26/04/1630, 9

 
English | Nederlands

26/04/1630, 9

9 HHM lezen een brief van de koning van Denemarken d.d. 27 maart, met daarin een uitgebreide verhandeling over het proces dat door zijn onderdaan Johan Braem gevoerd is voor het Hof van Holland tegen de Groenlandse Compagnie te Amsterdam. Aangezien het hof hem (zoals de koning volhoudt) ten aanzien van zijn eis ten onrechte in het ongelijk heeft gesteld, verzoekt hij langs andere weg zijn schade vergoed te zien. Anders zal de koning genoodzaakt zijn de geleden schade op de Groenlandse Compagnie te verhalen. De gedeputeerden van Holland hebben deze brief gekopieerd ter bespreking met hun principalen .
Het overleg hierover wordt opgeschort.