08 - 03 - 1630
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Ontvangen is een brief van resident
Aissma d.d. Hamburg 13 feb. o.s., met nieuws over zijn
belevenissen gedurende zijn commissie naar de
graaf van
Tilly. Tevens is een brief van Tilly
ontvangen d.d. Stade 17 februari. Hij schrijft
dat
HHM de neutraliteit
die zij voorgeven met betrekking tot het Duitse
Rijk, niet onderhouden. Hij wijst op de punten waarin
HHM
tekortschiet. Verder klaagt hij over het optreden van
overste
Gent.
HHM besluiten beide brieven aan de RvS ter hand te stellen om na onderzoek en overleg met Z.Exc. te adviseren of de brieven met het oog op het landsbelang beantwoord moeten worden en zo ja, hoe dat antwoord dan moet luiden.
2
Ontvangen is nog een geloofsbrief van de
graaf van Tilly aan HHM voor resident
Aissma d.d.
Hamburg 13 feb. o.s.
Er wordt geen resolutie genomen.
3
Jacques Douglas, geappointeerd vaandrig, verzoekt bovenop zijn traktement
op een ordinaris gage aangesteld te worden onder de compagnie van
kapitein
Jacques
Elseiston.
HHM stellen dit rekest voor een beslissing ter hand aan de RvS.
4
Tot onderzoek van het voorstel van
Jacob Claesz. Ketel betreffende het zuiveren van de binnenlandse paspoorten
worden
Oijen en
Brunincxs
gecommitteerd. Zij moeten hierover rapport en een
schriftelijk advies uitbrengen.
5
HHM verhogen de jaarlijkse gage op verzoek van
Octaviaen Martini, procureur-generaal van de Raad van Brabant, van 200 naar
300 gld. met ingang van dit jaar volgens zijn commissie. Ontvanger
Hendrick de Bergaigne of
Johan
Gants die hem in deze functie is opgevolgd, wordt gelast
zich naar dit
besluit te richten.
6
Paul de Wilhem en
Cornelis van Leuwen
verzoeken om
gedeeltelijke of volledige betaling van het geld dat
door
hen vanaf 1 nov. 1628 namens de staat aan
subsidies aan de
koning van Denenmarken is
verstrekt.
HHM besluiten de RvS nogmaals te verzoeken alles in het werk te stellen de in gebreke blijvende provincies het achterstallige subsidiebedrag in baar geld te laten verschaffen. HHM zullen deze actie met serieuze brieven ondersteunen. Ondertussen zal door de
ontvanger-generaal uit het een of andere middel aan de supplianten een flink
bedrag worden betaald, opdat zij door het verzuim niet in de
problemen
raken.
7
HHM lezen het verzoek van de gouverneur en de officieren over de Franse troepen om te 's-
Hertogenbosch waar het garnizoen verblijft, een Franse kerk op te richten
en daarin
Mardocher Souffrin tot
predikant te
beroepen.
HHM besluiten dit verzoek aan een Franse synode ter hand te stellen voor advies over de te bewandelen weg bij de oprichting van een Franse kerk te 's-Hertogenbosch. Zij dienen hierbij in ieder geval te letten op de apostille die eerder aan
Lazaro Beijart is gegeven. Die zal hun volgens HHM ook wel worden
getoond.
8
HHM lezen de memorie met verschillende overwegingen van
Martyn van Juchem.
HHM stellen deze memorie voor onderzoek en advies aan de RvS ter hand.
9
HHM lezen het verzoek van
Gerridt Evertsz. Roos en consorten, wonend te Leiden. HHM zullen zich nog wel
herinneren hoe dikwijls zij de
Admiraliteit
te
Rotterdam
hebben opgedragen de zaak tussen de
supplianten
en
Govert Govertsz. Boormaecker te
beslechten,
wat
nooit is gebeurd. Zij verzoeken daarom deze zaak voor HHM of
daartoe aan te stellen rechters te
verdagen en zo spoedig mogelijk te beëindigen. Daarnaast
verzoeken
zij
om
opschorting van de uitvoering van het provisionele vonnis dat door
de
Admiraliteit in deze zaak is gewezen en dat op 20 feb. ten
voordele van Boormaecker is beslecht.
HHM besluiten dat dit verzoek met de aangehechte stukken of de authentieke kopie Boormaecker ter hand gesteld moet worden om hierop binnen de tijd van
vijf dagen na de insinuatie te reageren. De executie zal veertien
dagen
worden
opgeschort, maar de resolutie van HHM van 20 feb. blijft
onverminderd van kracht. Na afloop van deze tijd zal de executie
opnieuw plaatsvinden, tenzij HHM hierin anders beslist.
