14 - 03 - 1630
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: | |
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Jan Michielsz. uit Amsterdam wordt 18 gld. reisgeld toegekend. Hiervan zal
hem ordonnantie worden gedepêcheerd.
2
Resident
Aissma schrijft d.d. Hamburg 20 feb. o.s. onder andere dat hij ten
tijde van
de uitvoering van zijn commissie naar
de
hertog van Friedland in
Bohemen 1.200
rijksdaalder per
wissel
heeft getrokken.
HHM machtigen ontvanger-generaal
Doublet de wisselbrief te accepteren. Zij verzoeken de
Staten van Holland
opdracht te
geven tot
betaling van de wisselbrief op de vervaldag en deze te verrekenen
met de
ordinaris en extraordinaris consenten.
3
Overste
Ferents verschijnt ter vergadering. Uit kracht van zijn
door graaf
Willem van
Nassau te Duisburg op 10 maart geschreven geloofsbrief
doet hij de
propositie2
betreffende de weinig rooskleurige situatie van
de in
[
Gulik en
Kleef]
ingekwartierde troepen. Hij
verzoekt HHM
hierover spoedig te beslissen.
Ten eerste wil hij weten hoe te handelen (aangezien er berichten zijn over het samengaan van keizerlijke en Spaanse troepen met die van de Katholieke Liga) indien de Liga met sterke troepen zou naderen. Ten tweede dringt hij aan op betaling van de lang beloofde maand gage door HHM. Indien HHM zouden willen dat de troepen langer blijven, zouden ze ten derde
dienen te besluiten dat
Duisburg - hun enige toevluchtsoord wanneer ze
zich
moeten
terugtrekken - van levensmiddelen en munitie wordt voorzien,
terwijl
de reeds met grote moeite goed aangevangen werken worden
afgemaakt.
Indien ten vierde HHM de compagnieën weer tot tweehonderd koppen zouden willen versterken, dienen ze zich uit te spreken over de financiering van de rekruten en het dagelijks onderhouden van de aangenomen soldaten.
4
Vosbergen, die in ambassade naar de
keurvorst
van
Keulen zal gaan, wordt in verband met de uitrusting van
zijn
reis 800 gld. toegekend, waarvan ordonnantie zal worden
gedepêcheerd. Vosbergen heeft een edelman, een
secretaris en drie dienaars in zijn gevolg.
5
De gedeputeerden die het punt van de vijf speciën zullen onderzoeken, wordt verzocht de besprekingen aan te vangen. Zij zeggen dit toe.
6
De gedeputeerden van
Holland wordt verzocht een advies op te stellen over de alliantie met
Frankrijk. Zij zullen dit zo spoedig mogelijk
doen.
7
HHM besluiten de casuspositie ter hand te nemen voor een finale beslissing.
8
Ontvangen is een brief van
Tinco van Oenema d.d. Wezel 11 maart. Te
Wezel zijn
verschillende eiken nodig om pallisaden van te maken. De brief zal
voor
advies aan de RvS ter hand worden gesteld.
9
Ontvangen is een brief met berichten van orateur
Haga d.d. Constantinopel [Istanbul] 5 januari. Er wordt geen
resolutie
genomen.
10
Jan Steijnen, ruiter onder de compagnie van ritmeester
Van de
Well, verzoekt HHM de
gouverneur
te
Bergen op Zoom te machtigen om zijn tegenpartij, woonachtig aan
vijandelijke zijde op
het
platteland van Bergen onder contributie, op te halen en
hem
tot rede te brengen.
HHM besluiten hier niet op in te gaan.
113
Postknecht
Gijsbert Dircxsz., dienaar van
Aelbert van
Doorne, verzoekt
HHM voor hemzelf en zijn paard in plaats van 1 daalder dagelijks 2
gld. toe te kennen, en dat gedurende de tijd dat de
suppliant in het leger heeft gediend. De afrekening die de RvS
heeft gemaakt zou op dit punt dienen te worden gewijzigd.
HHM besluiten de afrekening ongewijzigd te laten en kennen de suppliant voor zijn extraordinaris dienst 100 gld. toe, waarvan ordonnantie zal worden gedepêcheerd.
