09/03/1627

 
English | Nederlands

09 - 03 - 1627

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 Commies Adriaen van Beaumont dringt nogmaals aan op betaling van het bedrag dat hem na sluiting van zijn rekening nog toekomt.
De Generaliteitsrekenkamer wordt advies gevraagd.

2 De ingezetenen van Terheijden krijgen een verklaring waaruit blijkt dat de op 14 jan. 1626 afgegeven akte niet is herroepen door de daarna verleende akte voor het halen van levensmiddelen. Op hun verdere verzoek 36 trekpaarden, 48 koeien en 96 kalveren te mogen uitvoeren, zal de RvS adviseren.

3 De Admiraliteit te Amsterdam adviseert het [op 24 feb. ingediende] verzoek van Elias Trip af te wijzen, omdat toestemming andere schippers zou ergeren.
HHM volgen het advies.

4 Aert Hendrixen van Schorrenborch krijgt nog twee dagen extra de tijd voor zijn dupliek.

5 De pachters van de konvooien en licenten geven in hun rekest te kennen dat zij in Zeeland een boeier uit Engeland, geladen met lood, hebben aangehouden. Het cognossement stond op naam van Anthoni Moreite uit Middelburg. Deze heeft op zijn beurt de schipper een cognossement gegeven voor Calais, zonder in- of uitgaande rechten te hebben betaald. De Admiraliteit heeft het schip weer vrijgegeven en de pachters vragen HHM hier iets aan te doen.
De Admiraliteit zal geschreven worden van dergelijke schepen konvooigeld te innen. Als het College dit om bepaalde redenen niet wil doen, dient het HHM hierover in te lichten. Ook moet de Admiraliteit niet langer treuzelen met het bericht over de eerdere klachten van de pachters inzake de schorsing van een hunner ambtenaren.

6 In zijn advies op het [op 3 maart ingediende] rekest van Stakenbroeck stelt de RvS dat de luitenant-generaal tegemoetgekomen zou moeten worden. Vanwege 's lands zware lasten weet men echter niet hoe de verhoging betaald zou moeten worden.
Met een beslissing wordt nog gewacht.

7 De RvS heeft geadviseerd de kapiteins Hanecrot en Boom de volgende producten voor hun eigen huishouding naar Meurs te laten brengen: ieder twee zakken zout, twee kinnetjes zeep, vijf vaten boter, acht Noordhollandse kazen, honderdvijftig pond kaarsen, zeventig pond stokvis, een ton haring, een ton gezouten kabeljauw, een halve ton teer en zoveel suiker en specerijen als zij gedurende één jaar nodig hebben.
HHM gaan akkoord, mits zij Bosch' licent betalen.

8 Koopman Reinier Lieftingh uit Utrecht mag voor de Deense koning tegen betaling van 's lands rechten honderd paar pistolen en honderd bandeliers uitvoeren. Van de levering zal hij schriftelijk bewijs moeten uitbrengen.

9 HHM lezen het advies d.d. 27 feb. van de Generaliteitsrekenkamer op de 25 feb. ontvangen brief van de Admiraliteit te Rotterdam over voormalig ontvanger Vroesen.
Conform het advies mag Vroesen in 's- Gravenhage en Rotterdam samen met secretaris Ruijsch en met medeweten van de Rekenkamer zijn papieren en registers doorzoeken. De Admiraliteit dient hem toegang te geven tot alle registers, akten van decharge, afrekeningen met particuliere rekenplichtigen en alle andere papieren die zijn administratie betreffen, zodat hij geen reden tot klagen heeft.
De Generaliteitsrekenkamer stelt niet te kunnen adviseren over de op 23 feb. overhandigde staat van de Admiraliteit te Dokkum zolang de ontvanger van dit College niet heeft gereageerd op de memorie over de openstaande posten en defecten op zijn rekening van 1624. Tevens dient hij eerst zijn rekening over 1625 naar behoren en volgens de laatste richtlijnen op te stellen en in te leveren.
HHM zullen de Admiraliteit schrijven hun ontvanger dit zo spoedig mogelijk te laten doen.