10
Op het verzoek van
Wijnant de Keijser wordt de suppliant een verlenging van een sureté de
corps
vergund, totdat hij door HHM volledig is betaald conform de
eerder gedepêcheerde ordonnantie. De
ontvanger-generaal
wordt meegedeeld de suppliant zo spoedig mogelijk te betalen.
De verlenging zal ingaan zodra de laatste concessie
afloopt.
11
Ritmeester
Thomas Lucas en de kornet van de compagnie van
markies de
Rouillac verzoeken om betaling van hun
achterstallige soldij.
HHM zullen de RvS de in gebreke blijvende provincies laten aansporen hun consenten ter betaling van de beide compagnieën te voldoen. De RvS zal ondertussen de supplianten uit het een of andere middel voorlopig twee maanden gage voor de compagnieën betalen.
12
Brunincx, een van de gedeputeerden namens Holland, verklaart dat
wijlen
Muys,
Joachimi en hijzelf, wijlen
vice-admiraal
Geen Huygen Schapenham bij zijn
aanstelling
hebben
beloofd dat hij admiraal
L'Hermite na diens
overlijden zou opvolgen en dat hij dan het volle gage zou genieten
dat door
L'Hermite in eerste instantie was
bedongen.
HHM besluiten hiervan aan de erfgenamen van Schapenham op hun verzoek een akte te geven, om waar nodig
gebruikt te kunnen worden.
13
Predikant
Voetius en ouderling
Ploos
verschijnen ter
vergadering en verzoeken HHM namens de kerk van
's-
Hertogenbosch om de magistraat van
Utrecht en
Nijmegen
aan
te sporen de kerkenraad aldaar ertoe te bewegen de predikanten
Bushoff en
Leoninus
Leo voor
een
korte
tijd aan de kerk te 's-Hertogenbosch uit te lenen. Ten tweede
verzoeken
zij HHM om toestemming de kerken onderwijl van eigen predikanten te
voorzien.
HHM besluiten op het eerste punt de magistraat van Nijmegen te antwoorden dat ze zich moet inspannen Leoninus Leo door de kerkenraad aldaar korte tijd te laten uitlenen
om de kerk te 's-Hertogenbosch te bedienen. Wat betreft de
magistraat
te Utrecht zal men het laten bij de poging die al is gedaan om
predikant
Bushoff te krijgen, totdat dit schriftelijk is
geweigerd. Alvorens op het tweede punt te besluiten zal het advies
van
de gedeputeerden van HHM worden ingewonnen, die onlangs naar
's-Hertogenbosch zijn geweest.
14
Ontvangen is een brief van de
Admiraliteit te Amsterdam
d.d. Amsterdam 2 maart, met het antwoord op de brief van HHM d.d. 9 feb. en andere dagen in die maand. Het is de Admiraliteit ten eerste niet mogelijk de schepen onder haar directie bestemd tot bezetting van de kust van
Vlaanderen en het kruisen op de
Noordzee voort te
helpen, tenzij door HHM de soldij en de kostgelden bedragende
17.529
pond 7 st. worden betaald aan kapitein
Thyman
Claesz., die verleden jaar ten laste van de Generaliteit
in
dienst
is
geweest. Ten tweede is door de
Staten van Holland
74.888 pond 7
st. over
gelijke soldij en kostgeld ten laste van dit College
gerepartieerd voor de schepen die in het zomerseizoen hebben
gediend,
en nog twee maanden kostgeld en een maand soldij voor de schepen
die
verleden winter in dienst zijn gehouden. Ten derde dat door de
Staten van Friesland
de 71.425
pond en 18
st.
die zij nog schuldig zijn, betaald zouden moeten worden en verder
nog
twee maanden kostgeld en een maand soldij voor de schepen die
zullen uitvaren.
HHM besluiten op het eerste punt dat de
ontvanger-generaal al het mogelijke moet doen om de genoemde schuld van
17.529 pond 7 st. aan kapitein Thyman Claesz. te
betalen. Op het tweede punt zullen de Staten van Holland
schriftelijk
worden gemaand hun tekorten aan te zuiveren. Op het derde
punt
zullen HHM hun gedeputeerden in Friesland schriftelijk
verzoeken om, naast de
punten waarop zij door middel van hun instructie gelast zijn, er
bij de Staten van Friesland op aan te dringen om
de
Admiraliteit
te Amsterdam tevreden te stellen.
