Wijkerslooth de Weerdesteyn, Judith Juliette Madeleine Sophie de (1935-2016)

 
English | Nederlands

WIJKERSLOOTH de WEERDESTEYN, Judith Juliette Madeleine Sophie de, vooral bekend als Madeleen Leyten (geb. Zwolle 29-9-1935 – gest. Den Haag 9-6-2016), politica, medeoprichter CDA. Dochter van Ferdinand Cornelis Karel de Wijkerslooth de Weerdesteyn (1902-1974), civiel ingenieur en jurist, en Renée Marie Juliette Madeleine Regout (1907-2000). Madeleen de Wijkerslooth trouwde op 19-2-1966 in Den Haag met Antonius Cornelis Marie Leyten (geb. 1931), neuroloog-psychiater. Uit dit huwelijk werden 2 dochters en 1 zoon geboren.

Jonkvrouwe Madeleen de Wijkerslooth de Weerdesteyn werd geboren in Zwolle als tweede kind en oudste dochter in een katholiek adellijk gezin van vier jongens en twee meisjes. Haar vader was vanaf 1936 hoofdingenieur bij Rijkswaterstaat in Den Haag, waar hij in 1940 werd ontslagen omdat hij weigerde de ‘Ariërverklaring’ te ondertekenen. Na de oorlog keerde hij terug naar het departement en werd hoofd van de juridische afdeling. Als oudste dochter werd Madeleen vaak ingeschakeld in het huishouden, vooral na de geboorte van een tweeling in 1946. Ze zorgde voor de baby’s en deed op de step de boodschappen. In 1949 verhuisde het gezin naar Maastricht omdat Madeleens vader directeur werd van Rijkswaterstaat in Zuid-Limburg. Madeleen kwam er in de derde klas van het R.-K. Lyceum voor Meisjes. In 1953 deed ze eindexamen gymnasium bèta. Ze ging farmacie studeren in Utrecht, maar dat bleek al snel een verkeerde keuze en na een jaar stapte ze over naar rechten in Nijmegen.

KVP

Madeleen voelde zich in Nijmegen direct thuis. Zij genoot van het verenigingsleven en bekleedde daarin verschillende functies. Thuis mochten ze daar niets van weten want haar vader had haar streng verboden haar tijd aan iets anders dan studie te besteden: volgens hem moest een meisje al heel blij zijn te mogen studeren. Eind 1959 behaalde ze haar doctoraal. Na een jaartje in Frankrijk werd ze op voorspraak van een oom aangenomen als assistent-griffier in de Tweede Kamer. Ze vond het werk interessant en hield van het ‘theater’ dat zich daar afspeelde. Al snel kon ze vóór de aanvang van een debat bedenken welke standpunten de verschillende fracties inzake dat onderwerp zouden innemen en legde die dan als ‘concept voorlopig verslag’ neer bij de woordvoerders. De meeste kamerleden vonden dat wel leuk en namen haar teksten over. Vanwege haar kennis van het Frans mocht Madeleen maandelijks mee naar Straatsburg om de vergaderingen van het Europese Parlement te verslaan.

Op 19 februari 1966 trouwde Madeleen de Wijkerslooth met neuroloog-psychiater Ton Leyten, die ze nog kende van haar Nijmeegse tijd en in Den Haag weer was tegengekomen. Op 1 oktober van dat jaar verhuisde ze naar Tilburg, waar Ton als neuroloog was aangesteld in een nieuw ziekenhuis. Zes weken na de verhuizing werd daar hun eerste kind geboren, een dochter. Omdat Madeleen in Tilburg niemand kende, maakte ze op straat contact met iedere jonge moeder die haar leuk leek. Ze richtte een peuterspeelzaal op en trok er op uit met eigen en andermans kinderen. Ook werd ze, door toedoen van Norbert Schmelzer, de toenmalige fractievoorzitter van de Katholieke Volkspartij in de Tweede Kamer, lid van het plaatselijke KVP-bestuur. Daarmee begon haar politieke loopbaan.

In 1970 werd Madeleen Leyten lid van de Provinciale Staten van Noord-Brabant. Ongeveer tezelfdertijd kwam ze in het KVP-partijbestuur. Ondertussen kreeg ze in 1969 nog een dochter en in 1971 een zoon. De zorg voor haar jonge kinderen kon ze goed combineren met haar werk: de Staten vergaderden slechts één dag per maand en het KVP-partijbestuur kwam altijd ’s avonds bijeen.

