6
De binnengekomen gedeputeerden van de kleine visserij uit
Maassluis berichten dat zij in Maassluis,
Brielle
en
Vlaanderen zeventig doggers hebben gereedliggen
om
op zee te gaan. Zij durven dit echter niet te ondernemen met de
drie tot hun bescherming gelaste konvooiers aangezien er veel
Duinkerkers op zee zijn. Daarom vragen zij of de op de
Maas gelegen kapitein
Bockingen mag worden toegevoegd.
HHM laten de
Admiraliteit te Rotterdam
de vissers nog een schip toevoegen dat niet bestemd is voor de kust van
Vlaanderen.