© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Elly Groenenboom-Draai, Mels, Margaretha, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Mels [07/04/2017]
MELS, Margaretha (geb. Dordrecht uiterlijk 1649 – gest. Dordrecht 4-7-1682), dichteres en musicienne. Dochter van Mels Gijsbrechtsz. (1595-1648), korenkoper en doopsgezind voorganger, en Anna Dircs (gest. 1649). Margaretha Mels bleef ongehuwd.
De geboortedatum van Margaretha Mels is onbekend. Haar vader, Mels Gijsbrechtsz., overleed in juni 1648 en haar moeder, Anna Dircs, in november 1649, dus zij is uiterlijk maart 1649 geboren. Maar veel eerder dan 1645 zal het niet geweest zijn, want bij haar overlijden in 1682 spraken tijdgenoten van haar vroege dood.
Margaretha Mels stamde uit een familie van vrij welgestelde kooplieden en brouwers in Dordrecht, waar haar vader tevens leraar bij de doopsgezinde gemeente was. In haar vroege jeugd woonde ze vermoedelijk aan de (Oude)manhuissteiger, waar haar moeder in 1649 overleed. Zij had vier zusters, Anna, Elisabeth, Barbara en Johanna, en drie broers, Dirck, Gijsbert(o) en Adriaan.
Misschien kwam Margaretha Mels na de dood van haar ouders in huis bij haar veel oudere zuster Anna, die in 1648 was getrouwd met Jean Boenes, en verhuisde zij eind 1654 met hen mee naar Rotterdam. Daar lieten Margaretha en haar zuster Johanna in 1667 een mutueel testament opstellen en stelde ze, naar eigen zeggen, in 1669 haar bundel Kruit Hof samen. Niet veel later is ze, wellicht wegens het overlijden van Jean Boenes in 1668 of 1669, teruggekeerd naar Dordrecht. In haar geboortestad bewoog Margaretha zich in de kring van literair actieve geloofsgenoten, jonge vrouwen als Margarita-Cornelia Ooms, en mannen als François van Hoogstraten en zijn zoons David en Jan, voorts J(oachim?) Targier, Cornelis van Someren en Matthijs Balen. Ze woonde waarschijnlijk bij haar broer Adriaan en na diens dood bij zijn weduwe Helena Deijlman, aangezien ze overleed in Den Witten Ancker, de brouwerij van het echtpaar.
Werken
Margaretha Mels schreef vooral godsdienstige gedichten, waarvan er zestien postuum werden gedrukt onder de titel Aendacht van Philothea. Uit deze gedichten spreekt een grote vroomheid én de wens in een klein gezelschap van gelijkgestemden te leven, verlost van wereldse geneugten en vleselijke lusten. Bij leven publiceerde ze een drempeldicht voor Balens Beschrijving van Dordrecht. Onuitgegeven bleef het door haar zelf verluchte handschrift, Kruit Hof, nut voor alle mensche – een verzameling van zeer diverse, aan anderen ontleende teksten, gelardeerd met eigen werk, die meermalen blijk geeft van een sterk anti-katholieke gezindheid. Waarschijnlijk heeft zij daarvoor geput uit het boekenbezit van haar familie, bijvoorbeeld uit de collectie die de zoon van haar broer Adriaan naliet, Adriaan Mels jr. In maart 1721 werd in Den Witten Ancker diens bibliotheek geveild, bestaande uit vele theologische, historische, mathematische en astronomische boeken.
Al waarschuwt Mels haar lezers nadrukkelijk, niet ongevraagd haar Kruit Hof te bekijken (zie illustratie), blijkens het voorwoord wil ze de teksten wel degelijk met anderen delen; mogelijk dienden ze op bijeenkomsten als gespreksstof. Haar oogmerk is niet aardse roem te vergaren, maar – zo laat ze weten – zichzelf en vervolgens de lezer tot een deugdzaam leven te brengen. Het handschrift bestaat uit vijf delen: ‘’t Eerste Bouck Medicine ter Saligheit’, met notities van korte bijbelpassages; ‘Tweede Bovk van ’t Kruit-Hof bestaande in zin-spreuken op Alderleij voor vallen’; ‘Derde Bovk Behelsende veel wonderlijke en gedenkwaardige geschiedenissen’, met tal van uiteenlopende wetenswaardigheden; het vierde deel (zonder ‘Bovk’-aanduiding) omvat ‘Troost spreuken en leeringen’, en het titelloze ‘Vijfde Bovk’ is gevuld met (dubbelzinnige) gedichtjes, curieuze letter- en cijferspelletjes en ‘vraagen en antwoorden’.
