9
Johannes Retzer schrijft d.d. Emmerik 30 juli dat de
keurvorstelijke raden en ontvanger
Onckel hem niet toelaten als
controleur van de contributies in het Land van
Kleef
et cetera. Daarnaast weigert de ontvanger geld te geven voor de
betaling
en uitbreiding van de compagnie van
Zoppenbroeck, noch Retzer vooraf in te lichten
over het innen van het contributiegeld, zodat Retzer
genoodzaakt is om in
Emmerik
[Emmerich] te gaan wonen. Ten
slotte wil hij
een
traktement krijgen.
HHM geven de brief voor advies aan de RvS.