10 De Admiraliteit te Rotterdam vraagt d.d. 5 maart goedkeuring van een lening van 15.900 gld. in de periode dat het College zonder ontvanger-generaal zat. Het bedrag is in gedeelten op akten geleend, de ene keer om scheepsvolk in zee te brengen en de andere keer om afgedankte matrozen te betalen.
HHM bekrachtigen de lening en accorderen de omzetting van de akten in obligaties.

11 In een brief van 27 feb. vraagt de Admiraliteit in het Noorderkwartier subsidie om haar schepen in zee te kunnen brengen.
Hierover zal besloten worden zodra de provincies hun consent in de gevraagde 1.000.000 gld. hebben ingebracht. De provincies wordt derhalve verzocht de consentering niet te vertragen.

12 Wilhelm Gruiter, proost van [het klooster] Scheda in het ambt Unna, is in de gebruikelijke vorm sauvegarde verleend voor hemzelf, het klooster en de bouwlieden.

13 Carl Bruninck verzoekt als chercher aangenomen te mogen worden.
HHM wijzen dit af en laten apostilleren dat hij zich tot de Admiraliteitscolleges moet wenden.

14 De abdis van het klooster van Hooidonk in de heerlijkheid Nederwetten verzoekt uit het Land van Luik bouwmaterialen voor haar kerk te mogen halen.
Matthys Notemans uit Boxmeer verzoekt ijzer, kolen en leien naar Grave te mogen brengen.
HHM willen in beide gevallen het advies van de RvS vernemen.

15 Ontvanger IJck is ter vergadering ontboden en hem wordt gelast de betaling van de gedelegeerde rechters binnen twee tot vier weken te regelen. Hij heeft dit toegezegd.

16 De Directie van de Levantse handel schrijft d.d. 27 feb. dat Jeronimus van Uffelen het geschiktst is voor de reis naar Algiers.
In reactie op de brief van David de Willem meent de Directie dat over alle goederen en contanten in Nederlandse, door Nederlanders bevrachte en naar de Republiek gaande schepen volgens de regels het volle ambassade- en consulaatsrecht en de tanza moet worden betaald. Het doet er niet toe of de eigenaar van een andere natie is. De schepen die in Italië en Frankrijk door Italianen en Fransen worden bevracht en weer naar Italië of Frankrijk terugkeren om daar gelost te worden hoeven deze rechten echter niet te betalen, omdat zij die al aan hun consuls geven. In het geval deze schepen bescherming van de vertegenwoordigers van HHM willen genieten, zouden alleen de schippers (en niet de bevrachters) ieder één zilveren reaal van achten per last moeten betalen, al naar gelang de grootte van het schip. De schippers zouden dit bij het accepteren van vrachten kunnen toepassen.
In een namens hoofdconsul Witsen ingediende remonstrantie van de Amsterdamse koopman Gerrit Hudde wordt het bovenstaande genoegzaam onderschreven. Tevens verzoekt hij de in deze kwestie te Aleppo gemaakte kosten ten bedrage van 2.800 realen van achten en 1.500 realen voor de aankoop van een huis uit de tanza te mogen betalen.
Ook lezen HHM nog het advies van de Directie inzake de declaratie van dr. Pynacker.
Alle punten met bijbehorende stukken zullen door Nobel, Schagen en Beaumont nader worden onderzocht.

17 Enkele extraordinaris gedeputeerden van Holland zijn ter vergadering verschenen met een concept van de instructie voor de legatie naar Zweden en Polen. Hun principalen oordelen dat het goed zou zijn op grond hiervan een legatie samen te stellen. Het zou aan de wijsheid van degenen die tot de bezending worden verkozen moeten worden overgelaten of zij zich opsplitsen en gelijktijdig beide koningen bezoeken, dan wel gezamenlijk iedere koning apart aandoen.
Eck, Noortwyck, de extraordinaris gedeputeerden, Beaumont, Rode, Walta, Haersolte en Schaffer zullen de instructie onderzoeken. Een besluit op het overige is uitgesteld.