Waardering
Margaretha Mels was bekend om haar dichtkunst en muziek (fluit- en snarenspel), en werd geprezen om haar intelligentie en wijsheid, haar belezenheid en talenkennis, waaronder Frans, Spaans en ook Engels. Matthijs Balen kwalificeerde haar als de ‘Twede Parel’ van Dordrecht, verwijzend naar de eerste, Margaretha van Godewijck. Vooral de dichter-uitgever François van Hoogstraten gaf blijk van zijn bewondering en sympathie voor Margaretha Mels. Zo gaf hij zijn Mengeldichten een stellig aan haar gerichte ‘Opdracht aen Parthenia’ (de maagdelijke) mee, en zijn (vertaling) Beginselen en leerstucken van het christelijk leven een ‘Opdracht aen Theophila’ (‘de door God beminde’, maar ook: ‘zij die God liefheeft’).
Persoonlijker is Van Hoogstratens ‘Aen Targlemirasma’ (anagram van Margarita Mels). Daarin troost hij haar na haar beklag een hartsvriendin te hebben verloren doordat deze is getrouwd. Hij adviseert haar het voorbeeld van de vriendin te volgen voor het te laat is en ze haar fysieke aantrekkelijkheid verloren zal hebben. Mels volgde die raad nimmer op en kreeg ook geen kinderen, anders dan Van der Aa en Schotel beweren op gezag van Scheltema, die spreekt van ‘hare nakomelingschap’ die nog gedichten van haar zou bezitten. Dit berust op een misinterpretatie van de woorden ‘mijne nakomelinge’ die Mels in haar Kruit Hof (fol. 6r) gebruikt in de zin van ‘de mensen die na mij komen; latere lezers’.
Na Mels’ dood in 1682 schreef Van Hoogstraten een lijkzang ‘Op het schielijk overlijden van me-juffr. Margarite Mels’, die van een sterk gemis getuigt. Deze verscheen in een door hemzelf uitgegeven bundeltje lijkdichten, Uytvaard van het lijk der vvelbegaefde en konstrijke iuffer, me-juffer Margarita Mels. Ook anderen, onder wie Targier en Ooms, droegen lovende gedichten bij aan de Uytvaard. Uit al hun gedichten blijkt dat Mels jong gestorven is. Als laatste huldebetoon aan zijn dierbare vriendin verzorgde Van Hoogstraten nadien de uitgave van het acht pagina’s tellende bundeltje Aendacht van Philothea van Margaretha Mels.
Naslagwerken
Van der Aa; NBAC; NNBW; Regt.
Archivalia
- Stadsarchief Dordrecht: DTB, archiefnr. 11, inv. nr. 41, 219r [4-7-1682: uitvaart Margaretha Mels]; inv. nr. 38, 209r [20-6-1648: uitvaart Mels Gijsbertsz.], en 233r [3-11-1649: uitvaart weduwe van Mels Gijsberts]; inv. nr. 78.7 (index attestaties doopsgezinden) [dec. 1654: Anna Mels en Johan Boenis vertrokken naar Rotterdam].
- Gemeentearchief Rotterdam: ONA, archiefnr. 18, inv. nr. 842, p. 221-223 [13-5-1667: mutueel testament Johanna en Margarita Mels].
Werk
- Kruit Hof, nut voor alle mensche. Door Margarita Mels besaaijt en beplant. Beschreve tot Rotterdam 1669 [hs. Koninklijke Bibliotheek, Den Haag: Handschriftencollectie].
- Margareta Mels, ‘Op de zelve Beschryvinge’, [lofdicht] in: Matthys Balen,Beschryvinge der stad Dordrecht, deel 1 (Dordrecht 1677) **1v.
- Aendacht van Philothea, of de Godminnende ziele, gevolgt uit de nagelaete vaerzen van zal. Margarita Mels (z.p. z.j. [na 1682]) [meegebonden met: Joseph Hall, vert. François van Hoogstraten, De schoole der wereld, geopent in CXL. vliegende bedenkingen (Rotterdam 1687), ex.: Gemeentebibliotheek Rotterdam (Erasmuszaal); ook in de herdrukken van De schoole van 1698 (ex. Rotterdam) en 1725; ex. Rotterdam en Athenaeumbibliotheek, Deventer].
