2
Lauris Jorissen Vorster mag naar [de polder]
Bloemendaal één
merrie,
twee koeien, vier ossen en vier hokkelingen brengen en
Tonis Corstiaenssen vier ossen en
vier
hokkelingen;
Jacob
Adriaenssen twee merries;
Geraert
Willemsen één merrie, twee koeien en vier
hokkelingen, en
Lodewych Pieterssen Cronenborch
drie merries en
twee koeien.
Voor allen geldt dat zij Bosch' licent moeten betalen en de dieren niet buiten Bloemendaal mogen vervoeren.