04 - 09 - 1629
1Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
De gedeputeerden van
Utrecht verklaren dat de provincie
Utrecht
ondanks de slechte
financiële situatie als gevolg van de
huidige omstandigheden, toch voor de fortificaties en de
contrescarp
van de stad Utrecht en andere zaken de som van
20.000 gld.
in een keer zal betalen. Zij stellen daaraan de voorwaarde dat
alle
onkosten aan toekomstige fortificatiewerken in de provincie
Utrecht
worden gedragen door de Generaliteit. Ook zullen tegelijkertijd
de mede op advies van
de
prins van Oranje aangevangen
werken aan de
Grebbe ten laste van de Generaliteit
moeten komen.
Deze resolutie en het voorstel daarin vervat is niet in het belang van het land. De gedeputeerden van Utrecht wordt nogmaals verzocht deze zaak te bestuderen en zich nader over de fortificatiewerken uit te spreken, opdat HHM zich na herhaaldelijk en dringend aanzoeken niet genoodzaakt zullen zien scherper te resolveren.
2
Ontvangen is een brief met berichten van ambassadeur
Joachimi d.d. Londen 24 augustus.
Er wordt geen resolutie genomen.
3
Johannes Retzer verzoekt bevorderd te worden tot commissaris van de
monstering te
Wezel en de administratie van de servitiën
der
soldaten. Dit verzoek gaat voor advies naar de RvS.
4
Commissaris
Snouck schrijft d.d. Enkhuizen 1 sept. dat de compagnie van
kapitein
Maurits Henger de laatste
is van het
regiment van overste
Ferens dat
daags ervoor
aldaar
is aangekomen. Deze is aangemonsterd en 203 koppen sterk bevonden;
drie jongens van de officieren ontbraken nog. De officieren
hebben zich in verband met de afwezigheid van hun kapitein
geëxcuseerd de eed van het land af te leggen.
Deze brief zal aan de RvS ter hand worden gesteld om te regelen dat het volk de eed alsnog aflegt. Daarna zal de compagnie naar het leger worden gezonden.
5
De
Kleefse stadhouder en raden klagen d.d. Emmerik [Emmerich] 29
aug. over kolonel
Harwodt, commandant te
Huissen.
Toen hij de officieren
aldaar
had gemaand de rijswaarden in die buurt kaal te slaan, hebben die
vanwege hun neutraliteit geweigerd. De
kolonel
heeft de kaalslag daarop zelf laten doen en eiste de gemaakte
onkosten voor twee derde terug van de
graaf
zu
Schwarzenberg en het restant van de stad
Huissen. Deze weigerde te betalen. Daarop heeft de kolonel enkele
kisten
van de graaf laten openen om de schade te
vorderen uit de goederen.
HHM zullen deze brief opsturen naar de gedeputeerden te
Arnhem om hierover in allerijl te berichten.
6
Pieter en
Dirck Muller en
Jan
Rolaer verzoeken om het jaarlijks traktement van 600
gld.
dat hun op 31 aug. is toegekend, na hun overlijden uit de keren aan
hun
vrouwen en kinderen zolang die leven.
HHM zeggen toe hierop te zullen letten als het geval zich voordoet.
7
De gedeputeerden van HHM te
Arnhem schrijven d.d. aldaar 3 sept. dat er geld te
Wezel nodig is ter betaling van de werken aldaar.
Hetzelfde geldt voor Arnhem ter voldoening van de werken die langs
de
Lek zijn gemaakt ter verdediging van de
Betuwe, en
anderszins.
Deze brief zal aan de RvS ter hand worden gesteld om conform een eerdere resolutie van HHM naar aanleiding van het rapport van de
thesaurier-generaal van 2 sept., het sturen van geld aan de gedeputeerden van
HHM te Arnhem en Wezel te regelen.
8
HHM stellen een beslissing over de zaak van de Franse schippers wier schepen door oorlogsschepen van deze landen zijn aangehaald uit, totdat het oordeel van de Admiraliteitscolleges over de toedracht is ontvangen.
9
Leo Smidt, kornet van de compagnie van
Soppenbrouck, alsmede enkele
ruiters met
achterstallen, verzoeken deze te mogen vorderen uit de restanten
van de
geestelijke contributies in het vorstendom
Kleef.
Dit verzoek zal ter hand worden gesteld aan de RvS om hierover bij
Johannes Retzer navraag te doen en daarna advies uit te brengen.
10
Jacques de Baviere, baljuw van Assenede en het ambacht daarvan in
Vlaanderen, verzoekt om van de extraordinaris
sauvegarde te worden bevrijd. Hij wil volstaan met een maandelijkse
betaling zoals de andere parochianen in genoemde heerlijkheid, naar
rato van zijn kwaliteit.
Dit verzoek zal voor advies aan de RvS ter hand worden gesteld.
11
Gelezen worden de declaraties van verblijfskosten van de Staten-Generaal in de herberg van den Hulck van 5 aug. tot 23 aug. o.s.
