© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Maarten Hell, Tjalsma, Catharina Elisabeth, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/t [16/01/2018]
TJALSMA, Catharina Elisabeth, vooral bekend als Toos Goorhuis (geb. Leiden 30-6-1915 – gest. Tilburg 5-1-2004), bedenkster Pieterpad en bestuurslid van VPRO en NIVON. Dochter van Jacobus Tjalsma (1878-1932), onderwijzer, en Johanna Catharina Vos (1888-1963). Elisabeth Tjalsma trouwde in 1943 met Jan Johannes Goorhuis (1910-1997), predikant. Uit dit huwelijk, dat rond 1978 eindigde in een echtscheiding, werden 6 kinderen geboren.
Toos Tjalsma groeide op in een onderwijzersgezin in Leiden, samen met een twee jaar jongere zus. Haar vader, afkomstig uit een Fries milieu van vrijzinnige predikanten en ‘rode’ onderwijzers, was actief SDAP-lid en natuurliefhebber – hij was bevriend met Theo Thijssen. Hij overleed toen Toos zeventien jaar oud was.
De liefde voor het wandelen openbaarde zich al vroeg bij Toos Tjalsma. Als tiener was zij aangesloten bij de Vrijzinnig Christelijke Jeugdcentrale (VCJC), een organisatie waarmee zij onder meer een lange voettocht door het Engelse Lake District maakte. Na haar middelbare schooltijd – ze zat eerst op het gymnasium, maar stapte na haar vaders dood over naar de hbs – ging zij werken als groepsleidster in de Rekkense Inrichtingen, waar zwakzinnigen en tbr-gestelden werden behandeld. Ze raakte er bevriend met een collega, Bertje Jens. Vanwege haar huwelijk met de predikant J.J. Goorhuis zegde Tjalsma haar baan bij de Rekkense Inrichtingen op. Zij verhuisden naar het Drentse Havelte, waar haar man was beroepen. Betje Jens was intussen aangenomen als docente aan de sociale academie in Groningen. Toch bleef de vriendschap hecht: toen Toos Tjalsma na de Tweede Wereldoorlog in een grote pastorie in Tilburg kwam te wonen, kreeg Bertje Jens daar een pied-à-terre. Tjalsma’s zes kinderen, die tussen 1945 en 1964 werden geboren, noemden haar ‘tante Bertje’.
Tussen 1970 en 1980 was Toos Tjalsma – nu Goorhuis – bestuurslid van de VPRO. In diezelfde periode liep haar huwelijk met Jan Goorhuis op de klippen. In 1975 besloten zij tot scheiding van tafel en bed, enkele jaren later bestendigd door een officiële echtscheiding. In de periode van de strubbelingen met haar echtgenoot, die anders dan zij weinig reislustig was, ondernam zij lange wandelvakanties met Bertje Jens. Samen reisden zij naar de Noordkaap, Lapland en Leningrad (Sint-Petersburg). Daarna zochten ze het dichter bij huis, doorgaans in landelijke gebieden, want beiden waren fervente natuurliefhebbers. Met Goorhuis was het lastig verdwalen, want ze beschikte over een ‘postduiveninstinct’ en was dol op landschapskaarten en plattegronden van elke stad die zij bezocht. Tijdens een avontuurlijke voettocht door het Zwarte Woud in 1974 bedachten ze hoe vreemd het was dat je voor een serieuze trektocht altijd naar het buitenland moest. Toos Goorhuis stelde voor om zelf een wandelroute door Nederland te bedenken.