124
Antonis Hornhovius, predikant te Eemnes, wordt ter vermindering van zijn schade
gedurende zijn absentie in het leger door de vijandelijke intocht
op de
Veluwe, 200 gld. toegekend. Hiervan zal
ordonnantie worden gedepêcheerd.
135
Jacob Claesz. Ketel geeft te kennen het land een goede dienst te hebben
bewezen in
het
ontdekken van de te
Amsterdam door cherchers van
de
konvooien en licenten gepleegde malversaties. Hij is daar nooit
voor
beloond. Ook heeft de
Admiraliteit te
Amsterdam
de suppliant niet benoemd op een van de
chercherplaatsen. Ze heeft juist enkele fraudeurs in dienst
gehouden,
ondanks de serieuze brief van HHM dat niet te doen. Verder heeft
Ketel een middel aangedragen waarmee ontduiking
van de
konvooien en licenten zou kunnen worden bestreden. Hij verzoekt
daarom
als beloning het controleurschap over de cherchers van het
College.
HHM kennen de suppliant 100 gld. toe, waarvan ordonnantie zal worden gedepêcheerd. Verder wordt besloten fiscaal
Storm van de Admiraliteit te Amsterdam aan te schrijven om zodra
hij de brief ontvangt naar 's-
Gravenhage te komen
met
de stukken en de informatie die hij over de frauderende cherchers
heeft verkregen. Hij dient rekenschap te geven van de
processen
die door hem tegen de fraudeurs zijn aangespannen en het
resultaat
ervan. HHM zullen hierna besluiten.
146
De gedeputeerden van
Holland delen ter vergadering mee dat 's lands belangen ter
zee niet zijn gehandhaafd. Na communicatie met Z.Exc. hierover
zijn ze door hun
principalen
gelast het punt van de vrijlating van vele gevangen ingezetenen
van deze
landen in de vergadering van HHM voor advies in te brengen en om
een uitwisseling van de
wederzijdse, op zee genomen gevangenen te verzoeken. De te benoemen
commissarissen van deze zijde zou met dat doel een generale
last
moeten worden gegeven, om afhankelijk van de situatie de beste
voorwaarden te bedingen. Daarvoor zou een bijeenkomst met
gecommitteerden van de vijand te
Roosendaal belegd
moeten worden.
HHM besluiten de uitwisseling vooralsnog in overweging te houden. Aan de Admiraliteiten zal geschreven worden zo snel mogelijk het aantal gevangenen van vijandelijke zijde op te geven, met hun naam en rang.
157
De gedeputeerden van
Holland delen ter vergadering mee dat in verband met de
reductie van 's-
Hertogenbosch de
Zuid-Hollandse dorpen ontlast behoren te worden
van
het
Bosch' licent. Daarnaast wordt in overweging gegeven ook de dorpen
onder
de
Baronie van Breda te ontheffen van dit Bosch'
licent om de handel van de provincies en het
inkomen van de Admiraliteit te bevorderen.
HHM besluiten het advies van de RvS hierover in te winnen.
168
Ontvangen is een brief van de eerste presiderende en de andere raden van
Brabant d.d. 's-Gravenhage 12 maart. Ze stellen voor de nieuwe
notarissen die indirect door HHM op hun oude commissie te
's-
Hertogenbosch zijn toegelaten en die de eed
conform
de resolutie van
HHM hebben gedaan ten overstaan van de hoogschout, de eed opnieuw
te laten
afleggen en om een nieuwe commissie te laten verzoeken.
HHM besluiten dat al hetgene betreffende het admitteren en het beëdigen van de notarissen te 's-Hertogenbosch is geschied, van kracht zal blijven. De
Raad van Brabant
zal ten aanzien hiervan zijn oude rechten behouden.
179
De gedeputeerde schepenen van 's-
Hertogenbosch verschijnen ter vergadering en verzoeken HHM om een gunstige
beschikking op de remonstrantie die door hun
principalen in deze stad is overhandigd aan de gecommitteerden van
HHM.