De
thesaurier-generaal zal deze kosten onderzoeken en daarover rapport
uitbrengen.
12
Jan Wendelsz. uit Kuinre verzoekt om het generaal commando over de twee
schepen met een jacht die naar
Algiers en
Tunis zullen gaan ter bevrijding van de
ingezetenen
van deze landen die aldaar in slavernij vastzitten. Mocht het
commando
al aan een ander zijn toegewezen, dan verzoekt hij als
ambassadeur
van HHM te worden ingezet.
HHM benoemen Wendelsz. tot commissaris. Een instructie zal nog volgen.
13
Johanne Bettone, commandant te Elburg, verzoekt d.d. aldaar 24 aug. om
toezending van een compagnie soldaten.
Er wordt geen resolutie genomen.
14
Strick heeft gesproken met
Gomes van
Trier, die
ermee instemt zijn aangifte schriftelijk te doen in plaats van
mondeling.
Er wordt geen resolutie genomen.
15
De matrozen en kanonniers die op 3 aug. zijn aangenomen voor de bediening van het kanon in de stad
Utrecht, verzoeken om betaling van hun dienst.
De supplianten zullen zich moeten wenden tot de
Staten van Utrecht
, die wordt verzocht voor de betaling zorg te dragen.
16
Naar aanleiding van de remonstrantie gisteren van de heer van
Brederode besluiten HHM de burgers en boeren die in de
Betuwe de wacht hebben gehouden langs de
Rijn tussen
Vianen en
Wijk
bij Duurstede, te laten terugkeren naar hun woonplaatsen.
Ze
dienen zich wel gereed te houden om in geval van nood weer
opgeroepen
te kunnen worden.
17
Brederode, uit het leger teruggekeerd, rapporteert dat
Z.Exc. van
mening is dat om het meeste nut te hebben van de compagnie van de
heer van Vuerse, vierhonderd
koppen
moeten worden
geworven ter vervanging van de vuurroers met pieken en
musketten. Vuerse heeft ter vergadering laten weten dat zijn
compagnie
tweehonderd koppen telt, vanavond hopelijk al driehonderd koppen.
Voor de werving van de overige honderd man heeft hij
naar verschillende oorden officieren uitgestuurd.
De RvS is van oordeel dat men de compagnie moet laten op het getal van tweehonderd vuurroers. Indien HHM deze willen laten voorzien van andere wapens, zou het voor het land om verschillende redenen beter zijn om een gelijk aantal man in het buitenland te lichten.
HHM machtigen de RvS om met Vuers te spreken over de regeling van een en ander.
18
Ter vergadering wordt de klacht van de stad
Amersfoort naar voren gebracht dat de uitlegger op de
Eem de toevoer van levensmiddelen naar deze stad
belet.
HHM zullen aan de
Admiraliteit te Amsterdam
en in het
Noorderkwartier
schrijven dat ze alleen levensmiddelen naar
Amersfoort,
Harderwijk of
Elburg mogen
laten gaan op binnenlandse paspoorten en onder borgstelling,
binnen drie weken te voldoen.
19
HHM zullen de RvS een nauwkeurige staat laten maken van de tekorten op de waardgelders en op de lichting van de twaalfduizend man waarvoor
Gelderland
,
Utrecht
en
Holland
700.000
pond extraordinaris hebben toegezegd. HHM willen weten wat de
Generaliteit
daaruit aan financieel voordeel kan halen.
20
Ter vergadering compareren
Albert Coenraedts,
Johan Robbertsz. en
Matheus
Pauw, gecommitteerden van de Heren
Negentien van de
WIC
. Zij
verzoeken om het ontslag van hun officieren en soldaten die in
verband met
de inval van de vijand op de
Veluwe voor een korte
tijd in dienst van het land waren, en om patenten om dit volk op
aandringen van de Compagnie uit de garnizoenen te kunnen lichten.
Ten
tweede vragen de supplianten HHM om de RvS op te dragen de
Compagnie tegen een behoorlijk bewijs het buskruit, de
levensmiddelen
en andere zaken terug te geven die ten behoeve van het land waren
verstrekt. Ten derde verzoeken ze HHM de WIC bij
provisie akte te verlenen waarmee alle kruitmakers zowel aan hen
als
aan
het land buskruit mogen lenen. Dit was enige tijd verboden. Ten
vierde willen ze HHM de buitenkamers van de WIC
laten excuseren op 6 sept. te
Middelburg te
compareren,
aangezien dit de door hen voorgenomen grote expeditie zou
verhinderen. HHM moeten erop vertrouwen genoegdoening te krijgen
voor de verzochte lening van 400.000 pond met rente voor de tijd
van
zes maanden, waarvan reeds door de
Kamer
Amsterdam
150.000 gld. is verschaft. De andere
agendapunten kunnen makkelijk worden uitgesteld naar een geschikter
moment.
