© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Marloes Huiskamp, Ruitman, Willemina Cornelia, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Ruitman [03/11/2022]
RUITMAN, Willemina Cornelia (geb. Den Haag 19-1-1880 – gest. Den Haag 31-12-1954), ballonvaarster, eerste vrouwelijke aeronaut van Nederland. Dochter van Willem Herman Joannes Ruitman (1851-1919), smid en winkelier, en Frederica Maria Petronella Mansvelt Beck (1854-1899). Willemina Ruitman trouwde op 14-6-1911 in Rotterdam met Willem Pottum (1875-1949), ballonvaarder, publicist en tekenaar. Dit huwelijk bleef kinderloos.
Willemina Ruitman werd geboren in een Nederlands hervormd middenstandsgezin in Den Haag. Haar enige broer was zeven jaar jonger. Vader Willem was smid en had een winkel in onder andere kachels en brandkasten aan het Spui (nr. 101). Daar zal het gezin ook hebben gewoond, totdat het, mét het bedrijf, eind jaren tachtig verhuisde naar de Bankastraat (nr. 1). Onbekend is waar en hoelang Willemina naar school ging. Wel weten we dat zij een stoer meisje was: bij een ‘bokkenharddraverij’ in augustus 1892 op de Scheveningse wielerbaan was ‘jongejuffrouw’ W.C. Ruitman ‘de eenige vrouwelijke bestuurster, die zich op de baan had vertoond’ (Dagblad van Zuidholland en ’s-Gravenhage, 2-8-1892). Zij kreeg daarvoor als extra prijs een zweep.
In 1899, enkele jaren nadat de vader een ‘reukloze gaskachel’ had uitgevonden, verhuisde het gezin Ruitman naar Rotterdam. Kort daarna stierf de moeder en ging de vader failliet. Willemina Ruitman woonde tussen 1902 en 1904 in Den Haag en Amsterdam (bij familie van moederskant), maar werd in december 1904 weer in Rotterdam ingeschreven, aanvankelijk ‘zonder beroep’, later als ‘winkelbediende’. Op enig moment leerde zij de avontuurlijke Willem Pottum kennen, die vanaf 1905 landelijke bekendheid genoot als ballonvaarder. Mogelijk kende Willemina hem via haar vader, die immers handelde in gaskachels. Op 4 september 1907 voer Willemina Ruitman voor het eerst met Pottum mee in zijn ballon. Vele tochten volgden: volgens het Nieuwsblad van Friesland van 13 juni 1908 zou de ‘koene luchtreizigster’ kort daarna al voor de negende keer de lucht ingaan.
Nederlands eerste vrouwelijke aeronaut
Op 15 augustus 1909 maakte Willemina Ruitman vanuit de tuin van het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen in Rotterdam in Pottums ballon Juliana haar eerste solovlucht en werd daarmee de eerste Nederlandse vrouwelijke ‘aeronaut’. Waarschijnlijk haalde zij nooit officieel een ballonvaardersdiploma, maar volgens een advertentie in de Nieuwe Tilburgsche Courant (15-5-1912) was ze wel ‘membre correspondente de l’école à aërostation de France’, wat zou wijzen op een buitenlidmaatschap van deze school voor ballonvaart (Crebolder 2019). Begin 1911 kreeg Willemina Ruitman boven het Franse Pau haar luchtdoop in een vliegtuig, enkele maanden later gevolgd door een vlucht vanaf vliegveld Soesterberg. In twee onderhoudende artikelen in het Rotterdamsch Nieuwsblad beschrijft zij haar ervaringen tijdens beide vluchten.
Hoewel Willemina Ruitman in kranten regelmatig ‘mevrouw Pottum’ werd genoemd (en zichzelf ook zo afficheerde), trouwde zij pas in juni 1911 met Willem, die in 1906 formeel was gescheiden van zijn eerste vrouw. Ruitman gaf bij die gelegenheid als beroep ‘luchtreizigster’ op – Pottum ‘luchtschipper’. Willemina Pottum-Ruitman en haar man waren commerciële ballonvaarders. Zij stegen op tijdens feesten zoals Koninginnedag of op jaarmarkten, en trokken daarmee grote aantallen kijkers, die soms moesten betalen om het veld te mogen betreden waar de ballon werd geprepareerd en opgelaten. Zij waren met hun ballons bovendien in te huren voor reclamedoeleinden, waarbij ze met bijvoorbeeld een merknaam op de ballon voeren of folders (aan parachuutjes) naar beneden strooiden. Ook namen zij tegen betaling passagiers mee. Zij verdienden vooral goed in de zomermaanden en teerden daar in de winter op.
Blijkbaar gingen de zaken in 1912 minder goed: in januari 1913 werd het faillissement van Willem Pottum uitgesproken. De situatie werd er niet beter op toen tijdens de Eerste Wereldoorlog geen luchtballons meer mochten opstijgen vanwege kans op spionage en Pottums ballons lagen te verteren in de opslag. In die periode woonden Willemina Pottum en haar man een jaar (1916-1917) in Amsterdam, maar daarna keerden ze weer terug naar Rotterdam. Ze woonden er jarenlang in de Aert van Nesstraat, op verschillende nummers.
