Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
S00953
06-06-1953
Actoren
Memorandum
Samenvatting
1123. Onderhoud met Stikker.
In dit onderhoud, dat vooral ging over de NAVO en OEES (o.m. over toetreding VS en Canada), kwam ook de verhouding van Engeland tot de Common Market ter sprake. De Engelse uitlatingen zijn niet bepaald duidelijk. Enerzijds willen zij nauwere samenwerking met de Common Market, anderzijds noemt men dit irreëel omdat deze markt niet tot stand komt. Dit soort uitlatingen sterkt Van der Beugel in zijn overtuiging dat de Engelse verhouding tot een geïntegreerd Europa uitsluidend bepaald zal worden door wat er van de integratie terecht zal komen. De Engelsen kunnen nauwelijks helpen een geïntegreerd Europa tot stand te brengen, omdat zij de conceptie niet begrijpen en omdat zelf huiverig staan tegenover deelname. Het betrekken van de Engelsen in besprekingen die iets tot stand moeten brengen, brengt automatisch het gevaar mede, dat er dan niets tot stand zal komen. Het enige wat we de Engelsen kunnen vragen is een positieve constructieve houding tegenover de integratie.
Slechts resultaten kunnen de Engelsen bewegen iets te doen.