25/03/1628

 
English | Nederlands

25 - 03 - 1628

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 Pieter Aertsen van Braeckel, geweldige provoost van de Admiraliteit te Amsterdam, verzoekt verlenging van zijn pensioen van 150 gld. per jaar. Dit is hem door het College toegekend voor zijn aandeel in de door hem in 1611 in dienst van het land ontdekte, achterhaalde en opgebrachte buit. De Generaliteitsrekenkamer weigert het pensioen echter de ontvanger in rekening te passeren.
HHM vragen de Rekenkamer hierover advies.

2 Bastiaen Pieterssen uit Durgerdam verzoekt betaling van 100 realen van achten die admiraal L'Eremite hem heeft beloofd voor een poging het vlaggenschip voor Lima in de Stille Zuidzee in brand te steken.
HHM laten de Admiraliteit te Amsterdam hierover beslissen.

3 De erfgenamen van Wilhelm van der Maze genaamd Elschaten, ingezetenen van Goch, verzoeken vrijlating van de gevangenen die de gouverneur van Rees heeft gehaald naar aanleiding van de remonstrantie van Hendrick Gillis, burger te Amsterdam.
HHM geven het verzoek aan Gillis zodat hij zijn weerwoord kan geven.

4 Guert van Hardenberch, licentmeester te Doesburg, beklaagt zich per brief aan de Admiraliteit te Amsterdam dat het Doesburgse garnizoen in beslag genomen goederen zelf houdt en verdeelt zonder het land daarover te informeren.
HHM vragen de RvS advies hierover.

5 Arent Sloot, commandant van Doesburg en luitenant-kolonel van het Stichtse regiment, verzoekt betaling van een ordinaris traktement zoals andere luitenant-kolonels ontvangen.
HHM vragen de RvS hierover advies.

6 De binnengekomen gedeputeerden van de kleine visserij uit Maassluis berichten dat zij in Maassluis, Brielle en Vlaanderen zeventig doggers hebben gereedliggen om op zee te gaan. Zij durven dit echter niet te ondernemen met de drie tot hun bescherming gelaste konvooiers aangezien er veel Duinkerkers op zee zijn. Daarom vragen zij of de op de Maas gelegen kapitein Bockingen mag worden toegevoegd.
HHM laten de Admiraliteit te Rotterdam de vissers nog een schip toevoegen dat niet bestemd is voor de kust van Vlaanderen.

7 Op verzoek van Christoffel Sticke, heer van Breskens, laten HHM hem de kist waarin de papieren van resident Sticke bewaard worden ten deel vallen. Na visitatie heeft Schaffer bevonden dat de kist kan worden teruggegeven omdat de inhoud van deze privédocumenten het land niet aangaat.

8 Op de brief waarin de gezanten in Engeland berichten over hun derde audiëntie nemen HHM nog geen besluit.
Het verzoek een jacht tussen Frankrijk en Engeland het briefverkeer te laten verzorgen wordt besproken met Z.Exc.

9 Rantwijck en Pauw hebben op ontvanger Reael een wissel getrokken van 300 pond sterling tegen 36 st. en 1 groot Vlaams, in totaal 3.247 gld.
HHM laten ontvanger-generaal Doublet de wisselbrief door ontvanger Reael accepteren en verzoeken de heren van Holland deze te betalen in aftrek van hun consenten.

10 De gouden keten die HHM gisteren hebben gelast te maken voor kapitein Wolff Mislich weegt dertien once vijf engels tegen ongeveer 36 gld. 10 st. per once. en 28 st. per once voor het fatsoen, in totaal 502 gld. 3½ st.
HHM hebben de keten in de vergadering aan Mislich geschonken.

11 De heren van Holland reageren op een memorie van partijen die nodig betaald moeten worden. Zij regelen een subsidie voor de Admiraliteit te Rotterdam van 322.000 gld. in mindering van hun quote in de miljoenen.
HHM schrijven het College dit geld nergens anders voor te gebruiken en daarom ook niemand akten van lening of restcedels voor rekening van de ontvanger te geven. Zij zenden een kopie van de partijen aan ontvanger Van IJck met opdracht het daarvoor benodigde geld niet aan andere partijen uit te keren en zich verder aan zijn instructie te houden.

12 De voor HHM crimineel aangeklaagde kapitein Teunis Lieffhebber zou zich in Rotterdam ophouden.
HHM laten het College berichten of dit zo is.

13 Culenborch en Hertevelt berichten conform de resolutie van 23 maart met pensionaris Boreel aan de ambassadeur van Frankrijk te hebben gemeld dat HHM diens op 11 maart opgestuurde memoriaal met verbazing en ergernis hebben gelezen. Het zit vol hatelijkheid en laster ten aanzien van Frankrijk maar ook van andere bondgenoten waarover HHM niet tevreden zijn. Daarom hebben zij de ambassadeur verzocht hen in de gebruikelijke termen te bejegenen en te getuigen zijn functie in vriendschap te bedienen.
Daarop heeft D'Espesses een lang verhaal gehouden en uiteindelijk verklaard dat zijn pen wat te ver is gegaan door ongeduld omdat hij geen antwoord kreeg op zijn proposities. Het is echter slechts zijn bedoeling zijn koning en de Republiek te dienen. Verder heeft de ambassadeur de afgevaardigden beleefd behandeld en bedankt.
HHM laten deze kwestie hierbij. Zij bedanken de heren voor hun moeite.

14 Op verzoek van de Franse ambassadeur verlenen HHM gratis paspoort aan de heer Courant, zijn bediende, om door Brabant naar Frankrijk te reizen.

15 Schaffer bericht dat de pachters van de konvooien en licenten hun verzoek om een vergoeding niet baseren op het sluiten van de licenten van de vijand maar van HHM zelf. Daartoe zijn zij gerechtigd door het 32ste artikel van de ordonnantie. Bovendien is de verhoging van het Bosch' licent hun ontnomen zodat zij een goede grond lijken te hebben.
HHM vragen hierover nader advies aan de generaals van de konvooien en licenten.