28 - 10 - 1626
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Hendrick van Nassau heeft verzocht de
fiscaal
te gelasten hem
van de insinuatie, nadat die heeft plaatsgevonden, een
schriftelijk
verslag te verstrekken.
Rantwyck en
Lyclama zullen de
suppliant horen
teneinde zijn bedoelingen te weten te komen.
2
Gedeputeerde Staten van Groningen
schrijven d.d. 11 okt. dat zij opdracht hebben gegeven tot de betaling van het subsidie voor de Admiraliteitscolleges.
3
HHM besluiten conform het nader advies van de RvS d.d. 27 okt. dat de afgevaardigden van het
Kwartier van Nijmegen
honderd zakken zout krijgen ter verdeling onder de bevolking
van hun dorpen. Zij dienen van de officieren een verklaring te
ontvangen waarop het aantal huisgezinnen en de benodigde
hoeveelheid is
aangegeven. Dit wordt voor één keer, gedurende de huidige
slachttijd, toegestaan.
4
Mendoza de Furtado mag van
Utrecht naar
Amsterdam worden gebracht om aldaar afrekening te
doen en de betaling van zijn schulden te regelen. Na afloop
zal hij, omdat hij dat wenst, naar 's-
Gravenhage
worden gebracht
teneinde zijn afscheid te
nemen.
Dit zal schriftelijk worden meegedeeld aan
Eck en
Schagen die moeten
bewerken dat de
WIC
dit regelt.
5
De gedeputeerden te velde schrijven d.d. 24 okt. dat zij de kapiteins
Moulert en
Besten zullen opdragen
naar
's-
Gravenhage te gaan. Ook hebben zij op 22 okt.
het
gehele leger gemonsterd. Zij willen weten wat HHM inzake de
betaling
van de officiers van de vier Engelse regimenten nader hebben
besloten.
Indien dit besluit uitblijft zullen zij overgaan tot afdanking van
deze
troepen.
De brief is voor mededeling aan de RvS overhandigd aan secretaris
Huigens.
6
Van de gedeputeerden te
Emden is een brief d.d. 8/18 okt. ontvangen waarin zij berichten
over hun aankomst aldaar en over de noodzaak het graafschap
Oost-Friesland te bezetten.
De brief gaat naar de RvS voor advies.
7
Namens
Languerack wordt aangedrongen op acceptatie van de getoonde
wisselbrieven die, inclusief de kosten van de wissel, op een totaal
van
5.913 gld. 12 st. komen.
De wisselbrieven zullen deze keer nog door
Doublet worden geaccepteerd, maar in het vervolg dient Languerack
zijn ordinaris traktement, in overeenstemming met de repartitie,
van de
provincies
Holland
en
Zeeland
te ontvangen. Zijn
buitengewone
onkosten zal hij van de ontvanger-generaal krijgen.
8
Van
Berck is een brief d.d. 9 okt. ontvangen.
Behoeft geen resolutie.
9
De RvS heeft laten weten van
Veltdriel een brief d.d. Leeuwarden 24 okt. te hebben ontvangen waarin
hij schrijft dat men daar een bezending onverstandig acht.
HHM laten het erbij.
10
D'Espesses compareert en brengt naar voren dat de heer
La
Louette is gearriveerd met volmacht van de
koning
van Frankrijk teneinde de zaak van baron
Chappelaines en kapitein
Du
Quesne
tegen
de onderdanen van de
koning van
Denemarken te
behartigen. La Louette heeft daartoe een rekest opgesteld dat hij
HHM
wenst aan te bieden. Hij verzoekt audiëntie. D'Espesses erkent
dit
rekest en wil het zelfs ondertekenen.
Nadat hem is audiëntie verleend heeft La Louette het rekest overhandigd en de inhoud daarvan meegedeeld. Hij verzoekt de
ambassadeur van Denemarken op te dragen tot het stellen van een borg ter voldoening van
de op 9 okt. bekendgemaakte arbitrale uitspraak.
Dit rekest zal met het eerder ingediende verzoek van Du Quesne aan de Deense ambassadeur worden meegedeeld.
11
De
ambassadeur van Frankrijk heeft de zaak van markies
D'Estiaux
nogmaals aanbevolen.
HHM hebben geantwoord dat zij gezien de gerezen moeilijkheden deze kwestie nog niet hebben kunnen oplossen, maar hopen haar zo spoedig mogelijk af te wikkelen.