15
Ontvangen is nog een brief van de
Admiraliteit te Amsterdam
d.d. Amsterdam 2 maart, met een antwoord op de brief van HHM d.d. 7 feb. betreffende de vrijstelling van tollen en licenten op 26 nov. 1629 aan de stad
Wezel. De Admiraliteit heeft de officieren van de kantoren van
de konvooien en licenten van hun ressort gelast Wezel niet langer
als
een
vijandelijke stad te behandelen maar hetzelfde
als
andere neutrale plaatsen. Zij moeten de inwoners ervan
voortaan
niet met méér konvooien en licenten over de uitgaande
en
inkomende
goederen bezwaren dan inwoners van
Emmerik
[Emmerich] en
Rees. De Admiraliteit te Amsterdam meent
daarmee
voldaan te hebben aan de intentie van HHM, die wensen dat er niet
met
de rechten van het land wordt gefraudeerd, wat wel zou gebeuren als
de inwoners van Wezel meer dan die van andere neutrale steden
zouden
worden
bevoordeeld.
HHM stemmen in landsbelang in met de voorgestelde voet en regeling. Zij trekken daarom hun resolutie van 26 nov. 1629 in.
16
Eck, gecommitteerde raad ter
Admiraliteit
te
Rotterdam
, verschijnt ter vergadering namens de
provincie
Utrecht. Hij rapporteert HHM
zich met zijn College conform de resolutie van HHM d.d. 30
jan. te hebben vervoegd in Utrecht om aldaar
18.255 pond te ontvangen, als rest van 39.660 pond die de
provincie
schuldig is gebleven over haar consenten te water over de jaren
1622
tot en met 1627, alsmede 13.510 pond die deze provincie
het College schuldig is over haar quote in het tweede
miljoen
waarin is toegestemd ter ondersteuning van de oorlog te water voor
het
jaar 1629. De gedeputeerden van de
Staten van
Utrecht
hebben zich
aangaande deze betaling geëxcuseerd in verband met de zware
intocht
van de vijand in de provincie. Zij voeren het betalingsverzoek
niettemin op onder de agendapunten voor de aanstaande
Landdag en zullen dit verzoek ondersteunen.
Eck
rapporteert verder met collega
Rhemen
naar de gedeputeerden van het
Kwartier
Nijmegen
te zijn gegaan, waar hij heeft verzocht om
betaling
van 19.992 pond 7 st. over het contingent van dit Kwartier in het
genoemde tweede
miljoen. Zij hebben geantwoord de som niet in baar geld
te kunnen
voldoen, maar deze aan de Generaliteit door middel van een
afrekening te zullen verantwoorden, zoals eerder is gebeurd.
Ook heeft Eck zich vervoegd bij de
gedeputeerden van het graafschap
Zutphen
, alwaar hij om betaling heeft verzocht van 3.751 pond 6 st. als rest van
een
groter bedrag van het contingent van het graafschap in het tweede miljoen, alsmede
van hetgene
aan het eerste miljoen nog resteert. Zij hebben zich
geëxcuseerd
van betaling in verband met de verwoesting van het omringende
platteland door eerdere doortochten en inlegeringen, met name die
van
verleden jaar.
Verder heeft Eck zich vervoegd bij de gedeputeerden van het
Kwartier Veluwe
en aldaar aangedrongen op
betaling van 12.872 pond 9 st. als rest van een groter bedrag over
hun
contingent in het tweede miljoen. Zij hebben zich geëxcuseerd van
betaling omdat zij al een gelijke som en meer hebben betaald aan de
schipbruggen die over de
IJssel zijn gelegd,
alsmede
boven
Arnhem en rondom
Wageningen.
Tenslotte heeft Eck zich met zijn collega
begeven
naar
Zwolle en aldaar hoop gekregen op betaling
van 22.959 pond 2 st. 8 d. over de quote van de provincie
Overijssel
in het tweede
miljoen.
HHM besluiten opdracht te geven aan de provincie Utrecht, de provincie Overijssel en het graafschap Zutphen, alsmede aan het Kwartier Nijmegen en de Veluwe om in baar geld te betalen wat zij de Admiraliteit nog schuldig zijn. De consenten te water mogen niet met die te land worden gemengd. Wat zij al betaald hebben mogen zij verrekenen met de staat van suppletie, voorzover de lasten van het verleden jaar de gedane petities te boven zijn gegaan.