22 - 08 - 1628
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Op advies van de aanwezige
Frederik Hendrik en de
RvS
stemmen HHM
in met het gisteren gedane verzoek van de heren van
Holland over de lichting van de tienduizend man.
Zij
machtigen de Raad dit besluit zo spoedig mogelijk en in het
geheim
uit te voeren.
2
Naar aanleiding van het gisteren namens de
VOC
gedane verzoek van
Brouwer zullen HHM nogmaals zorgvuldig zoeken naar het afschrift
uit het secrete register van
4 okt. 1603.
3
HHM besluiten over de op 19 aug. voorgestelde punten van de afgevaardigden van de
Admiraliteit te Rotterdam
als volgt:
Aangaande het eerste punt wachten zij op de door de afgevaardigden van de provincies daartoe beloofde betaling van 100.000 gld. in aftrek van hun aandeel in het tweede miljoen.
Aangaande het tweede punt verklaren HHM dat de 97.000 gld. zal worden terugbetaald van het door de provincies op te brengen geld.
Aangaande het derde punt laten HHM de Admiraliteit te Rotterdam de door hun vendumeester conform de instructie gesloten rekeningen opsturen van de inkomsten uit de door commandeur
Engebrecht Pietersz. van der Zee opgebrachte prijzen en de door
Lieffhebber opgebrachte boeier.
4
In aanwezigheid van
Z.Exc. en de
RvS
besluiten HHM
over de op 19 aug. ingediende memorie van commissaris
Hoogenhouck als volgt:
Aangaande het eerste punt vragen zij nogmaals ernstig of de provincies hun quoten in de twee maanden subsidie voor de
koning van Denemarken vlot willen opbrengen om deze voor betaling van het
garnizoen te
Glückstadt aan te wenden.
Het tweede punt wijzen HHM af, omdat men geen soldaten kan missen om naar
Krempe te laten gaan.
5
In aanwezigheid van
Z.Exc. en de
RvS
wordt het door
resident
Schultetus
in
de afzonderlijke bespreking met de afgevaardigden gedane verzoek
voorgehouden. Schultetus heeft gevraagd om drieduizend man voor het
ontzet en de ondersteuning van
Krempe en wapens
voor
tweeduizend man in
Glückstadt.
HHM geven hiervoor geen toestemming, aangezien de Republiek geen soldaten kan missen. Over de verzochte wapens zal men met
Joost Brasser spreken opdat hij met toestemming van secretaris
Gunter voor tweeduizend man van de
in zijn bezit zijnde
wapens naar Glückstadt zal sturen. HHM
zullen Brasser ontheffen van het door
Josias
van
Vosbergen hiertegen opgelegde verbod.
6
De heren van
Holland berichten dat commandeur
't
Lam met zijn gehele eskader nabij
Portsmouth
wacht op de vrijlating van de drie in beslag genomen
Oost-Indiëvaarders. Dit is rechtstreeks in strijd met de resolutie
van
5 juli.
HHM laten hun gezanten in
Engeland de commandeur met zijn volledige eskader op zee sturen om
conform zijn instructie te kruisen. Als de Oost-Indiëvaarders
binnen
enkele dagen kunnen worden vrijgelaten, moeten de gezanten de
vice-commandeur nog vasthouden om deze door vier van de schepen in
veiligheid te laten brengen. De overige schepen moet hij dan hun
werkzaamheden laten doen. Dit zal tevens aan 't Lam worden gemeld.
Ook
gelasten HHM 't Lam zo spoedig mogelijk te berichten waarom hij
in
strijd met hun besluit met zijn voltallige eskader naar Portsmouth
is
gevaren.
7
Naar aanleiding van het verzoek van de kapiteins van de op
Zeeland
gerepartieerde maar niet betaalde Franse compagnieën onder het regiment van
Candale gelasten HHM ontvanger
Doublet de kapiteins nog drie
betalingen te verstrekken naast de drie eerdere van 4 augustus.
Deze
worden
afgetrokken van de quoten die de
Admiraliteit
in
Zeeland
tegoed heeft in de defecten van de consenten
van
Utrecht
en
Groningen
voor het subsidie van de
Admiraliteiten van 1622 tot en met 1627.
8
In aanwezigheid van
Z.Exc. en de
RvS
bespreken HHM
de op 16 aug. ontvangen brief van hun gezanten in
Frankrijk d.d. Parijs 2 augustus.
Omdat de provincies van mening verschillen, kunnen HHM hierover geen besluit nemen.