7
Conform de resolutie van 20 maart hebben HHM de stukken van
Groningen en de
Ommelanden gelezen en zijn
Schaffer en
Broersema over de zaak gehoord.
HHM besluiten de
Staten
te schrijven zich aan de resolutie van 8 feb. te houden. Zij dienen hun gedeputeerden te beëdigen, de consenten te dragen en de uitspraken uit 1597 en 1599 na te komen. De daaruit voortgekomen geschillen dienen zij zo mogelijk in de provincie ten overstaan van de
stadhouder te schikken en anders op 1 mei aanstaande ter afhandeling
aan HHM voor te leggen. Indien dan een van leden niet aanwezig is,
zal
de kwestie met het wel aanwezige lid worden afgedaan. Een kopie van
deze brief zal
tevens aan de stadhouder worden gezonden, met
het
verzoek erop toe te zien dat de inhoud wordt nageleefd.