Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S00458
30-10-1952
Actoren
Brief en nota
Samenvatting
Nota inzake de ratificatie van de Conventie betreffende de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden, alsmede het Additioneel Protocol hierop.
Alvorens de conventie en het protocol aan de Staten-Generaal ter ratificatie voor te leggen wil Beyen een uitspraak van de ministerraad betreffende de instelling van een Europese Commissie en een Europees Hof inzake de rechten van de mens. Gezien de houding van Duitsland, Frankrijk en Belgiƫ meent Beyen dat Nederland het Hof moet gaan erkennen. Een ander punt is het individueel klachtrecht. Gezien het feit dat nog slechts vier landen dit recht hebben aanvaard kan Nederland zich nog aan erkenning onttrekken.
Voorts wordt gesproken over het van toepassing verklaren over overzeese rijksdelen. Beyen stelt voor om het artikel op Suriname en de Antillen van toepassing te verklaren, maar niet op Nieuw-Guinea.
Zie ook