Terug uit het Zwarte Woud begonnen Goorhuis en Jens voor de grap aan de opzet van een wandelroute. Zij zouden elkaar ‘tegemoet lopen’: van Groningen naar Tilburg. Gaandeweg werden de plannen serieuzer. Tussen 1978 en 1980 bedachten zij de route die bekend zou worden als het Pieterpad. Om een route van enige lengte te krijgen, moest die helemaal van noord naar zuid lopen, en zoveel mogelijk door de landelijke strook van Oost-Nederland. Doel was om de noordelijkste en de zuidelijkste provinciehoofdstad met elkaar te verbinden, waarbij de wandeling zoveel mogelijk over onverharde wegen moest gaan. Goorhuis zocht alles uit op basis van oude stafkaarten, die volgens de overlevering afkomstig zouden zijn uit de legertent van Seyss-Inquart. Zodra zij een traject van dertig kilometer had uitgestippeld, liepen zij het in een weekend langs en werd de route stap voor stap beschreven. Net als de langeafstandspaden in het buitenland moest de route ook een klinkende naam krijgen. In Drenthe kreeg Goorhuis een ingeving: ‘We moeten niet in Groningen maar in Pieterburen beginnen, want dan kunnen we, omdat in Maastricht de Pietersberg ligt, de route het Pieterpad noemen’. Jens ging onverwijld akkoord.
Opening Pieterpad
Aanvankelijk was de wandelroute bedoeld voor hun eigen kinderen en kennissen. Een vriend van Toos Goorhuis vond echter dat ze de route moesten uitgeven. Omdat ze niet met een grote, commerciële organisatie als de ANWB in zee wilde gaan, kwam het bundeltje ingetekende kaarten en uitgetypte beschrijvingen terecht bij het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk (NIVON). Daar aanvaardde de Commissie Wandelpaden met algemene stemmen het Pieterpad als officiële wandelroute. Het NIVON vroeg Goorhuis om zitting te nemen in de Wandelcommissie en een routebeschrijving te maken, verdeeld over vier gidsjes (ongeveer honderd kilometer per deeltje), inclusief achtergrondinformatie.
In 1980 bracht het NIVON alle paden onder in de Stichting Lange-Afstand-Wandelpaden (SLAW), waar Goorhuis ook in het dagelijks bestuur terechtkwam. De wandelgidsen van de stichting moesten zijn voorzien van een retourbeschrijving, zodat Goorhuis en Jens opnieuw op pad moesten. Deze keer volgden zij het Pieterpad stapvoets rijdend met de auto, om de oriëntatiepunten te noteren. Pas in 1983 vond de officiële opening van het Pieterpad plaats, kort nadat de vierde routegids was voltooid. In Vorden, halverwege de route, onthulde staatssecretaris van Economische Zaken Piet van Zijl een Pieterpadhandwijzer. Van Zijl had deze eer te danken aan zijn toepasselijke voornaam en aan het feit dat hij toerisme in zijn portefeuille had.
De route en bijbehorende wandelgidsen werden een groot succes: beide drukken van de reeks (1981, 1990) raakten geheel uitverkocht. Aantallen lopers van het Pieterpad zijn niet bekend, maar van alle lange-afstandwandelaars in Nederland heeft 37 procent wel een deel van het Pieterpad gelopen. Omdat de wandelroute steeds moest worden aangepast, bij wijzigingen in het landschap of aanleg van snelwegen, hebben Goorhuis en Jens er nog lang werk aan gehad. Op haar tachtigste liet Goorhuis het controleren van de route over aan de vrijwilligers van de Werkgroep Pieterpad, waarvan haar zoon Maarten Goorhuis voorzitter is. Na het overlijden van Toos Goorhuis in 2004 onthulde Bertje Jens een herdenkingsplaquette op een zwerfsteen tussen Schoonoord en Sleen. Twee jaar later volgde een gedenkplaat in Vorden, het 'middelpunt' van de beroemde wandelroute. Deze eerbetuigingen verwijzen naar beide vriendinnen, als moeders van het Pieterpad.
Literatuur
- Op Lemen Voeten (1994) nr. 5.
- Trouw, 8-7-1993.
- De Volkskrant, 7-1-2004 en 8-5-2010.
Illustratie
Plaquette voor Toos Tjalsma tussen Schoonoord en Sleen, door Joachim Karbe, 2004.
Auteur: Maarten Hell (met dank aan Jan, Maarten en Coby Goorhuis)
laatst gewijzigd: 16/01/2018
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.