HHM besluiten op het eerste punt conform een eerdere resolutie de Compagnie desgewenst hun officieren en soldaten te laten volgen. Met dat doel zal door HHM patent worden gedepêcheerd, om het volk te allen tijde uit de garnizoenen te mogen lichten. Op het tweede punt machtigen HHM de RvS de Compagnie het geleende buskruit, de levensmiddelen en andere benodigdheden terug te geven of ze op andere wijze tevreden te stellen. Op het derde punt besluiten HHM de bewindhebbers een open patent te verlenen waarbij alle buskruitmakers worden gelast hun kruit zowel aan de Compagnie als aan het land te leveren. Ten vierde maken HHM geen bezwaar tegen uitstel van de uitgeschreven vergadering van 6 sept., mits de staat voor de tijd van zes maanden de verzochte som van 400.000 gld. op rente wordt verschaft. Daarop wordt gerekend.
21
HHM lezen het advies van de RvS d.d. 3 sept. over de brief van de magistraat van de stad
Deventer aan HHM d.d. 18 augustus. Daarin wordt gevraagd om
uitbreiding van
het garnizoen en geld ter betaling van hun werken.
HHM zullen Z.Exc. niet alleen schrijven om meer volk voor Deventer, maar ook
voor
Zutphen. Wat betreft het geld zal de magistraat
van Deventer ten
antwoord worden gegeven het geld zelf voor te schieten,
totdat is vastgesteld tot wiens last de betaling moet komen.
22
HHM lezen het advies van de RvS d.d. 3 sept. over de memorie over het koren die bij HHM is ingediend namens de regering van de
keurvorst van Brandenburg.
Conform het advies zal worden geschreven aan de commandanten te
Ravenstein en
Gennep de verkoop niet te beletten van
wat er meer is aan graan dan zij gewoonlijk in hun magazijnen
hebben.
23
Olphert Barentsz. heeft HHM nogmaals verzocht de
interpositie van het krediet voor de rogge en het meel te regelen
dat door hem ter proviandering van het leger voor
's-
Hertogenbosch te
Amsterdam is ingekocht. Daartoe zijn de heren van
Holland
verzocht, maar zij
weigeren.
De RvS zal de provincies aansporen de legerlasten spoedig op te brengen om daaruit de rogge en meel te betalen.
24
Ontvanger-generaal
Doublet verzoekt HHM ter vergadering ermee in te stemmen 20.000 pond
van
de door de
WIC
te verschaffen
100.000 gld.
te
mogen gebruiken voor de betaling van de dertien compagnieën ten
laste van de Generaliteit, en 5.000 gld. voor het
onderhoud van de compagnie ruiters van
Rouillac
en
Tomas Lucas.
Een beslissing wordt opgeschort.
25
HHM lezen het advies van de RvS d.d. 3 sept. over de brief van de gedeputeerden van HHM d.d. Wezel 27 augustus. Daarin wordt gesteld dat de magistraat van
Wezel niet te bewegen was hun burgers onder de wapens te
brengen. De RvS adviseert HHM de magistraat te Wezel te schrijven
dat hun weigering ongegrond is, omdat dit wordt
gevraagd met het oog op hun eigen verdediging. Zij dienen daarvoor
zelf te zorgen om niet in de macht te komen van de
koning
van Spanje. Indien dat wel gebeurt, is dat hun eigen
schuld en
kunnen zij niet anders dan als vijanden behandeld worden, ondanks
hun
pretentie neutraal te zijn gebleven, wat door de Spanjaarden niet
geloofd zou worden. Wanneer de magistraat te Wezel blijft weigeren
om
de burgerij onder de wapens te brengen en onder vaandels te
verdelen,
meent de RvS dat de halsstarrige burgemeesters gedeporteerd en
vervangen moeten worden door goedwillenden. De RvS wil ook
dat HHM de magistraat manen de soldaten tegen behoorlijke
servitiën onder te brengen, dat aldaar moet
worden opgebracht. Met dat doel moeten ze enkele personen uit hun
midden benoemen om hierheen te komen in verband met de invoering
van
gemene middelen ter betaling van de onkosten aan servitiën,
vuur,
licht en
dergelijke, gelijk dat elders gebeurt. De matrozen en pontgasten
komen
ordinaris ten laste van de Admiraliteit en worden door de kapiteins
betaald, maar HHM moeten wel de betaling regelen van de werken te
Wezel en
Arnhem.
HHM zullen die van Wezel per brief dringend verzoeken hun burgerij onder de wapens te brengen, de soldaten onder te brengen tegen behoorlijke servitiën en enkele personen uit hun midden te benoemen om hierheen te komen, met volkomen macht om te helpen bij de aanwijzing van enkele in te voeren middelen waaruit de onkosten van de servitiën aan licht en andere noodzakelijkheden kunnen worden bekostigd. Wat betreft de betaling van de matrozen conformeren HHM zich aan het advies van de RvS, maar wat betreft de betaling van de werken bepalen zij dat de RvS zich moet richten naar de resolutie die naar aanleiding van het rapport van de thesaurier op 2 sept. is genomen.