41
Ter vergadering brengen twee bewindhebbers van de
VOC
naar voren dat zij de onkostendeclaratie van de
Perzische ambassadeur aan de hoge kant vinden. Hun hoofdparticipanten zullen die
niet zonder meer accepteren. Zij verzoeken enkele gecommitteerden
om de
rekening te bestuderen en met de ambassadeur een bepaald bedrag
per
dag voor zijn onkosten af te spreken.
Noortwijck en
Boetzeler zijn tot het
een en het
ander gecommitteerd.
1
Deze resolutie is gedrukt:
Dunlop, Bronnen Oostindische Compagnie
Perziƫ I, 695.