Verzekeringsfondsen

 
English | Nederlands

Algemeen Amsterdamse Vereniging `Ziekenzorg'

Gegegevens

Naam Algemeen Amsterdamse Vereniging `Ziekenzorg'
Plaats Amsterdam
Provincie Noord-Holland
Aard onderling
Verzekering op het leven overige levensverzekeringen
Datum 1895-1984 (fusie)
Jaar van oprichting 1895
Fusiedatum 1984
Fusieresultaat ZAO Zorgverzekeringen Ziekenfonds voor Amsterdam e.o.
Splitsingsdatum 1925
Resultaat van splitsing NV Lev. Verz. Mij. ZZ (Ziekenzorg)
Ziektekosten ja
Begrafenisgeld ja
Overlijden ja
Leden
Jaar Aantal
1895 400
1898 7623
1902 2200
1909 5000
1913 27000
1920 44500
1925 52000
1930 57400
1936 55602
1946 42391
1951 155696
1955 157264
1960 145043
Tekst

Ziekenzorg. 1895-1984 fusie met AZA en AOZ tot Ziekenfonds Amsterdam e.o.

Opgericht vanuit Handwerkers Vriendenkring uit onvrede met bestaande ziekenfondsen, naar het voorbeeld van Rotterdam. Oorzaak misstanden in abonnementstelsel gezocht; betaling per verrichting en vrije artsenkeus; misbruik zowel door artsen als door leden; algemene voorlichting gezondheid en hygiëne; leden aanvankelijk vooral diamantbewerkers.

Voorzieningen: medische zorg; ±1900 ook ziekengeld en begrafenisuitkering.

Leden: 1895 210 (400 zielen); 1898 7623; 1902 2200; 1909 5000; 1913 27.000; 1919 44.000; 1920 44.500; 1925 52.000; 1928 56.218 (41.010 leden, 15.111 kinderen); 1930 57.500; 1936 55.602; 1946 42.391; 1951 155.696 (112.573 verplicht; 43.123 vrijwillig); 1953 159.133; 1954 156.952; 1958 148.081; 1960 145.043.

NB: in 1925 hadden 1851 verzekerden een begrafenisverzekering. Het bezit van het fonds voor dit doel was ƒ48054. Verslag Verzekeringskamer 1924, Bijlage 18, 10.

Contributie: ±1903 22 cent echtpaar, 2 cent kind (maximaal 5).

Tarief artsen: Med. Weekblad (1898/9) 151: 15-20 cent spreekuur; 30-35 huisbezoek; 25 cent vaccinatie.

Bijzonderheden: 1. ƒ680 startkapitaal; in het begin betaling per verrichting.

2. 1903 eigen kliniek. 1933 uit Federatie gezet.

3. Tijdens de oorlog verloor Ziekenzorg meer dan 30.000 leden en was het gedwongen samen te gaan met AOZ (1166).

4. Na de oorlog vond een herstart plaats en kreeg het tenslotte in 1947 alsnog erkenning.

5. Bij de opheffing van het Burger Ziekenfonds (dit was onderdeel van de Nederlandse Zieken- en Ongevallenverzekeringmaatschappij, 1904, S NV 600) in 1949 ±60.000 zielen overgenomen; met opheffing Eendracht Maakt Macht (de Amsterdamse afdeling van het Rotterdams Ziekenfonds) per 1-1-1952 38.923 verzekerden.

Bronnen: A. Caransa, Handwerkers Vriendenkring, 1869-1942, 38-41; Het Ziekenfonds, o.a. (1925), no 3, (1929), no. 7; 1933 nr. 7; (1952) 199; (1955) 264, 130/1, 135 ev.; Verslag Ziekenfondsraad 1951.