Literatuur
- F. v. H. [François van Hoogstraten], ‘Opdracht aen Theophila’, ‘Opdracht Aen Parthenia’ en ‘Aen Targlemirasma, over het verlies van haer speelnoot’, in: Idem, Mengeldichten (z.p. z.j.) [meegebonden met: Joseph Hall, vert. François van Hoogstraten, De schoole der wereld, geopent in CXL. vliegende bedenkingen (Rotterdam 1687), ex.: Gemeentebibliotheek Rotterdam (Erasmuszaal); ook in de herdrukken van De schoole van 1698 (ex. Rotterdam) en 1725; ex. Rotterdam en Athenaeumbibliotheek, Deventer; variante tekst van ‘Theophila’ in: Giovanni Bona, Beginselen en leerstucken van het christelijk leven (Rotterdam 1676)].
- Margarita-Cornelia Ooms e.a., Uytvaard van het lijk der vvelbegaefde en konstrijke iuffer, me-juffer Margarita Mels, gehouden te Dordrecht den achtsten van Hoymaend, 1682 (Dordrecht 1682) [ex. Stadsarchief, Dordrecht; Koninklijke Bibliotheek, Den Haag].
- Leidse Courant, 12, 14, 17, 19 en 21-3-1721; Oprechte Haarlemse Courant, 13, 15, 18 en 22-3-1721 [verkoop bibliotheek van Adriaan Mels jr.].
- [Arnold Houbraken], Verzameling van uitgelezene keurstoffen; handelende over den godsdienst, natuur- schilder- teken- oudheid- redeneer- en dichtkunde. Philaléthes brieven (Amsterdam 1713) 49-50.
- Jacobus Scheltema, Geschied- en letterkundig mengelwerk, deel 3 (Utrecht 1823) 3de stuk, 108.
- G.D.J. Schotel, Letter- en oudheidkundige avondstonden (Dordrecht 1841) 161.
- A.G. van Hamel, ‘François van Hoogstraten (1632-1696)’, Rotterdams Jaarboekje 9 (1921) 49-66, aldaar 58-59.
- J.L. van Dalen, Geschiedenis van Dordrecht, deel 2 (Dordrecht 1931) 653, 805.
- J. Kouwer, ‘Het geslacht Mels’, Gens Nostra 13 (1958) 275-276.
- P. Breman en J. Rijken, Dichters in Dordt (Dordrecht 1983).
- Albert van Engelenhoven, ‘Het Gotische huis ‘Den Witten Ancker’, Voorstraat 324’, in: De gebouwde geschiedenis van Dordrecht. Dordtse huizen in bouwhistorisch perspectief, afl. 1 (maart 1998) 1-7 [ex. Stadsarchief Dordrecht].
- W. Frijhoff e.a. red., Geschiedenis van Dordrecht van 1572 tot 1813, deel 2 (Hilversum 1998) 350.
- Annelies de Jeu, ‘’t Spoor der dichteressen’. Netwerken en publicatiemogelijkheden van schrijvende vrouwen in de Republiek (1600-1750) (Hilversum 2000) 43-45.
- Elsina Groenenboom-Draai, ‘Margaretha Mels: "Twede Parel" van Dordrecht’, Oud-Dordrecht 26 (2008) 2, 86-93 en 3, 68-75.
Illustraties
- Afbeelding door Margaretha Mels van de ingang tot haar Kruit Hof, met haarzelf als ‘bewaakster’. De teksten luiden als volgt: (bovenaan) ‘Al wat hier is in mijn Hoffien/ deel ik and’re willigh mee/ maar ook niet het minste Stoffien/ laat ik draagen van sijn stee/ voor dat ik present en zij/ niemant com hier sonder mij./ M.M.’; (midden) ‘Tree in maar/ met verlof’; (onder) ‘Vergt mij nimmer te probeeren, om dees deuren op te doe/ want ghij sout niet optineeren, niemant geef’ ik magt daar toe’ (hs. Koninklijke Bibliotheek, Den Haag: Handschriftencollectie, sign. 79 L 15).
- Titelpagina van de Kruit Hof (hs. Koninklijke Bibliotheek, Den Haag: Handschriftencollectie, sign. 79 L 15).
Auteur: Elly Groenenboom-Draai
Biografienummer in 1001 Vrouwen: 344
laatst gewijzigd: 07/04/2017
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.