01 - 06 - 1627
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Overijssel: |
|
Resoluties:
1
De uitkomsten van het beraad dat de heren van
Zeeland met de aanwezige gedeputeerden van de Admiraliteiten hebben
gevoerd over de
zeebewaking, zijn gelezen.
Z.Exc. zal op de hoogte worden gesteld.
2
De
RvS
verschijnt ter vergadering. Hij meldt dat het fort voor
Steenbergen in staat van verdediging is gebracht maar, dat de aannemers
weigeren hun werk voort te zetten vanwege een betalingsachterstand.
De Raad vraagt HHM de provincies en
speciaal
Zeeland
aan te
sporen hun quoten te betalen.
Eveneens vraagt de Raad een besluit over genoegdoening aan de burgers van
Breda voor door hen aan compagnieën voorgeschoten geld tijdens de
belegering van de stad.
HHM verzoeken de gedeputeerden van de provincies te regelen dat hun principalen dit geld zullen opbrengen. De heren van
Zeeland zullen beide kwesties bij hun principalen aanbevelen.
3
Joris Hassel, predikant van generaal
Vere, mag vrij een koffer, een ton en
een
pakmand boeken naar
Engeland meenemen.
4
Isaac Lus mag naar
Oosterhout twee wagenpaarden
brengen en elke drie maanden een okshoofd wijn voor zichzelf
en
zijn
familie halen, tegen betaling van Bosch' licent en onder waarborg
dat paarden en wijn niet elders terechtkomen.
5
HHM lezen het conform de resolutie van 27 mei opgestelde antwoord op de propositie van
Buchner over het subsidie van
Denemarken.
1 De
Staten-Generaal
hebben in de propositie van Buchner kennisgenomen van het bericht
van de
Deense
koning.
Dit bestaat hoofdzakelijk uit drie punten. Ten eerste het verzoek
om uiterlijk
voor
eind juni 30.000 rijksdaalder op
Venetië over te
maken ten behoeve van de
prins van
Transsylvanië; ten tweede de betaling van het subsidie
tot 2 april op
Hamburg; ten derde
de
stationering van enkele oorlogsschepen op de
Wezer.
Op het eerste punt verklaren HHM geregeld betalingen aan deze en gene te hebben gedaan op assignaties en kwitanties van de koning: 150.000 gld. aan
Paul de Willem; 28.250 gld. aan de
administrator
van
Maagdenburg; 85.500 gld. aan de prins van Transsylvanië,
en onlangs 5.400 rijksdaalder aan
Buchner. Verder zijn door resident
Aissema nog wissels getrokken van
1.428
rijksdaalder
en 5.000 rijksdaalder in aftrek van de assignatie van
21.850 rijksdaalder die de koning aan de administrator heeft
gegeven. Hoewel de
koning graag wil dat 30.000 rijksdaalder op Venetië wordt
overgemaakt, zien
HHM
niet in hoe de prins iets vruchtbaars met dit geld kan verrichten
aangezien het van Venetië niet op
Transsylvanië
kan
worden overgemaakt. Daarom achten zij het nuttiger uiterlijk
eind juni aanstaande Aissema in Hamburg contant
30.000 rijksdaalder te betalen en 16.850 rijksdaalder, dat van de
assignatie van 21.850 rijksdaalder overblijft. De koning dient
zelf te
zorgen voor de verdere distributie van het geld in
Silezië. De prins zal hiervan schriftelijk worden
bericht.
HHM verzoeken voortaan van assignaties verschoond te blijven, omdat zij het geld uit het subsidie vanaf nu slechts aan de koning willen betalen. Zij zullen niet alleen de betaling van hetgeen nog uitstaat van het subsidie tot 2 april, maar tevens de toekomende betalingen zo goed mogelijk proberen na te komen. Zij excuseren zich voor de opgelopen vertraging. HHM zijn bij het sluiten van het verdrag uitgegaan van de alliantie met Venetië. Zij hadden gehoopt het subsidie voor de koning uit het Venetiaanse secours te kunnen betalen, maar dit geld is tot nu toe niet binnengekomen. Desondanks zullen HHM hun uiterste best doen de koning bij te staan.
Wat betreft het derde punt, de stationering van schepen op de Wezer, hopen HHM binnenkort tot tevredenheid van de koning te besluiten. De gezant wordt gevraagd goed verslag te doen van alle punten.
De
ontvanger-generaal moet met Buchner de genoemde betalingen afrekenen. Tevens
zullen HHM de memorie van de administrator van
Maagdenburg beantwoorden.