21 - 03 - 1626
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
HHM nemen het advies van de gedelegeerde rechters d.d. 19 maart op het rekest van
Catharina van de Graeff over en staan haar bij deze toe bij redemptie en tegen
borgstelling van 30.000 gld. door haar vader
Arent van der
Graeff, burgemeester van Delft, de inventarisatie en
inbeslagname van haar inboedel te caveren. Dit onverminderd al
gedaan
en voorgenomen beslag op het onroerend goed van het echtpaar
Van der Mast en het verbod aan
ontvanger
Vroesen kapitaal en rente waarop
Van
der
Mast aanspraak maakt, uit te betalen. Na borgstelling kan
de
aanwezigheid van boden in het huis van de suppliante worden
opgeheven.
2
HHM nemen het advies van de RvS d.d. 19 maart op het schrijven van
Arnolt Jost, graaf van Bentheim, over en zullen de uitvoer van goederen voor de hofhouding
toestaan op een door de graaf in te dienen lijst en tegen licent.
Over
het paspoort voor zijn dienaren voor het reizen vanuit neutraal
door
vijandelijk gebied naar de steden alhier zal later worden
beslist.
3
De Portugees
George Fernandes Rachaon uit Amsterdam verzoekt een beloning voor aan de
WIC
bewezen diensten.
HHM verwijzen hem naar deze Compagnie.
4
De RvS moet adviseren over het verzoek van de magistraat van
Rees de op paspoort d.d. 4 juli 1625 toegestane vijfentwintig last
rogge te mogen uitvoeren nu de middelen daartoe beschikbaar zijn.
5
De vrouwen van commissaris
Padborch en hofmeester
Mortaigne
verzoeken beide
aangesteld te worden voor het huren en meubileren van een huis ten
behoeve van buitenlandse ambassadeurs.
Het nemen van een besluit wordt uitgesteld.
6
Baudewyn de Man, ontvanger te Delft, c.s. verzoeken ondersteuning bij het
terugkrijgen van hun voor
Villafranca bestemde en
te
Plymouth vastgehouden schepen.
Joachimi zal geschreven worden de supplianten in hun pogingen te
ondersteunen.
7
De
heer van Hulhusen verzoekt zijn levensbenodigdheden uit
Nijmegen te mogen halen.
De RvS wordt om advies gevraagd.
8
Magistraat en inwoners van de stad
Coevorden verzoeken licentvrije invoer van de levensmiddelen en
bouwmaterialen die zij uit het graafschap
Bentheim
en
uit
Twente halen.
De RvS wordt om advies gevraagd.
9
De
Bie en
Antwerpen doen verslag
van de
declaratie van de generaalmeesters van
de
Munt
.
HHM verzoeken het advies op schrift in te leveren.
10
Jan Danckelman, voormalig burgemeester van Rheine en
vertrokken om zich in
Vollenhove te vestigen,
verzoekt
brieven aan de raden van
Münster ter opheffing
van
het beslag dat vanwege zijn vertrek is gelegd op zijn goederen.
HHM staan dit door graaf
Ernst Casimir ondersteunde verzoek toe.
11
Adrianus Metius, prof. math. te Franeker, krijgt voor zes jaar octrooi op
het drukken van zijn Geometria Practica of Het gebruik
van
de proportionele passer en ook voor
zijn
Fortificatie en sterckenbouwinge.
1
12
De RvS stelt in zijn advies van 17 maart over het schrijven van de
Admiraliteit te Middelburg
inzake de aanvoer van Vlaams garen en linnen te
Aardenburg dat deze goederen, ingevoerd vanuit vijandelijke steden,
buit
zijn. De Raad vermoedt echter dat de dorpen die het garen en linnen
brengen niet anders weten dan dat dit is toegestaan.
HHM zullen de Admiraliteit terugschrijven dat om onderscheid te kunnen maken, de huislieden hun garen en linnen vergezeld moeten laten gaan van een certificaat dat dit zelf gesponnen en niet gekocht is.
13
Rolant van der Perre verzoekt per 5 april 1626 terugbetaling van de 50.000 gld.
en de rente die hij op krediet van HHM en in het bijzonder van de
provincie Holland heeft verstrekt voor
Mansfeld.
De heren van
Holland moeten Van der Perre bewegen tot een
verlenging van de lening op dezelfde voet en, indien dat niet
lukt,
moeten zij proberen het geld door anderen te laten lenen.
14
Dirck Heuff en
Gerard Thijns,
kooplieden uit
Dordrecht, doen een aan de heren van
Holland
aangeboden verzoek om terugbetaling van de per 12 april 1626
vervallen
7.000 gld. met de rente, als deel van de 50.000 gld. die op krediet
van
Holland aan de
landgraaf van
Hessen zijn
verstrekt.
De heren van Holland moeten hen bewegen tot een verlenging van 7.000 gld. op dezelfde voet en, als dat niet lukt, moeten zij proberen het geld door anderen te laten lenen.
15
Er valt nog geen beslissing over het verzoek van
Diego de Mendonssa, voormalig gouverneur van Brazilië, de uitwisseling van
gevangenen te
regelen.
16
De gezant van de landgraaf van Hessen
Wolffen is, na te zijn onthaald door twee gedeputeerden, ter
audiëntie gebracht. Na gedane complimenten dient hij zijn memorie
in. 2 Hierin richt landgraaf
Maurits zich via zijn gezant tot de
Staten der Verenigde Nederlanden
om naar voren te brengen dat het
Philips, de
zoon van de landgraaf, door de onbegaanbare wegen en versperde
passen
nog niet is gelukt zich met het oog op de cassatie naar zijn
compagnie te
begeven. Maurits verzoekt HHM zijn zoon te verontschuldigen.
Daarnaast heeft hij vernomen dat de afgezanten van de koning van
Denemarken en die van
Engeland tegen 20 maart voor
ratificatie van de bepalingen van het [in december 1625] gesloten
traktaat hiernaartoe komen. Hij zou tot de alliantie willen
toetreden
ten behoeve van de gemeenschappelijk evangelische zaak en de Duitse
vrijheid. De landgraaf wil zijn zoon, voorzien van instructie en
volmacht,
sturen om bij HHM een resolutie over te verlenen bijstand te
bepleiten.
HHM beantwoorden de complimenten en verklaren dat de memorie van de gezant naar behoren zal worden behandeld.
17
De
hertog van Aarschot en de
baron van Noortcarme
verzoeken
Z.Exc. sauvegarde voor een
verblijf in hun
huizen op het
platteland.
HHM keuren dit af omdat het ongebruikelijk en tegen de regels is militaire personen een dergelijke sauvegarde te geven.
18
In een aan de heren van
Holland gerichte remonstrantie van de
Rotterdamse
Admiraliteit
wordt om 300.000 gld. subsidie verzocht.
De
Hollandse gedeputeerden willen dat de RvS een petitie doet op
eventuele
onwillige provincies. De overigen achten het raadzamer elke
provincie
afzonderlijk te vermanen tot het opbrengen van de in voorgaande
jaren
verzochte subsidies. Daartoe zullen de defecten van de jaren 1623
en
1624 worden opgezocht.
19
De gecommitteerde heren die gisteren hebben gerapporteerd over de zaak van
Friesland wordt verzocht hun advies over een verdere aanpak op schrift
te stellen opdat daarover vervolgens in aanwezigheid van Z.Exc. en
de
RvS besloten kan worden.