22 - 11 - 1627
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
De gedeputeerden van de
Admiraliteit in Zeeland
compareren. Zij vragen om financiële steun om hun grote schuld te kunnen betalen.
HHM antwoorden dat zij een overzicht moeten indienen waarop hun ontvangst staat vermeld van
Zeeland
van het miljoen en van de subsidies van
voorgaande jaren.
2
Op gedeputeerden van de
Admiraliteit in Zeeland
verzoeken nogmaals in plaats van de twee door de
Admiraliteit te Amsterdam
tegen
Zandvliet gestuurde potten twee grotere schepen te sturen.
HHM zullen met de gedeputeerden van de Amsterdamse Admiraliteit en die
in het Noorderkwartier
bespreken
of andere schepen ook geschikt zijn.
3
HHM zullen de zaterdag ingediende artikelen van
Carleton nader onderzoeken.
Noortwyck en
Schaffer zullen hem bij provisie mondeling een
nadere toelichting geven op het lezen van de brief aan
Dorp van 13 november. Voordat zij
naar
Carleton
gaan, moeten ze de kwestie bespreken met Z.Exc.
4
De
Staten van Zeeland
antwoorden op de brief van HHM d.d. 16 november. Conform de wens van HHM zullen zij op 30 nov. vergaderen.
HHM sturen een gedeputeerde uit
Holland en iemand uit de RvS daarheen.
5
Gezien het belang van de zaterdag ontvangen brieven van
Carl van Cracou wordt Z.Exc. nogmaals gemachtigd om met
Ernst Casimir en enkele door hem
op te
roepen gedeputeerden uit de
provincies te beraadslagen over wat het beste gedaan kan worden.
Tevens
machtigen HHM hem dit te laten uitvoeren. De
griffier moet de stukken opmaken.
6
Uit diverse brieven van generaal
Morgan aan
Z.Exc. blijkt
het grote gebrek aan geld en andere benodigdheden in het leger van
de
koning van Denemarken dat zich nog
bij
de
Elbe bevindt.
HHM schrijven resident
Vosbergen, die nu in
Amsterdam is, en
Philippe Calandrini alle
mogelijke moeite te doen om geld bijeen te brengen om naar de Elbe
te
sturen.
Heemstede, die
naar Amsterdam gaat, is ook verzocht hierover met hen te spreken.
Tevens zullen HHM met de RvS spreken om nog wat
levensmiddelen en
oorlogsmunitie daarheen te sturen.
7
Op het voorstel van
Rantwyck betreffende de gezantschappen naar
Frankrijk en
Engeland depêcheren
HHM
ordonnantie van 800 gld. voor elk van de heren voor
hun
uitrusting. Voor vier heren is dit 3.200 gld.
Doublet zal voor de reis naar Frankrijk 5.000
gld. voorschieten en voor de reis naar Engeland 3.000 gld. De heren
mogen per gezantschap een bode meenemen en een expresse bode sturen
bij
belangrijke zaken maar zij moeten zo zuinig mogelijk zijn.
De voor beide gezantschappen benodigde stukken zoals
geloofsbrieven,
commissiebrieven en akten van indemniteit zullen worden
gedepêcheerd.
De betaling van de eerder in Engeland aan de
commissarissen
bij het sluiten van het offensieve en defensieve verbond beloofde
vereringen wordt opgeschort.
8
Wegens het vertrek van
Rantwijck neemt
Essen diens plaats in
voor de kwestie van de stad
Utrecht
en
Lochteren inzake de
besprekingen over de munt.
9
Kapitein
Wouter van Angium klaagt dat de
Admiraliteit te
Dokkum
zijn bemanning heeft
laten afdanken en hem strafbaar heeft verklaard omdat hij zich door
resident
Aissema heeft laten
ophouden
en naar 's-
Gravenhage is gekomen om verslag te
doen
van de stand van zaken bij de
Elbe.
HHM schrijven de Admiraliteit dat de kapitein alles in hun opdracht gedaan heeft. Zij moet hem dus niet beschuldigen maar in dienst nemen net als andere kapiteins.
10
Na de middag zullen HHM naar de begrafenis van de
heer van den Bosch gaan.