Verzoek
| Onderwerp | Registers van Collaties, Vicarieën en Prebenden |
|---|---|
| Beginjaar | 1807 |
| Toelichting | Achtergrond: De Minister van Binnenlandse Zaken kreeg op 9 mei 1807 nr. 10 opdracht alle collaties, vicarieën en prebenden te laten bevestigen. Indices en vindplaatsen: Via de Landdrosten werden een aantal rekesten om confirmatie aan de Minister van Binnenlandse Zaken opgestuurd. Deze gegevens zijn te vinden in de index van het Departement van Binnenlandse Zaken onder het hoofd Collatiën en Prebenden. Berichten van deze bevestigingen gingen naar de Minister van Financiën die ze door de Secretaris-Generaal liet registreren. Deze staan op hun beurt in de index van het Departement van Financiën onder het hoofd Geestelijke goederen. Het op basis daarvan aangelegde register bevindt zich niet in het archief van de Minister van Financiën 1806-1810. Op 7 november 1815 nr. 55b zond de toenmalige Minister van Binnenlandse Zaken een register van bevestiging van vicarieën e.d. aan de Minister van Justitie (Archief Ministerie van Justitie 1813-1876, nr. 4833). Aldaar ook verschillende staten A-D van vicarieën in de zeven Hollandse departementen in de Franse periode. Het voorgaande register werd echter niet aangetroffen in de archieven van het Ministerie van Financiën. |
| Beleidsterrein |
Kerkgenootschappen
|
| Gestelde vragen | |
| Bron |
Besluiten
| Datum | Instelling die het besluit neemt | Inhoud van het besluit | Bijlagen met dagnummer |
|---|---|---|---|
|
09-05-1807
10 | Secretarie van Staat | Naar aanleiding van een rekest en diverse rapportages krijgt de Minister van Binnenlandse Zaken opdracht alle collaties en dergelijke te bevestigen en daarvan kennis te geven aan de Minister van Financiën. De laatste dient een register van collaties, vicarieën en prebenden aan te laten leggen met gegevens over vacatures, vacerende beneficies, het overlijden van patroons en beneficies die aan het land vervallen. | Details |
|
13-05-1807
1 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Het besluit van 9 mei 1807 nr. 10 wordt voor kennisgeving aangenomen. | Details |
|
14-05-1807
1 | Ministerie van Financiën | Een Koninklijk Besluit van 9 mei 1807 (nr. 3298) bepaalt dat de Minister van Binnenlandse Zaken alle vicarieën, kanonisieën, prebenden en andere beneficiën zal bevestigen en van iedere bevestiging kennis geven aan de Minister van Financiën. Laatstgenoemde dient een register aan te leggen om het belang van het land waar te nemen wanneer de familie van de patroon uitsterft en zijn beneficiën als aan den lande vervallen moeten worden beschouwd. Het gaat ter informatie en uitvoering naar de Secretaris-Generaal. | Details |
|
10-06-1807
10 | Ministerie van Binnenlandse Zaken | Naar aanleiding van rapport van J.D. Janssen over een Utrechtse prebende wordt onder andere besloten de Landdrosten "ten fine van de nodige publiciteit" te informeren over het op 13 mei 1807 nr. 1 ingekomen KB. | Details |
De handleiding bevat een beknopte beschrijving van de gegevens.