14 - 02 - 1626
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
In plaats van de vertrokken rekenmeester
Feit zal
Adriaen Pieters
samen met
Olphert Barents het
beraad met leden
van
de
Rotterdamse Admiraliteit
over
de
comptabelen continueren en afronden in
overeenstemming met
de
voorgaande resoluties.
2
Joseph Abenaecx, geboren te Constantinopel, krijgt 12 gld. om te
vertrekken.
3
De ingezetenen van de dorpen
Kessel,
Maren en
Alem, dichtbij
de schans van
Sint Andries gelegen, verzoeken
daarvandaan hun zaaikoren, brood, zout, zeep en andere behoeften te
mogen halen.
HHM vragen advies aan de RvS.
4
Essayeur-generaal
Laurens van Theilingen en de Amsterdamse plaatsnijder
Christoffel van
Sichem declareren respectievelijk 375 gld. 15 st. en 242
gld.
5 st. als loon voor het snijden van de figuren voor de nieuwe
uitheemse
rijksdaalders.
HHM depêcheren ordonnantie.
5
De declaratie van bode
Gillis Harlet voor het brengen van brieven van HHM naar
Frankrijk wordt ter hand gesteld van
thesaurier-generaal
De Bie om
daarover te
disponeren.
6
Schimmelpenninck,
Matelief en
Oosterzee
zijn gecommitteerd tot het horen van de ontboden licentmeester te
Bergen op Zoom,
Cornelis Oostermans.
7
Aangezien zijn brief van 17 jan. pas op 11 feb. is ontvangen, zal
Joachimi geschreven worden opnieuw te vernemen wanneer de schepen van
de [Engelse]
koning gereed zijn en
op welke dag
zij
zullen uitvaren en hoeveel het er zijn. Een kwart van dat aantal
zal
dan hiervandaan naar
Engeland gezonden worden,
vooralsnog er van uitgaand dat de dertien schepen in
Plymouth huiswaarts keren, aangezien ze niet
geschikt
zijn voor de tweede vloot.
8
Agent
Carleton dringt aan op de instelling van een adviesjacht waarmee
brieven van en naar
Engeland snel overgebracht
kunnen worden.
HHM houden dit nog in beraad, maar kapitein
Emmekens moet wel onmiddellijk vertrekken wanneer hij brieven voor
Engeland van HHM heeft gekregen en daar aangekomen mag hij niet
eerder
vertrekken dan na
Joachimi te
hebben
aangesproken.
Aan de
Zeeuwse Admiraliteit
zal
worden
geschreven dat zij haar kapiteins eenzelfde last verstrekken.
9
HHM laten een kopie naar het
Rotterdamse Admiraliteitscollege
zenden van de memorie van
Blanckeroort over de oorlogsschepen die bij
Brielle
en
Hellevoetsluis liggen, met de vermaning de
schepen
te doen uitvaren.
10
Jan IJbrants Gronestein geeft te kennen dat de Bewindhebbers van de
WIC
moeilijk doen over het hem
volgens de
resolutie van 20 jan. te geven geld voor het onderhoud van de uit
Bahia de Todos os Santos afkomstige officiers
in de Voorpoort.
HHM vragen advies aan de RvS.
11
Jacob Hilbrants c.s., ruiters onder ritmeester
Du
Metz,
verzoeken om provisie ingeval het door de RvS uitgesproken oordeel
over de bevoorrading van het leger voor
Breda bij
herziening in hun nadeel uitvalt en
Marcelis
Willem
Dalem en
Jan Cornelisz.
Brouwer,
ingezetenen van het dorp Etten [Etten-Leur], begunstigt.
HHM vragen de RvS om advies.
12
In zijn advies d.d. 13 feb. op het op 12 feb. ingediende rekest van de
heer van Lokeren stelt de RvS dat deze zich tijdens
de belegeringen
van
Bergen op Zoom en
Breda
zeer
goed heeft gedragen en dat hem voor de negen maanden van deze
dienst
een kolonelsloon toekomt.
HHM nemen nog geen besluit.
13
HHM vragen advies aan de RvS over de informatie betreffende de uitvoer van levensbehoeften die adjunct-generaal
Van der Houven op 11 feb. heeft gegeven.
14
In een brief d.d. Dokkum 26 jan. verzoekt de
Friese Admiraliteit
met daarin vermelde redenen uitstel in de zaak van
Olphert Barents en
Palmart tot 15 april
aanstaande.
HHM zullen de brief aan partijen meedelen voor een reactie.
Van hetzelfde College ontvingen HHM een andere brief d.d. Dokkum 26 jan. waarin de raden melden niet akkoord te kunnen gaan met het appèl van de sententies dat is verzocht door de pachters van de konvooien en licenten. Wel dienen alle Colleges eenparig de plakkaten te volgen bij het vonnissen, zij hebben daar een begin mee gemaakt.
De heren van
Holland vragen een kopie, er valt nog geen besluit.
15
Beaumont rapporteert dat hij in het boek van
Hooft over Henrick de
Groot, coninck van Vranckryck
niets
aanstootgevends heeft
aangetroffen.
HHM verlenen het door de Amsterdamse boekverkoper
Blauw gevraagde octrooi voor een periode van tien jaar.
16
Jan Simonsz. Blauhulck klaagt dat hij in zijn ambt van vendumeester van de
Admiraliteit in het Noorderkwartier wordt
gehinderd, hetgeen strijdt met de uitspraak van Z.Exc. en de door
HHM
gegeven commissie.
HHM zullen de
Admiraliteit
schrijven Blauhulck in zijn commissie te handhaven.
17
De gedeputeerden van de Admiraliteitscolleges hebben geadviseerd over het verzoek van de pachters inzake de zuivering van de binnenlandse paspoorten.
Enkele provincies hebben een kopie gevraagd.
18
Aissema schrijft d.d.
Hamburg 13/23 jan. met een
aanbeveling voor de bijgevoegde brief van het bestuur van die stad
van
16 jan. waarin verzocht wordt een door de
WIC
buitgemaakt schip te vergoeden en een ander schip, door diezelfde
Compagnie in de vaart tussen twee Spaanse havens ontvreemd en door
de
[Amsterdamse] Admiraliteit
geconfisqueerd,
te
restitueren.
HHM vragen de Admiraliteit om bericht en advies.
19
Willem Jacobs Delff heeft de door hem gesneden beeltenis van de
prinses
van Oranje overhandigd.
Hij mag voor de heren van de vergadering een exemplaar in satijn
leveren.