24 - 08 - 1629

Presentielijst:

Resoluties:

1 President Vosbergen laat in aanwezigheid van de RvS weten dat de gedeputeerden van de provincies er conform de wens van hun principalen mee instemmen dat de Staten van Holland voor de tijd van een maand of mogelijk langer, vijfduizend weerbare mannen op 10 st. daags lichten. Deze worden ingedeeld in compagnieën. De daarover door de provincie aangestelde kapiteins en officieren zullen op dezelfde voet als de waardgelders beloond worden. Voorwaarde is dat de andere provincies elk naar rato van hun quote hetzelfde doen. Indien ze daartoe (buiten verwachting) niet in staat zijn, dienen ze het equivalent daarvan in baar geld op te brengen ten profijte van de Generaliteit. Daarna brengen enkele leden van de vergadering het punt van de verschaffing van de wapens voor dit volk ter sprake en ten tweede, het voorstel van Henrick Holck, overste van het lijfregiment van de koning van Denemarken, om binnen veertien dagen driehonderd ruiters in dienst van het land aan te nemen en tweeduizend geoefende, goedbewapende soldaten. Ten derde delen ze mee dat die van de WIC sterk aandringen op restitutie van circa dertienhonderd man die zij in dienst van het land voor korte tijd hebben uitgeleend.
De RvS wordt verzocht deze vier punten te onderzoeken, alle voors en tegens af te wegen, de standpunten van de provincies over de verschillende punten daarbij te voegen en alles op te sturen naar Z.Exc., om diens wijze oordeel en overwegingen te vernemen.

2 HHM machtigen de RvS om in dienst van het land de compagnie die door overste Erentreiter is gelicht aan te nemen en deze te versterken tot tweehonderd koppen.

3 President Vosbergen alsmede de gedeputeerden van de provincie Holland, verzoeken de RvS dringend om conform de eerdere machtiging van HHM, nadat alle werkzaamheden zijn neergelegd, in allerijl en zonder enige ruggespraak, het retranchement vanaf de Vaartse Rijn tot aan de Hinderdam aan te besteden en te laten maken op de voet die Z.Exc. eerder heeft voorgeschreven. Ook moeten alle wegen, kaden, dijken en dammen vanaf Muiden tot aan Utrecht, worden doorgestoken. Tevens moeten alle houten bruggen over de Vecht worden afgebroken, alle grienden vanaf de Vaartste Rijn tot aan Wijk bij Duurstede aan weerszijden van de Lek worden gekapt en van begroeiing ontdaan. Verder wordt de RvS nadrukkelijk verzocht informatie in te winnen over de personen die de timmerman hebben tegengewerkt, die op last van HHM de brug bij het huis van de heer van der Horst af moest breken. De RvS dient deze gerechtelijk te doen straffen.

4 Commandant Erentreiter verzoekt per brief d.d. Emden 10 aug. o.s. het volk dat te Emden is gelicht daarheen te zenden om de stad beter tegen de keizerlijke troepen te kunnen beschermen, ingeval deze iets tegen de stad zouden willen ondernemen.
Deze brief zal de RvS voor advies ter hand worden gesteld.

5 Maurice de Hallardt geeft in een vandaag geschreven brief d.d. Wijk bij Duurstede, te kennen dat Z.Exc. hem eerder een akte heeft gegeven om aldaar te commanderen.
Alardt zal te Wijk bij Duurstede het commando blijven voeren.

6 De brieven van Eck, commandant te Wageningen, d.d. aldaar 21 en 22 aug., zijn voor onderzoek en een beslissing aan de RvS ter hand gesteld.

7 Ontvangen is een brief van de burgemeesters en raad van Nijmegen d.d. 12 aug. o.s., over de kwantiteit en kwaliteit van de compagnieën die daar in garnizoen zijn.
Er wordt geen resolutie genomen.

8 Ontvangen is een brief van de burgemeesters en raad van de stad Arnhem d.d. 22/12 aug. over de kwantiteit en kwaliteit van de compagnieën die aldaar in dienst zijn.
Er wordt geen resolutie genomen.

9 Johannes Retzer verzoekt te worden begunstigd met een of ander ambt te Wezel, hetzij met een commissarisschap van de monstering, een licentmeesterschap of servitiemeesterschap.
HHM zullen de suppliant voor aanbevolen houden bij de toekomstige vergeving van ambten die als gevolg van de verovering op Wezel vacant zijn gekomen. Verder zullen HHM schrijven aan de gedeputeerden van HHM te Arnhem en Wezel alsmede aan Dyden, om alleen met medeweten van HHM tot de vergeving van ambten over te gaan. Is dat reeds gebeurd dan zal hierover opnieuw moeten worden beslist om hierin orde te houden en bezwaarlijke ontwikkelingen die hiermee in andere situaties zouden kunnen ontstaan, te voorkomen. Met een provisionele maatregel zou moeten worden opgeroepen het belang van het land in deze niet te verzuimen.