29/05/1626

 
English | Nederlands

29 - 05 - 1626

Presentielijst:

Resoluties:

1 Op attestatie van baljuw en stadsbestuur van Niervaart [Klundert] krijgt Geraert Ambrosius toestemming om tegen Bosch' licent en onder borgstelling dat zij daar blijft vanuit de Republiek een bruine merrie voor de landbouw naar de zandbank bij [de polder] Bloemendaal, over de rivier Mooije Keen [Roodevaart], te brengen.

2 Na lezing van het nadere verzoek van kapitein Meutis om over de tijd van zijn absentie betaald te worden, besluiten HHM te blijven bij hun resolutie van 20 mei.

3 Agent Brederode schrijft d.d. Bazel 5/15 mei. Er valt geen resolutie.

4 Z.Exc. heeft laten weten het goed te keuren een of twee konvooischepen richting Pieter Barentsen van Dorrevelt op de Elbe te sturen, maar daartoe niet de schepen te gebruiken die bestemd zijn voor de bewaking van de kust van Vlaanderen.

5 Carl van Cracou schrijft d.d. Elseneur [Helsingør] 18 mei dat te Lübeck ongeveer achttien schepen klaar liggen met touwen, masten en munitie voor vertrek naar Spanje.
Joachimi zal dit in Engeland bekendmaken zodat er op gelet kan worden. Aan Lübeck zal worden geschreven dat dit in strijd is met de alliantie en dat de stad dit dus moet beletten wil zij haar burgers niet benadelen.

6 De Rotterdamse Admiraliteit schrijft d.d. Rotterdam 29 mei de uitrusting van het fregat te excuseren zolang er geen subsidie is. Colster zal dit nader uiteenzetten.

7 Jacob van Haften, burger van Nijmegen, krijgt paspoort om gedurende vier maanden zijn zaken in vijandelijk gebied af te handelen.

8 De RvS stelt in zijn advies d.d. 28 mei over het schrijven van Gorinchem dat het de dorpen gelegen binnen de Oude Maas en de Nieuwe Maas vrij staat hun goederen te halen uit Gorinchem of andere steden, conform de resolutie van 18 okt. 1625.
HHM stellen een beslissing uit.

9 Jacomina Francq, echtgenote van Michiel Jacobs, soldaat onder kapitein Brederode op de vloot van L'Eremite, is eenmalig 6 gld. toegekend.

10 Uit naam van de arme burgers van Breda is opnieuw gevraagd de servitiën te betalen.
Voordat zij hierover beslissen willen HHM een nauwkeurig overzicht van zowel de servitiën als de personen die er recht op menen te hebben.

11 De RvS zal worden gemaand een definitief besluit te nemen over de betaling van het regiment in dienst van de Deense koning.

12 Gemeld wordt dat de ambassadeurs van Venetië binnen enkele dagen zullen arriveren.
Zij zullen worden onthaald volgens het nieuwe reglement.

13 Conform de resolutie van 15 mei heeft Vosbergen de conceptakte voor het kwartileren van zijn wapen aan Contareni meegedeeld. Nadat de ambasseur zijn tevredenheid had geuit is de akte in het Latijn vertaald en hiervan is, na lezing, ordonnantie gedepêcheerd.
Vosbergen heeft ook het volgens de wensen van de ambassadeur gekwartileerde wapen getoond. HHM staan toe dat dit wapen in de marge van het octrooi wordt opgenomen.

14 Z.Exc. en de RvS verschijnen ter vergadering voor de bespreking van de brief van Ernst Casimir over de situatie in Leeuwarden. Met hun advies wordt besloten de stadhouder te verzoeken met behulp van Hof en magistraat de gemoederen tot bedaren te brengen en de burgers hun wapens te doen afleggen. Ter bevordering van de rust zal men kunnen voorgeven dat de soldaten zullen wegtrekken ter bestrijding van de vijand. Vervolgens kunnen de opgestuurde patenten aan de compagnieën worden uitgedeeld en zal de stadhouder bewerken dat de wapens worden teruggegeven.
Eveneens zal de stadhouder worden geschreven te regelen dat de Staten van Friesland vergaderen om orde op zaken te stellen opdat de regering van het land niet wordt geminacht en er voor de betaling van de soldaten en alles wat met de oorlogsvoering samenhangt goed wordt gezorgd. Zodra HHM op de hoogte zijn gesteld van de datum zullen zij een deputatie sturen om de eensgezindheid en rust te helpen bevorderen.

15 Adam Zevelij krijgt octrooi voor de tijd van vijftien jaar om in de Republiek een instrument te maken waarmee diep grondwater en mineralen op simpele wijze naar boven gehaald kunnen worden.

16 Jan Weimans en Jacob Velthuisen, burgers en kooplieden uit Rotterdam verzoeken, ondersteund door een brief van de magistraat van Rotterdam, een octrooi om gedurende vijftien jaar gerst, erwten, bonen en andere graansoorten als enigen in de provincie [Holland] te mogen pellen en vervolgens te verkopen.
Zij krijgen gedurende acht jaar octrooi op het instrument dat zij daartoe hebben uitgevonden.

17 Joachimi schrijft d.d. Londen 14 mei met de boodschap dat hij de brief over de handel op Bantam, opgesteld op verzoek van de Engelse Oost-Indische Compagnie, niet heeft kunnen veranderen. De tekst was al door de koning gearresteerd en is inmiddels naar Oost-Indië gezonden.
De VOC zal een extract worden toegezonden.