21 - 06 - 1627
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
De navolgende ruiters van
Bergen op Zoom mogen hiernaartoe brengen op een binnenlands paspoort:
Hendrick
van Ceulen vier paarden,
Lenert van Ceulen vier,
Hendrick van
Peer twee en
Thomas
Holstein
één.
De dieren moeten
gouverneur en
commissaris
worden getoond opdat ze aangetekend kunnen worden.
2
De RvS moet
Matthijs Treurniet,
Hendrick Janssen en
Tobias de
Mulder, aannemers van de schans voor Steenbergen, op een
of andere manier betalen, aangezien zij de werken
tegen
contant geld
hebben aangenomen.
3
Conform het op 17 juni opgestelde advies van de
Admiraliteit te Rotterdam
aangaande het op 16 juni ingediende verzoek van kapitein
Sibert Sibertsen Wor machtigen HHM het College om diens verjaarde ordonnanties om
te zetten in obligaties.
4
HHM vragen de RvS advies over het verzoek van schout, schepenen en regeerders van de vrijheid
Oosterhout om uitbreiding van hun lijst.
In een remonstrantie schrijven zij dat de op de schans van
Steelhoven gelegerde soldaten van elk paspoort 2
st. nemen. Dit onder het mom dat zij de uit
Geertruidenberg afkomstige schuiten inspecteren.
Tevens laten de
zoetelaars alle waren per schuit brengen, tot nadeel van het
land
en ter versterking van de lorrendraaierij.
De commandant van
Bergen op Zoom moet de soldaten die op deze schans worden geplaatst
gelasten geen schuiten bij
de
schans te laten aanleggen.
5
Laureis van Ossenwaerde mag op een binnenlands paspoort voor
zichzelf en nog vier andere huislieden tien paarden naar
Baarsdorp
op
Zuid-Beveland brengen.
6
Het verzoek van
Fredrick Matthijssen van Lobbrecht en
Willem Janssen Pesser,
reders van het
schip De Sterre, is gelezen. De Sterre
is met
commissie van de
hertog van
Savoye uitgevaren en heeft een ander schip buitgemaakt.
Beide schepen zijn veroverd en opgebracht door admiraal
Reael. De supplianten willen dat
De Sterre in hun aanwezigheid
wordt gelost en dat de goederen worden bewaard totdat over de
kwestie
is besloten.
HHM geven het verzoek voor een besluit aan de
Admiraliteit te Amsterdam
. Het College moet wel eerst Reael horen.
Admiraal Reael verschijnt ter vergadering en doet verslag van zijn reis,
waarvan hij het schriftelijk verbaal inlevert. Hij vertelt De Sterre, dat een schip van
Hamburg had veroverd, op zee
te hebben aangetroffen met een commissie van de hertog van Savoye.
Reael heeft het opgebracht omdat hij van mening is dat inwoners
van
de Republiek niet op andermans commissie bondgenoten van HHM mogen
aanvallen.
De heren van
Holland en
Zeeland moeten de kwestie
onderzoeken.
7
De
koning van Groot-Brittannië schrijft d.d. Westminster 17 april ten gunste van
luitenant-kolonel Sir
Jean Proude.
Net als in eerdere brieven vraagt hij
verlof
voor Proude opdat hij hem in dienst kan
nemen.
HHM besluiten de koning de diensten van Proude niet te onthouden. Daarom zijn zij bereid hem te laten
vertrekken, alhoewel zij liever zouden willen dat hij hier blijft. Omdat generaal
Morgan als
kolonel
van het regiment eveneens absent is, kan het land echter niet
lijden
dat zowel de luitenant-kolonel als de kolonel tegelijkertijd absent
zijn. Daarom besluiten zij bij het vertrek van
Proude diens ambt aan een ander
bekwaam officier te vergeven, waartoe Z.Exc. wordt gemachtigd. HHM
kunnen
niet met een resignatie instemmen, die is al te nadelig voor de
staat van het land.
8
Balthasar Bulgaro, koopman uit Antwerpen, krijgt verlenging van zijn
paspoort.
9
De
gecommitteerde van Friesland schrijft dat
Joost
Jonstal
door de
provincie
is genomineerd als
bewindhebber in de
Kamer
Amsterdam
van de VOC.
HHM sturen de brief aan de Bewindhebbers ter goedkeuring.
10
De Bewindhebbers van de
WIC
verzoeken d.d. Amsterdam 17 juni brieven aan de
Admiraliteit in het Noorderkwartier
. Zij willen teruggave van hun door
Compaen ontnomen en aan dit College geleverde schip.
HHM vragen hierover advies aan de Admiraliteit, waartoe tevens een extract van het aan Compaen verleende pardon zal worden gegeven.
11
Berckel en
Van der Hooge
verschijnen ter
vergadering en doen summier rapport van de gebeurtenissen in
Roosendaal vanwege de liquidatie en nadere
wisseling van
gevangenen. Hun verslag komt overeen met wat zij hebben geschreven
en zij vragen om een besluit.
De heren van
Holland stellen deze zaak uit.
12
Een schipper komend uit
Spanje heeft te kennen gegeven dat het plan van de bij
Pasajes liggende schepen en
patassen is om achterlangs
Ierland te varen
en zo
de
visserij aan te vallen.
De heren van
Holland en
Zeeland moeten de schipper nader
horen.
13
Op verzoek van admiraal
Reael vragen HHM de
Admiraliteit te
Amsterdam
om zijn declaratie te betalen.