Ten tweede verzoeken ze HHM uit hun midden enkele heren te
deputeren om
met hen in bespreking te treden over enkele punten waarover zij
openheid
van zaken dienen te geven. Ze zetten die hier niet uiteen om de
vergadering van HHM niet te lang op te houden.
HHM zullen eerst het rapport van de gedeputeerden van HHM die naar 's-Hertogenbosch geweest zijn hierover horen, alvorens te besluiten.
1810
Van der Capelle deelt HHM ter vergadering mee dat
de RvS hem met
Oenema die
momenteel te
Wezel is, heeft gecommitteerd om de fortificatie
te
Büderich aan te besteden. Van der
Capelle zou graag van HHM vernemen of ze hem nog andere
orders willen geven.
HHM wensen hem een voorspoedige reis.
1911
De gedeputeerden van
Holland verklaren zich bereid de helft van hun quote in de 130.000
gld. te verschaffen voor het maken van de fortificatie te
Büderich en
Ruhrort, en de
andere
helft zodra
Friesland
zijn
quote in
de
genoemde som heeft opgebracht.
Eijsinga
verplicht zich er persoonlijk toe deze zo snel mogelijk te
verschaffen.
HHM vinden goed dat de RvS met de aanbesteding van de genoemde fortificatie doorgaat, waarvoor ze de helft van de quote van
Holland
en de quoten die al beschikbaar zijn van de andere provincies zullen aanwenden. Ze hebben het volste vertrouwen dat de quote van Friesland ondertussen zal worden opgebracht.
20
Huygens in plaats van de absente
Eck, andere
gecommitteerden van HHM en thesaurier-generaal
Van
Goch rapporteren conform de
resolutie van HHM d.d. 14 maart 1629 en 12 feb. te hebben
beraadslaagd
over de ten laste van de Generaliteit gelichte ongerepartieerde
renten van de kapitalen. Ze hebben daaruit meteen de posten
geselecteerd die ten laste van de verschillende provincies behoren
te
komen. Deze zijn op de navolgende staat gebracht.
HHM besluiten de gedeputeerden van de verschillende provincies hiervan een kopie te laten maken, om deze te onderzoeken en hierover zo snel mogelijk een resolutie te nemen.
Daarna volgt een niet in de staat van oorlog begrepen gespecificeerde rentestaat12 sedert het jaar 1618.
21
Rantwyck rapporteert dat Z.Exc.
vandaag
enkele personen uit
de regering heeft ontboden. Hij beveelt aan de
12.000 pond die zijn verstrekt door
Maerten van
Juchen voor het onderhouden van de troepen van
graaf
Willem, te restitueren. Gebeurt dat niet, dan zullen de
troepen onvermijdelijk moeten worden ontslagen. Verder was
thesaurier-generaal
Van Goch
ontboden, die werd aangezegd zich er bij de
RvS
voor in te spannen de 12.000 pond uit het een of
andere kantoor van de Generaliteit op te nemen. Daarna was een
expresbode afgevaardigd om te vernemen of de som door de
ontvanger van de gemene middelen te
's-Hertogenbosch
bijeengebracht zou kunnen worden. Rantwijck
voegt
eraan toe dat Z.Exc. sterk had aangedrongen op de verschaffing
van
de maand soldij waarin was toegestemd om de troepen te onderhouden,
met
het verzoek om - indien de gedeputeerden van
Holland nog langer zouden bemoeilijken het
krediet van
hun
provincie in het bijzonder daarvoor te interponeren - de provincies
de middelen na moesten gaan waaruit de genoemde maand
soldij dan op korte termijn kon worden verschaft.
Hierop zijn voorstellen gedaan en hebben de gedeputeerden van de verschillende provincies de bereidheid getoond om, met instemming van hun principalen, binnen veertien dagen hun quote in de maand soldij te verschaffen. De
ontvanger-generaal zal gelast worden het geld in allerijl te lenen. De
gedeputeerden van Holland hebben aangenomen hun
principalen
, momenteel in
vergadering
bijeen,
hierover positief te rapporteren en hun mening te polsen.