16/07/1626

 
English | Nederlands

16 - 07 - 1626

1

Presentielijst:

Resoluties:

1 Het beraad over het rekest dat namens de burgerij van Breda is ingediend, is hervat.
Besloten wordt 17.000 gld. uit te keren aan servitiën vanaf het moment dat er een garnizoen in de stad heeft gelegen en zolang daar de gemene middelen zijn geheven. Bovendien wordt op goede gronden nog 17.000 gld. toegekend, maar zonder dat dit een precedent schept. Het bedrag mag uitsluitend ten goede komen aan degenen die daadwerkelijk recht hebben op servitiën, niet aan personen die aandelen daarin tegen een lage prijs hebben opgekocht.

2 Het gisteren gelezen schrijven van de Zeeuwse Admiraliteit over de uitwisseling van de gevangenen zal worden beantwoord door toezending van een uittreksel van de resolutie d.d. 8 juli.

3 De heer van Batenburch is toegestaan zijn koren en hooi uit Batenburg te verkopen aan de inwoners van Ravenstein, uitsluitend voor huishoudelijk gebruik. Een eventueel overschot mag alleen naar plaatsen onder garnizoen van HHM worden gebracht.
Over een verzoek van dezelfde Batenburch en de ingezetenen van Stein wordt advies gevraagd aan de RvS. Het betreft de verkoop van koren en ander gewas in Maastricht en Luik en omgeving.

4 Johan Vijgh, heer van Weerdenburgh verzoekt een tegemoetkoming in de onkosten die hij gedurende veertien jaar heeft gemaakt als commandant in Tiel.
Het verzoek gaat voor advies naar de RvS.

5 Pieter Basilier, koopman te Middelburg, verzoekt sauvegarde om op dezelfde voorwaarden als anderen gedurende enige tijd met zijn familie in Doel [Beveren] in Vlaanderen te mogen verblijven.
Het verzoek gaat voor advies naar de RvS.

6 In een door de heer van Rumen overreikte memorie is verzocht om teruggave van de van de burgers van Essen door het garnizoen van Emmerik [Emmerich] afgenomen goederen.
De RvS wordt om advies verzocht.
Op verzoek van Rumen in zijn hoedanigheid van agent van de keurvorst van Brandenburg wordt hem kopie toegestaan van de door Spirinck bij zijn vertrek afgegeven stukken.
In een andere memorie klaagt Rumen uit naam van de keurvorst over het garnizoen te Emmerik dat in Elberfeld [Wuppertal] overlast veroorzaakt en met name de huizen van de burgers Caspar Trowijn en Engelbert Brausz heeft geplunderd. Naast restitutie van hetgeen is afgenomen wordt verzocht dit soort optreden te voorkomen.
Het verzoek gaat voor advies naar de RvS.

7 Het stadsbestuur van Dortmund schrijft d.d. 6 juli dat Johan van Waltrop, soldaat in het garnizoen te Emmerik, de gevangenis is ontvlucht. Verzocht wordt hem opnieuw gevangen te nemen dan wel te garanderen dat hij geen overtreding begaat.
De brief gaat voor passend advies naar de RvS.

8 Dr. Nicolaes van Wassenaer verzoekt d.d. 14 juli niet persoonlijk voor HHM te hoeven verschijnen, maar schriftelijk op het hem ten laste gelegde te mogen antwoorden.
Wassenaer zal andermaal worden gelast zich ten overstaan van HHM te verantwoorden.

9 De RvS adviseert d.d. 14 juli op de brief van de Zeeuwse Admiraliteit d.d. ... 2 dat de plattelandsbewoners onder contributie volgens de inhoud van de sauvegarden en het plakkaat niet kan worden belet hun eigen gewas in steden aan weerszijden ter markt te brengen.
Totdat er nader over het plakkaat is besloten laten HHM het hierbij.

10 Het advies van de RvS d.d. 10 juni over het verzoek van Jonas van Padburch is gelezen.
De zaak wordt opgeschort tot nader beraad.

11 Vernomen is dat de bevelhebber op de kust van Vlaanderen Philips van Dorp zich met andere schepen om onbelangrijke redenen van de kust heeft verwijderd richting Duins [Downs] en elders.
Hem zal in strenge bewoordingen worden opgedragen zijn wacht waar te nemen. Z.Exc. zal ook worden gevraagd dit aan de kapitein te schrijven.

12 De RvS moet adviseren over het verzoek van graaf Wilhelm van Nassau gelijk andere kolonels van de natie beloond te worden vanwege de grote dagelijkse onkosten die hij heeft in het gouvernement van Emmerik [Emmerich].

13 De vrouwe van Selhem, wonend in De Duffel, mag uitsluitend tot onderhoud van haar grote familie uit Nijmegen, Emmerik [Emmerich] en de Schenkenschans ['s-Gravenwaard] de helft van de in haar rekest gespecificeerde levensbenodigdheden halen: tweeënhalf malder zout, twee okshoofden Franse wijn, een halve aam Spaanse wijn, drie kinnetjes zeep, een vat honing, een halve ton olie, tweehonderdvijftig pond stokvis, tweehonderd pond kaas, vier à vijf broden suiker en een halve samoreus met turf.

14 De RvS zal adviseren over het verzoek van het stadje Griethausen om te worden voorzien van wat zout en andere benodigdheden.

15 Rantwijck, Schagen en de overige gecommitteerden, tezamen met Hugen, Veltdriel en De Bie uit de RvS hebben verslag gedaan van hun overleg met Z.Exc. inzake de verdediging van de Maas en de Waal tegen vijandelijke lopers.
Er is gesproken over diverse voorstellen maar een definitief besluit wordt nog in beraad gehouden.

16 De gedeputeerden van Holland melden dat de Staten zich afvragen of de gehele RvS , zoals vroeger, niet met Z.Exc. te velde zou moeten trekken om zo beter op het beheer te kunnen toezien.
Vooralsnog blijven HHM bij de eerder genomen resolutie.

17 Gezien een credentie d.d. 5 mei van de koning van Denemarken op Christiaen Thomassen, gezant, wordt hem audiëntie verleend, in aanwezigheid van Z.Exc. en Ernst Casimir. Na gedane complimenten zet hij het geschil tussen de koning van Frankrijk en die van Denemarken uiteen. De onenigheid is ontstaan over de schade die Deense schepen zouden hebben toegebracht aan de schepen van de heer van Chappellaine en De Chesne. Laatstgenoemden waren door de Franse koning van kaperbrieven voorzien. Beide vorsten willen, na opschorting van hun wederzijdse verdragen, het geschil laten beslechten door HHM en de prins van Oranje.
De gezant is verzocht zijn verhaal schriftelijk uiteen te zetten, hetgeen hij toegezegd heeft te zullen doen.

18 Op voorstel van Z.Exc. is besloten aan Joachimi te schrijven de koning en Buckingham in overweging te geven of niet de tweede Engelse vloot en de schepen van de Republiek gezamenlijk naar het westen zouden kunnen varen. Zo zouden zij de schepen van de Spaanse koning die naar West-Indië varen, kunnen aanvallen en zo veel mogelijk schade toebrengen.

19 Z.Exc. deelt mee dat de Franse ambassadeur op uiterst indringende wijze heeft aanbevolen Villetard zijn fout te vergeven.
Uit verschillende voorstellen volgt geen conclusie.

1 De resoluties van deze zittingsdag zijn door een klerk ingeschreven in S.G. 51.
2 Datum niet ingevuld.