14
Diderick Heuffs a Fromen en zijn zoon
Adam Heuffs is
paspoort
gegeven om naar vijandelijke steden en op het platteland te reizen
om
zaken te doen voor de kartuizers in
Keulen.
15
Gerrit Evertsen Roos,
Claes Hermanssen,
wijnverlater, en
Jan Gerritsen, kuiper, krijgen op
hun verzoek
brieven van relief om in het proces dat zij voeren
voor
de
Admiraliteit te Rotterdam
nieuwe feiten
in te
brengen, ook al hebben zij eerder afgezien van het overleggen van
stukken.
16
Ondanks herhaald verzoek van
Thielman Cannarts uit Hasselt tot vergoeding van schade door hem geleden
wegens de goede diensten die hij voor het land heeft gedaan,
blijven
HHM bij de resolutie van 16 juni.
De heren van
Holland is verzocht Cannarts'
zoon
bij gelegenheid met een vendel te
begunstigen.
17
Antwerpen,
Boreel en
Marienborch
moeten de declaratie van
Joachimi
over het eerste jaar van zijn residentie van 29 sept. 1625 tot
en
met 28 sept. 1626 onderzoeken en hiervan verslag
doen.
18
Conform het advies van de RvS d.d. 17 juni over het op 16 juni ingediende rekest van enkele heerlijkheden en dorpen in het Rijk van
Nijmegen is op een binnenlands paspoort de volgende uitvoer van
paarden toegestaan, mits deze niet elders belanden:
Jan Willemsen en
Bernt opte Wemeert naar
Weurt ieder
twee merries; de
heer van
Doddendael en
Jan
Dirxen ieder twee merries,
Gerrit
Coenen vier merries, en
Willem
Barten en
Cornelis de Hart ieder één
merrie naar
Ewijk;
de schout
van
Heumen en
Willem
Roloffs ieder
één merrie
naar
Heumen;
Anthoni
Vos één
merrie
naar
Malden;
Jacob Aertsen één merrie naar
Wijchen;
Ariaen Claessen en
Guert
Willemsen ieder twee en
Cornelis
Rutgers
met
Henrick Liebarts ieder één
merrie naar
Beuningen; jonker
Nicolaes
van
Gent twee
ruinpaarden en
Jan Janssen,
Jan de
Hart,
Jan Gysberts,
Gysbert
Gysbertsz. en
Jacob van
Meurs ieder
één
merrie naar
Winssen;
Hendrick van der
Moelen,
Hendrick van Mekeren en
Alert
Hacfort ieder één ruinpaard naar
Maas en
Waal;
Hendrick Jan
Lamberts,
Heesken van den Kerckhoff en
Jacob
Janssen ieder twee merries naar
Horssen,
en
Hendrick van Mierl en
Jacob van
Wijck ieder één merrie.
19
Conform het advies van de RvS mogen
Hendrick
Anthonissen,
Cornelis
Swanen en
Michiel Janssen Kessel ieder twee
merries en
Adriaen Jacobs Coevoet,
Gerrit
Mattheussen en
Magdalena
Bastiaenssen
ieder één merrie naar
Hoeven in het
markizaat van
Bergen op Zoom
brengen. Zij dienen Bosch'
licent te
betalen
en te garanderen dat de paarden nergens anders zullen worden
gebracht.
20
De
schout van Roosendaal mag tegen Bosch' licent
zes
merries naar
Prinsenland en naar
Bloemendaal
brengen,
op voorwaarde dat ze nergens anders terechtkomen.
21
Hendrick Aertsen,
Jan Jacobs,
Jacob
Janssen,
Gerrit Dirxen,
Eger
Janssen, en
Dirck
Gerritsen mogen
op
een binnenlands paspoort ieder twee merries naar
de
Bommelerwaard brengen en
Adriaen
Thonissen en
Paul
Aertsen ieder vier
merries en
Ida Dirxen één
hengst. Ze moeten
waarborgen dat de dieren niet elders belanden.
22
Hans van Winegom, wonend in Amsterdam, mag op een binnenlands
paspoort en onder cautie vijf magere ossen voor vetweiding naar
Willemstad brengen.
23
De
heer van Palant, proost van Emmerik en deken van Kleef, mag voor
eigen gebruik de volgende goederen naar
Kleef
brengen: vijf okshoofden wijn, een half okshoofd Spaanse
wijn,
een half okshoofd wijnazijn, vier malder zout, vier kinnetjes zeep,
vierhonderd
pond stokvis, honderd pond gezouten kabeljauw, specerijen ter
waarde
van
150 gld., driehonderd pond kaas, tien boeken papier, vijf pond
rijst, drie
pond
stijfsel en zijde en wollen laken ter waarde van 300 gld. Dit
tegen
Bosch' licent en op voorwaarde dat de goederen nergens anders
terechtkomen.
24
Johan Hegh, burger van Kleef, mag op Bosch' licent en
onder cautie voor 1.200 à 1.300 gld. aan bombazijnen, saaien,
rassen,
trijpen, boratten, kanjanten, passementen en
dergelijke stoffen halen.
25
De beambten en ridderboortigen van het graafschap
Mark schrijven d.d. 5 mei en de burgemeesters en raad van
Dortmund d.d. 26 mei over de wandaden van de
soldaten.
Zij verzoeken bescherming hiertegen. Tevens schrijven de
Kleefse raden d.d.
8
mei ter aanbeveling van dit verzoek.
HHM sturen als antwoord een kopie van de op 17 mei aan alle commandanten geschreven brief. Hiermee en met de nieuwe sauvegarde die Z.Exc. zou hebben verstrekt, hoopt men de klachten te voorkomen.