Maria Jacoba (geb. Keulen 21-4-1712 – gest. Utrecht 9-3-1787), schrijfster van een dagboek. Dochter van Johan Werner Meinertzhagen (1681-1751), koopman, en Anna Maria Meinertzhagen (1689-1778). Maria Jacoba Meinertzhagen trouwde op 21-7-1736 in Utrecht met Cornelis Jan van Royen (1711-1774), jurist. Uit dit huwelijk werden 10 kinderen geboren, van wie 2 dochters en 1 zoon de volwassen leeftijd bereikten.

Maria Jacoba Meinertzhagen werd in Keulen geboren, maar verhuisde op vijfjarige leeftijd naar Utrecht, waar zij het grootste deel van haar leven gewoond heeft. Het gezin woonde achttien jaar lang aan de Nieuwegracht. De vader van Maria, die koopman was, raakte in de jaren dertig in financiële problemen en moest in 1735 vanwege een bankroet met zijn gezin de stad ontvluchten. Hij vestigde zich met zijn vrouw in de vrijstad Culemborg. Cornelis Jan van Royen, de geliefde van Maria en lid van een vooraanstaande Utrechtse familie, hielp Maria’s vader door een grote hoeveelheid aandelen van hem te kopen. Omdat zijn familie gekant was tegen een huwelijk met de dochter van een failliet gegaan koopman, vertrokken Cornelis Jan en Maria naar Kleef (Duitsland) om daar bij een notaris te trouwen. Cornelis Jan gebruikte een valse naam, waardoor het huwelijk niet officieel was. In haar dagboek noemt Maria deze datum, 5 november 1735, als de dag waarop zij zich ‘plechtig verbonden’ heeft aan Cornelis Jan. Toen hij enkele maanden later 25 en dus volwassen werd, keerden ze terug naar Utrecht. Zijn moeder wilde echter nog steeds geen toestemming geven. Cornelis Jan spande daarom een proces tegen haar aan en uiteindelijk gaf het gerecht in mei 1736 toestemming voor het huwelijk, waarna het volgens Maria’s dagboek op 21 juli bevestigd werd. De trouwakte geeft echter als datum 18 juli 1736.

Huwelijk

De eerste huwelijksjaren bracht het echtpaar door in Xanten (Duitsland). Daar kreeg Maria haar eerste drie kinderen. In 1741 keerde het gezin terug naar Utrecht, waar Cornelis Jan een politieke loopbaan doorliep en het in 1764 tot burgemeester bracht. Het gezin voerde een hoge staat, met diverse personeelsleden en een zomerverblijf. Van een van de kinderen (Jan Jacob) bleef een verjaardagsversje bewaard dat hij op dertienjarige leeftijd voor zijn moeder schreef. Deze enige overgebleven zoon – zeven van hun kinderen stierven op zeer jonge leeftijd – overleed in 1773, ‘door hevige ziekte overvallen’, vlak voor zijn huwelijk. Het jaar daarop overleed echtgenoot Cornelis Jan op 63-jarige leeftijd aan waterzucht. Maria meldt in haar dagboek niets over zijn dood, hoewel zij in 1773 wel schreef dat hij aan ‘blijvende waterzucht en pijnlijkheid der benen’ leed. Maria bleef achter met twee dochters, van wie Sara Jacoba Elisabeth in 1760 trouwde met Jan de Lely en Anna Catharina (gest. 1783) met Joan Hendrik de Vlieger.

‘Het dagboek van eene merkwaardige vrouw’

Maria van Royen geb. Meinertzhagen is in 1737 begonnen met het bijhouden van een dagboek. Als uniek document werd het in 1884 integraal gepubliceerd in het Algemeen Nederlandsch Familieblad. De redactie schreef hierover: ‘Zo men dus aantekeningen door een vrouw in vroeger tijd gehouden ontmoet, is zulks reeds iets bijzonders, maar hoogst zeldzaam is het een dagboek onder de ogen te krijgen door een vrouw geregeld bijgehouden en die wat meer te boek stelt dan wat alleen haar eigen gezin betreft’.

In het dagboek geeft Maria op enigszins afstandelijke toon de gebeurtenissen in haar leven weer. Ze schrijft veel over huwelijken en sterfgevallen in de familie, maar ook over politieke gebeurtenissen en financiële zaken. Getuige haar dagboek en een bewaard gebleven ‘aantekening van religieuze aard’ uit 1768 was ze een gelovige en intelligente vrouw. Het dagboek loopt tot 1780. Zeven jaar later, op 9 maart 1787, overleed Maria Meinertzhagen. Zij werd begraven in de Buurkerk.

Archivalia

Het Utrechts Archief: toegang 814 (Archief familie Van Geuns) [hierin o.a. de religieuze aantekening en het verjaardagsversje].

Literatuur

  • ‘Het dagboek van eene merkwaardige vrouw’, Algemeen Nederlandsch Familieblad (1884) nrs. 83, 85, 87, 93, 96, 105, 109, 111, 123.
  • D. Dunlop, ‘Het Huis Nieuwegracht (Onder de Linden) no. 94’, Jaarboekje Oud-Utrecht (1966) 75-89.
  • J.N. van der Meulen, 'Maria Jacoba Meinertzhagen (1712-1787), een patriciërsvrouw', in: Utrechtse biografieën, 5 (Utrecht 1998) 107-112.

Illustratie

Portret, door Th. Caenen, 1742 (Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie, Den Haag).

Redactie

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 477

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.