Schreeuwende boeren
Na de oorlog pakte het echtpaar zijn spectaculaire bezigheden weer op. In 1919 vloog Willemina Pottum-Ruitman boven het Rotterdamse stadion Woudenstein mee met de Franse piloot George Boulard, die daarbij met zijn vliegtuigje een looping maakte. Tienduizenden toeschouwers waren hiervan getuige. Het lijkt erop dat zij na de oorlog minder vaak in een ballon voer. Wel hielp ze bij de afvaarten van haar man en volgde ze zijn ballon in een auto. In 1928 haalde ze de kranten toen ze een – kleinschalige – ballonrace won tijdens de Nenijto (Nederlandsche Nijverheidstentoonstelling) in Rotterdam.
Ondanks haar ruime ervaring werd Willemina Pottum-Ruitman niet als balloncommandant toegelaten toen in 1929 een nieuwe luchtvaartwet in werking trad – waarschijnlijk wegens het ontbreken van de juiste papieren. Vanaf dat moment mocht zij alleen nog als passagier met haar man of een andere gediplomeerde vaarder de lucht in. In 1930 noemde Willemina Pottum zelf een andere reden waarom ze maar hoogstzelden alleen opsteeg: ‘een vrouwelijke balloncommandant is bij een landing weerloos overgeleverd aan om scha[de]-schreeuwende boeren, aan dreigende en vernielzuchtige bruten!’, schrijft zij in 1930 in het Leeuwarder Nieuwsblad. Maar al te vaak werd het materiaal beschadigd en moesten ze ‘landingsgeld’ betalen. Bovendien hadden ballonvaarders volgens haar te maken met ‘slechte vullingen door onbekwame of onwillige gasspecialisten’ en ‘arrogante comité-menschen enz. enz.’. Voor zover bekend maakte Willemina Pottum haar laatste ballonvlucht op 22 september 1935. Dat was met de Belg Pierre Vanden Bemden boven Limburg. Zij haalden daarbij een hoogte van 2600 meter.
Laatste jaren en bekendheid
Bij het bombardement van Rotterdam in mei 1940 werd het huis van Willemina Pottum-Ruitman en haar man aan de Aert van Nesstraat (nr. 119) getroffen. Daarbij ging ook hun grote verzameling plakboeken, albums en trofeeën verloren. Zij verhuisden naar de Kootwijkstraat (nr. 59) in Den Haag. Hierna werd het stil rond het ballonvaardersechtpaar. Op de Bevrijdingsdag van 1948 waren zij nog samen aanwezig bij een ballonafvaart vanaf de Houtrust, maar een jaar later, op 24 juli 1949, was Willemina Pottum zonder echtgenoot bij de start van een ballonwedstrijd vanaf vliegveld Ypenburg – Willem stierf een paar dagen later. In 1952 vertelde ze in het VARA-radioprogramma ‘Zestig minuten voor boven de zestig’ over haar ervaringen als ballonvaarster. Op 31 december 1954 stierf Willemina Pottum-Ruitman, 74 jaar oud, in een Haags rusthuis. Zij werd begraven op begraafplaats Westduin in Den Haag.
Voor de Tweede Wereldoorlog genoot Willemina Pottum-Ruitman landelijke bekendheid als enige beroepsballonvaarster en eerste solovaarster van Nederland. Als zij en haar man opstegen, kwamen vaak duizenden mensen kijken en haalden zij de pers. Voor haar fans liet zij fanfoto’s maken. Na haar dood werd Willemina Pottum-Ruitman in enkele kranten herdacht, maar al snel raakte zij in de vergetelheid. In 2019 schreef Gerjan Crebolder een artikel over haar in Ballonstof, het periodiek van de afdeling Ballonsport van de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart.
Publicaties
- ‘Mijn tocht met Leblanc’, Rotterdamsch Nieuwsblad, 28-1-1911.
- ‘700 meter hoog met Verschaeve’, Rotterdamsch Nieuwsblad, 29-5-1911.
- ‘Elf honderd meters boven de Zaan’, Leeuwarder Nieuwsblad, 4-11-1930.
Literatuur
- Rotterdamsch Nieuwsblad, 6-9-1907; 15/16-10-1921; 13-8-1928; 26/27-9-1931.
- Nieuwsblad van het Noorden, 23-4-1908.
- Algemeen Handelsblad, 17-8-1909; 5-1-1955.
- Provinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant, 1-9-1925.
- Het Noorden in woord en beeld, 3 (1927-28), nr. 16, 250.
- Groot-Rotterdam; geïllustreerd weekblad 6 (1928), nr. 22, 430.
- Willem Pottum, ‘Een passagier en m’n vrouw aan ‘t woord’, Leeuwarder Nieuwsblad, 4-11-1930.
- Provinciale Overijsschelsche en Zwolsche Courant, 15-7-1935.
- Limburger Koerier, 24-9-1935.
- ‘Pionier der ballonvaart in Nederland’, Rotterdamsch Parool/De Schiedammer, 10-7-1948.
- Bredasche courant, 28-7-1949.
- Gerjan Crebolder, ‘Mejuffrouw Ruitman, een koene luchtreizigster’, Ballonstof zomer 2019, 16.
- Arti Ponsen, ‘De Onvrijwillige Ballonvaart van Ebeltje Magnin op 3 oktober 1925’, site Erfgoed Leiden en Omstreken [geraadpleegd 18-3-2022].
Illustratie
Fanfoto, ca. 1929. Fotograaf onbekend (uit Crebolder, 2019).
Auteur: Marloes Huiskamp
laatst gewijzigd: 03/11/2022
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.