11
Dirck Schey, soldaat onder kapitein
Pieter
Aertsz. van
Braeckel, beklaagt zich over het onrecht dat hem door de
regering van
Keulen is aangedaan. Deze heeft
daarmee
haar
neutraliteit geschonden. Hij is voor 12.000 gld. benadeeld en
heeft nog geen enkele genoegdoening gekregen, de verschillende
bemiddelingsbrieven van HHM ten spijt. Hij verzoekt HHM om hem een
akte te verlenen waarmee hij de burgers of ingezetenen uit Keulen
of
hun goederen, komend te
Emmerik
[Emmerich]
of in andere
plaatsen
van de
keurvorst van Brandenburg
die
bezet worden door staatse garnizoenen, te kunnen arresteren en
deze in
arrest te houden totdat de supplianten hem de enorme schade hebben
vergoed.
Dit rekest gaat voor onderzoek en advies naar de RvS.