CDA

Eind jaren zestig besloten de drie grote confessionele partijen (ARP, CHU en KVP) samen één christelijke partij te vormen. Toen de cultuurverschillen tussen de drie moeilijk te overbruggen bleken, ontpopte Madeleen Leyten zich als een belangrijke pleitbezorgster van het samengaan. Avond aan avond reisde zij door het land om allerlei groeperingen te overtuigen van de noodzaak van de fusie. De telefoon werd haar onmisbare instrument: ze had thuis vijf toestellen met extra lange snoeren, zodat zij overal in huis kon bellen terwijl ze ondertussen de kinderen in de gaten hield. Op 11 oktober 1980 was de oprichting van het CDA (Christen-Democratisch Appèl) eindelijk een feit. Leyten werd vice-voorzitter, de bestuursfunctie die ze het liefst bekleedde.

In 1975 werd Madeleen Leyten commissaris bij een Tilburgs familiebedrijf en in datzelfde jaar kwam zij in het stichtingsbestuur van de Katholieke Universiteit Nijmegen. ‘Er moet een vrouw in’ was het devies in die tijd, maar dan wilde men wel het liefst een vrouw met enige ervaring. Zo rolde Leyten van de ene adviesraad in de andere, ook van grote ondernemingen als De Bijenkorf, HEMA, NS en ABN-AMRO. Omdat ze het wat kalmer aan wilde doen, verliet Madeleen Leyten in 1978 de Provinciale Staten. Die rust duurde maar even: in september 1980 werd ze lid van de Eerste Kamer. Als enige jurist in de CDA-fractie werd ze direct woordvoerder voor justitie, en in 1981 werd ze voorzitter van de Vaste Commissie voor Justitie. In haar maidenspeech verdedigde ze de Abortuswet, die mede door haar pleidooi in de Eerste Kamer werd aangenomen met 38 tegen 37 stemmen. Het Nederlands Episcopaat keurde haar stellingname openlijk af, hetgeen leidde tot een blijvende ernstig verstoorde relatie tussen Leyten en de rooms-katholieke kerk.

In april 1987 werd Madeleen Leyten gevraagd als lid van de Raad van State. Ze twijfelde hevig – haar zoon zat nog op de middelbare school en deze functie vereiste dagelijkse aanwezigheid in Den Haag – maar stemde uiteindelijk toe. Op 29 september 1987, de dag van haar 52ste verjaardag, werd Leyten beëdigd als staatsraad. Na enige tijd werd zij voorzitter van de Milieukamer, waar zij zich het meest thuis voelde. Met ingang van 1 april 2002, ruim drie jaar eerder dan verplicht, nam Leyten afscheid van de Raad van State, vermoedelijk omdat zij haar krachten toen al voelde afnemen, een proces dat zich daarna geleidelijk voortzette. Madeleen Leyten overleed op 9 juni 2016.

Betekenis

Madeleen Leyten koesterde het ideaal bij te dragen aan een betere samenleving. Ze vond drie dingen van essentieel belang voor de mens: vrienden, de natuur en lezen. Vrienden kan ieder mens zelf maken, maar voor de andere zaken moet de overheid zorgen, aldus Leyten. Als politica heeft zij zich dan ook altijd sterk gemaakt voor milieubehoud en gratis bibliotheken. Zij was een ‘bruggenbouwer’: zij liet mensen uitspreken, verplaatste zich in de standpunten van de een en bracht die tactvol over aan de ander. Ze had een grote mensenkennis, interesseerde zich voor ieder die haar pad kruiste en stimuleerde mensen hun talenten te ontwikkelen en te benutten. Onder geen beding wilde zij haar kinderen tekort doen: zo weigerde zij verschillende eervolle functies die voortdurende beschikbaarheid vereisen, zoals een ministerschap (ze werd meer dan eens gevraagd als Minister van Justitie) of een andere hoge bestuurlijke functie (ze werd ook gevraagd als Commissaris van de Koningin, in verschillende provincies). Zij was bescheiden, scherpzinnig en wijs en stond alom in groot aanzien. In 1994 werd zij benoemd tot Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau.

Naslagwerken

Nederland’s Adelsboek, PDC.

Archivalia

Bij de familie: Herinneringen van Madeleen Leyten-de Wijkerslooth, verslag van een serie gesprekken met collega-staatsraad Drs.E.L.Berg, april 1997 – eind 2003.

Literatuur

  • Koos van Zomeren, ‘Meisje tussen de jongens’, NRC Handelsblad, 11-1-2006.
  • Jutta Chorus, ‘Adellijke moeder met een dubbelleven’, NRC Handelsblad, 9-7-2016.

Illustratie

Madeleen Leyten, door Roger Cremers, 2006 (Lumen Photo).

Auteur: Laetitia van Rijckevorsel

laatst gewijzigd: 10/04/2017

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.