Derde begrafenisfonds
Gegegevens |
|||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Naam | Derde begrafenisfonds | ||||||||||||||||||||
| Plaats | Leiden | ||||||||||||||||||||
| Provincie | Zuid-Holland | ||||||||||||||||||||
| Aard | onderling | ||||||||||||||||||||
| Datum | 1768-1867 (laatste vermelding) | ||||||||||||||||||||
| Jaar van oprichting | 1768 | ||||||||||||||||||||
| Laatste vermelding | 1867 | ||||||||||||||||||||
| Bestaansduur | > 50 jaar | ||||||||||||||||||||
| Begrafenisgeld | ja | ||||||||||||||||||||
| Leden |
|
||||||||||||||||||||
| Tekst | Derde begrafenisfonds. 1768- GAL: opgericht 1768, 16 dec. toestemming B&W; reglement 1768; 1813, 1839. Nog in adresboek 1865. Enquête 1812, 18 dec. 1769. Opheffing: in 1868 wordt een fonds opgeheven; dat is of dit of de gereformeerde Gulikerbeurs. Voorziening: begrafenisgeld reglement 1768 ƒ80; 1812 168 Fr.; reglement 1813 ƒ80 verbonden aan de voorwaarde, dat er ƒ300 bij kas is; reglement 1839 ƒ100 Leden: reglementair 460. 1790 en 1800 en 1812 460; 1810 416; 1820 460; 1827 450; 1830 444; 1839 reglementair 600. 1840 494 (17); 1850 579 (40). Contributie: reglement 1768 20 cent per sterfgeval; 1812 42 cent per sterfgeval en 1Fr56 entree; 1827 per sterfgeval. Bezit: 1790 ƒ314; 1800 ƒ297; 1810 ƒ167; 1820 ƒ206; 1830 ƒ213; 1840 ƒ340; 1850 ƒ1940. Bestuur: 1865 J. Schaap (godsdienst onderwijzer); J. van Toorn (fabrieksopzichter); W.F. Harhop sr. (fabrikant); F.C. Onnekink (boekhouder). Deze vormden met G. Veilbrief (zonder beroep) ook in 1860 al het bestuur. Bijzonderheden: bij conflict beslist het stadsbestuur; reglement 1813 niemand, die lid is of geweest is van ander fonds wordt aangenomen tenzij contributiebetaling bewezen is. Bronnen: Armverslag 1827; Enquête 1812; GAL, Stadsarchief. |
||||||||||||||||||||