10
HHM verklaren, op nader aandringen van overste
Dumeni, dat zij commissaris
Hoogenhouck de soldij aan het
garnizoen van
Glückstadt zullen laten uitbetalen op de
gebruikelijke voet. Van deze soldij, verschenen sinds zijn
vertrek uit
die
stad, zal de prijs van de verbruikte en nog te verbruiken
levensmiddelen worden afgetrokken. Hij zal die betaling overigens
in de toekomst blijven doen.