1
Ernst Casimir meldt d.d. Groningen 14/24 jan. de ontvangst
van het schrijven van HHM van 15 jan. over de stropende
keizerlijke
troepen. Hij heeft de compagnie van
Aisma naar
Groningen gezonden.
De gedeputeerden in
Emden schrijven d.d. Emden 12/22 jan. de brief van HHM d.d.
15 jan. te hebben ontvangen. Het eerste punt van de resolutie
durven
zij echter niet te openbaren omdat het ongenoegen zou veroorzaken.
De keizerlijken trachten
Uphusen
immers niet meer te veroveren en
hebben de
bezettingstroepen van
Wolthusen verklaard geen
bevel te
hebben vijandig tegen hen op te treden.
HHM geven de brief aan de RvS om daarover na bespreking met Z.Exc. advies uit te brengen.