13 - 07 - 1628
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Ernst Casimir schrijft d.d. Alkmaar 12 juli dat
Dolbier hem heeft bericht over de toestand
van de nieuw geworven
Engelse cavalerie, vanwege het uitblijven van de
betaling. Verder heeft Dolbier hem gezegd dat de
Staten van Groningen
de ruiters
willen dwingen
via
Bourtange te vertrekken.
Vanwege de gesteldheid van de nieuwe Engelse cavalerie zullen HHM deze niet aannemen.
2
Johannes Junius, predikant te Assendelft, heeft een traktaat aan HHM
opgedragen over de ware en eeuwige goddelijkheid van Jezus
Christus.1 Hij
verzoekt HHM hierover gunstig te besluiten en dient daartoe een
exemplaar van het traktaat in.
HHM zullen het traktaat aan de suppliant teruggeven en laten een ordonnantie van 25 gld. voor hem depêcheren.
3
HHM geven de declaratie van ontvanger
Pieter Reael aan thesaurier-generaal
Van
Goch om erover te berichten. Het betreft de door Reael
[in 1625] uit
Frankrijk ontvangen en aan ontvanger-generaal
Doublet betaalde 499.000 pond
subsidie.
4
In een rekest meldt
Albert Gerbrantsz. Schagen, burger van Amsterdam, een geschikt middel te hebben
uitgevonden om de haven voor
Duinkerke en het
Scheurtje
[Kanaal van Mardijck] af te
sluiten. Daarnaast heeft hij nog een opmerkelijk werk uitgevonden,
waarvan hij bereid is een model te laten zien.
HHM geven dit rekest aan de aanwezige afgevaardigden van de Admiraliteitscolleges. Deze moeten het onderzoeken en erover berichten.
5
Een brief van de
Admiraliteit te Rotterdam
d.d. Rotterdam 11 juli behoeft geen resolutie.
6
De RvS adviseert d.d. 8 juli over het op 7 juli ingediende rekest van
Francois Guarier. Aangezien zowel de suppliant als de andere in het proces
genoemde personen tegen het vonnis van de Raad in beroep zijn
gegaan,
meent de Raad dat de zaak dient te blijven zoals deze is. Voordat
in
hoger beroep is bepaald of de suppliant en de andere personen
rechtmatig zijn gevangengenomen, zoals de ruiters eisen, zouden zij
niet
moeten
worden vrijgelaten of tenminste voldoende borg stellen en eerst
moeten
worden gehoord. Zo niet, dan kan de door Guarier afzonderlijk
gedane
opzegging van het appèl niet worden aangenomen. Hij komt in het
proces immers niet voor als particulier maar als agent van een
ander.
Ten aanzien van Guarier nemen HHM het advies van de Raad over. Het besluit over de andere in het proces genoemde personen laten zij onveranderd.
7
Lucia van Hoogestein, weduwe van
Pieter van
Brouchoven, heeft een beroepszaak voor HHM lopen
tegen
een groep ruiters van het garnizoen te
Bergen op
Zoom. Zij verzoekt veertien dagen naar
Brabant te mogen
reizen. Daarna zal
zij terugkeren en de zaak voortzetten.
HHM laten het consent ingaan zodra Van Hoogestein de Republiek verlaat.
8
De RvS adviseert d.d. 10 juli over het op 8 juni ingediende rekest van
Henderick Gillis. Na onderzoek van het in 1622 met de
keurvorst van Brandenburg gesloten verdrag
meent de Raad dat het in dit geval niet van toepassing is. In deze
zaak wil de
Kleefse regering immers zelf dat de executie wordt
uitgevoerd en heeft zij door het schrijven aan
Pijnssen de zaak begunstigd.
Zonder
schending van het verdrag kunnen HHM vasthouden aan hun besluit in
deze
zaak. Omdat de
commandant van Rees
nu bij
Bergen op
Zoom is ingezet, kan de executie aan de
commandant van Emmerik worden
opgedragen.
HHM nemen het advies van de Raad over.
9
HHM wijzen het verzoek af van
Roeloff Verheyden, burger van Nijmegen, om een paspoort waarmee hij met
zijn bagage naar de steden en het platteland in handen van de
vijand
kan
gaan.
10
HHM wijzen het verzoek af van
Rouillac om betaling van negen maanden gage als ritmeester over de
periode waarin hij na afloop van zijn verlof in
Frankrijk bij de
koning is geweest.
11
Jodocus Scholten, voormalig secretaris van de ambassade naar de koningen van
Zweden en
Polen, vraagt een vergoeding voor zijn
diensten,
onkosten en gelopen risico's.
HHM geven het rekest aan thesaurier-generaal
Van Goch. Hij moet dit bespreken met de voormalige ambassadeurs en
erover adviseren.
12
Pieter Pietersz. Juten heeft een uitvinding gedaan om in de Republiek
zoutwaterputten te boren voor het zoutzieden. Hij verzoekt HHM om
hem
octrooibrieven te verlenen opdat hij deze uitvinding gedurende
dertig
jaar exclusief mag gebruiken.
HHM geven het rekest aan
Bruininxs. Hij moet dit onderzoeken, de suppliant horen en erover
berichten.
13
De gezamenlijke leveranciers van de
Admiraliteit te Rotterdam
en de op de rivieren dienende scheepskapiteins van dit College verzoeken om betaling van hun schulden.
HHM vragen de gedeputeerden om de kwestie van de repartitie van de oude schulden van de Admiraliteiten af te handelen.
14
HHM laten
Philippe Calandrini naar 's-
Gravenhage komen inzake de klachten
over wanbetaling aan de met kolonel
Morgan uit
Stade gekomen
troepen, die hij van onderhoud en servitiën zou voorzien. Zij
zullen
Calandrini op zijn plicht wijzen en het door hun afgevaardigden en
de
steden bij hun aankomst aan de troepen verstrekte voorschot met
hem
verrekenen.
15
Op 27 juni hebben HHM het rekest van
Jan van Herdersom met de stukken aangaande de toewijzing
van hun roerende goederen aan agent
Valckenburch gegeven. Valckenburch moet deze
onderzoeken
en erover berichten.
16
HHM laten generaal
Nispe zijn verzoek op schrift stellen, zodat zij er na lezing over
kunnen besluiten.
17
Op het voorstel van
Nieustadt en
Eck, raden van de
Admiraliteit te Rotterdam, laten HHM hen schriftelijk een
nauwkeurig
verbaal indienen van hun visitatie van de bezetting van de
Overbetuwe en
Nederbetuwe en de
Tielerwaard. Daarin moeten zij de tekortkomingen
van
deze bezetting en hun advies daarover vermelden. Als HHM dit
verbaal
hebben gezien, moeten zij het met de RvS bespreken en passende
maatregelen treffen.
Intussen laten HHM één van de nabij
Schenkenschans
['s-Gravenwaard] op wacht gelegen oorlogsschepen voor
Kekerdom leggen.
18
HHM verlenen paspoort voor
Antonij Chambers om met zijn dienaar van
Brussel naar
Spa te reizen, mits hij ['s lands rechten]
betaalt.