10
Enkele extraordinaris gedeputeerden van
Holland compareren terwijl ook enkele afgevaardigden van de
Colleges van de
Rotterdamse
Admiraliteit
,
de
Grote Visserij
en de
Kleine
Visserij
de vergadering binnenkomen. Zij brengen naar
voren dat op zee een fluit en een ever van de vijand al
vier
schepen hebben overmeesterd en verzoeken voor korte tijd enige
schepen
op de
Noordzee te laten kruisen om deze
vaartuigen
te
zoeken.
Besloten wordt dat zes van de acht bij
Brielle klaarliggende schepen gedurende veertien dagen met dat doel
de Noordzee op zullen varen.