Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
3 b. Conclusies van de coördinatiecommissie dd. 15 november 1983.
Ruding merkt op dat bijzondere aandacht vereist is voor de begrotingsproblemen van de Gemeenschap. De lopende zaken dienen te worden bezien in het licht van de post-Stuttgartoperatie. Daarnaast is de toestand rond de feitelijke inkomsten en uitgaven zeer nijpend geworden. Het lijkt hem gewenst een strenger standpunt in te nemen ten aanzien van het EP en niet in te stemmen met een marge. Van den Broek pleit echter voor enige onderhandelruimte. De raad stemt in met de conclusies met de aantekening dat zal worden vastgehouden aan respectering van de MSP-marge. Als doorbreking van het MSP boven de marge noodzakelijk blijkt, zal Van den Broek contact opnemen met Ruding. Bolkenstein en Winsemius zullen voor de REZ hun opmerkingen over de voorbereiding van de interne markt-raad aan Van Eekelen doen toekomen.